2.3.Op 17 oktober 2023 heeft er weer een gesprek tussen partijen plaatsgevonden. In dit gesprek heeft [verweerder] [verzoeker] op staande voet ontslagen. Een schriftelijke bevestiging van dit ontslag heeft [verweerder] op 18 oktober 2023 aan [verzoeker] gezonden. Hierin staat onder meer het volgende:
“
Naar aanleiding van een melding van een collega over een verdachte situatie op ons terrein op 8 oktober 2023 en een nadien ontbrekende IBC met 900 liter zonnebloemolie en een pallet met emmers saus hebben wij een onderzoek verricht.
(…)Wij constateerden dat jij – zonder dat jij daartoe een reden had – ten tijde van dit incident op het terrein van [verweerder] begaf met een vrachtwagen van een Spakenburgse vishandel. Wij hebben jou over bovenstaand feitencomplex op 11 oktober en 17 oktober 2023 gehoord.
Tijdens het eerste gesprek gaf jij aan dat jij op zondagavond 8 oktober 2023 balken wilde ophalen voor jouw wasmachine. Jij had hier enige tijd geleden al toestemming voor gevraagd en gekregen van [A] . Jij gaf aan dat er geen balken beschikbaar waren en dat je toen bent teruggereden.
Jij hebt tijdens dit gesprek ontkend dat jij vaker op zondagavond op het terrein van [verweerder] bent geweest. Pas nadat wij jou confronteerden met bewijs waaruit bleek dat jij vaker op zondagavond op het terrein van [verweerder] kwam zonder dat jij moest werken, gaf jij toe dat jij nog een keer op zondagavond een tankkaart en sleutels hebt opgehaald. Daarnaast gaf jij aan deze spullen op zondagavond op te halen in plaats van doordeweeks omdat jij ziek was en geen zin had in gezeur met collega’s.
Wij vroegen jou waarom jij zolang op het terrein bleef, ondanks dat de balken er niet waren. Jij gaf aan dat jij in die periode koffie hebt gedronken. Op onze opmerking dat het bijzonder is om alleen koffie te drinken op een tijdstip dat jij überhaupt niet bij [verweerder] hoefde te zijn, gaf jij aan zin in koffie te hebben gehad.
Jij gaf tijdens dit gesprek ook toe op 8 oktober 2023 een collega te hebben gesproken. Deze collega zou hebben gevraagd of jij een vrachtbrief had. Desgevraagd ontkende jij met een pallet met emmers saus te hebben gereden. Ook toen wij aangaven dat er bij de uiteindelijk inslag van onze producten in het warehouse systeem een pallet met emmers saus miste, bleef jij ontkennen dat jij met een pallet met emmers saus zou hebben gereden.
Na afloop van het gesprek hebben wij jou onmiddellijk op non-actief gesteld zodat wij nader onderzoek konden verrichten en jouw versie van de gang van zaken konden verifiëren.
Op 17 oktober 2023 hebben wij jou geconfronteerd met onze bevindingen. Tijdens dit tweede gesprek gaf jij toe op zondag 8 oktober 2023 alleen een pallet met emmers saus te hebben meegenomen. Pas nadat wij jou confronteerden met bewijs waarop te zien was dat jij met de IBC reed gaf jij toe dat jij ook de IBC (met 900 liter zonnebloemolie) had meegenomen. Jij beweerde op de andere zondagen niets te hebben meegenomen. Verder gaf jij aan dat jij wist dat jij deze spullen niet mocht meenemen en er spijt van had.
Jij gaf ook tijdens dit gesprek aan dat jij de meegenomen saus en zonnebloemolie hebt uitgedeeld aan familie. De IBC met 900 liter zonnebloemolie heb jij afgetapt en vervolgens in kleine hoeveelheden verkocht. Daarnaast gaf jij aan dat de lege IBC en emmers saus niet meer bij jou thuis zouden staan omdat jij deze hebt doorverkocht. Jij hebt voor bovenstaande handelingen in totaal EUR 1.100 gekregen.
(…) Wij stellen vast dat je:
op 8 oktober 2023 bedrijfseigendommen (een IBC met zonnebloemolie en een pallet met emmers saus) die aan [verweerder] toebehoren op onrechtmatige wijze hebt toegeëigend althans hebt geprobeerd toe te eigenen;
op meerdere zondagavonden het terrein van [verweerder] hebt betreden zonder dat jij daartoe gerechtigd was;
in de periode van 8 oktober tot en met 17 oktober 2023 hebt gelogen althans niet transparant bent geweest over jouw gedragingen op 8 oktober 2023. Daarmee heb jij ons onderzoek belemmert.
Door jouw handelwijze hebben wij alle vertrouwen in jou als werknemer verloren. (…) Voornoemde redenen zijn ieder voor zich en in onderlinge samenhang een reden voor een ontslag op staande voet. Dit hebben wij in het gesprek van 17 oktober 2023 aan jou medegedeeld.”