ECLI:NL:RBMNE:2024:1732

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
20 maart 2024
Publicatiedatum
19 maart 2024
Zaaknummer
16.071731.23 (P)
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Professionele drugshandel in cocaïne met kwetsbare afnemers

In deze strafzaak heeft de rechtbank Midden-Nederland op 20 maart 2024 uitspraak gedaan tegen een verdachte die samen met anderen gedurende een periode van ongeveer drie maanden heeft gehandeld in cocaïne. De verdachte en zijn medeverdachten hebben deze drugshandel op professionele wijze uitgevoerd, waarbij de cocaïne voornamelijk werd verkocht aan kwetsbare mensen, waaronder verslaafden die begeleiding kregen op een hulpverleningslocatie in Utrecht. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte in de periode van 10 april 2023 tot en met 4 juli 2023 samen met anderen opzettelijk cocaïne heeft verkocht en afgeleverd. De verdachte is op 4 juli 2023 aangehouden en in zijn woning werd cocaïne aangetroffen, wat de rechtbank als bewijs heeft gebruikt voor de bewezenverklaring van de tenlastelegging. De rechtbank heeft de verdachte een gevangenisstraf van 8 maanden opgelegd, met aftrek van het voorarrest, en heeft daarbij rekening gehouden met de ernst van de feiten en de impact van drugshandel op de maatschappij. De rechtbank heeft ook de vordering van de officier van justitie tot verbeurdverklaring van in beslag genomen goederen toegewezen, waaronder geld en drugsgerelateerde voorwerpen.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Strafrecht
Zittingsplaats Utrecht
Parketnummer: 16.071731.23 (P)
Vonnis van de meervoudige kamer van 20 maart 2024
in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren op [2003] te [geboorteplaats] ,
wonende aan het [adres] te [woonplaats] ,
hierna: verdachte.

1.ONDERZOEK TER TERECHTZITTING

Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting op 18 oktober 2023 (regie), 12 januari 2024 (pro forma), 28 februari 2024 (inhoudelijke behandeling) en 20 maart 2024 (sluiting onderzoek).
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering en standpunten van officier van justitie mr. B. Nitrauw en van hetgeen verdachte en zijn raadsman, mr. V.A. van Biljouw, advocaat te Breukelen, naar voren hebben gebracht.

2.TENLASTELEGGING

De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht. De verdenking komt er in de kern op neer dat verdachte:
Feit 1: in de periode van 11 november 2022 tot en met 4 juli 2023 in IJsselstein , Nieuwegein en Utrecht samen met anderen heeft gehandeld in cocaïne;
Feit 2: op 4 juli 2023 in IJsselstein samen met anderen opzettelijk 7,6 gram cocaïne aanwezig heeft gehad.

3.VOORVRAGEN

De dagvaarding is geldig, de rechtbank is bevoegd tot kennisneming van het ten laste gelegde, de officier van justitie is ontvankelijk in de vervolging van verdachte en er zijn geen redenen voor schorsing van de vervolging.

4.WAARDERING VAN HET BEWIJS

4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie acht het onder 1 en 2 ten laste gelegde wettig en overtuigend te bewijzen.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft primair vrijspraak bepleit van het onder 1 ten laste gelegde. Subsidiair heeft de raadsman bepleit dat er hoogstens sprake kan zijn van een dag waarop verdachte in drugs heeft gehandeld. Meer subsidiair heeft de raadsman bepleit dat de tenlastegelegde periode dient te worden ingekort, wat dan leidt tot een partiële vrijspraak. Ten aanzien van het onder 2 ten laste gelegde heeft de raadsman vrijspraak bepleit. De standpunten van de raadsman, voor zover van belang, worden besproken onder 4.3.
4.3
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank is van oordeel dat beide feiten wettig en overtuigend kunnen worden bewezen. Voor feit 1 betreft de bewezenverklaring een gedeelte van de periode. De rechtbank licht dit als volgt toe.
Bewijsmiddelen [1]
Een proces-verbaal van bevindingen, zakelijk weergegeven, voor zover inhoudende:
Uit de bevraging van de historische verkeersgegevens van het telefoonnummer [telefoonnummer] (
hierna: [telefoonnummer]) volgt een daadwerkelijke actieve periode van 11-10-2022 tot en met 19-03-2023. Uit analyse van de historische verkeersgegevens van [telefoonnummer] is gebleken dat er tot ongeveer begin maart 2023 veelvuldig (in ieder geval meerdere keren per week) telefonische contacten plaatsvonden met onder andere de volgende vier telefoonnummers: [telefoonnummer] , [telefoonnummer] , [telefoonnummer] en [telefoonnummer] . Uit onderzoek in de politieregistratiesystemen naar de tenaamgestelden van deze nummers is gebleken dat deze telefoonnummers vermoedelijk in gebruik zijn bij personen die verslaafd zijn aan harddrugs. [2] Gezien deze feiten en omstandigheden is het vermoeden ontstaan dat het telefoonnummer [telefoonnummer] sinds 11-11-2022 als zogenaamde dealerlijn gebruikt werd.
Van de vier genoemde telefoonnummers van de mogelijke afnemers werden de historische verkeersgegevens bevraagd en onderzocht. Uit analyse van deze verkeersgegevens is gebleken dat voornoemde vier telefoonnummers vanaf ongeveer begin maart 2023 alle vier veelvuldig contact hebben met telefoonnummer [telefoonnummer] (
hierna: [telefoonnummer]). Wat opvalt is dat dit telefoonnummer in de plaats lijkt te zijn gekomen van [telefoonnummer] . Uit analyse van de historische verkeersgegevens blijkt namelijk dat vanaf het moment dat het contact met [telefoonnummer] is gestopt, het contact met [telefoonnummer] begint. Hierdoor was het vermoeden ontstaan dat het telefoonnummer [telefoonnummer] het nieuwe dealernummer betreft. [3]
Uit onderzoek naar de overige tegencontacten van de gebruiker van dit nummer ( [telefoonnummer] ) is eveneens gebleken dat er veelvuldig contact was met telefoonnummers die geregistreerd staan op naam van personen die als harddruggebruiker zijn geclassificeerd. Hiermee is vastgesteld dat [telefoonnummer] een deallijn betreft. [4]
Een proces-verbaal van bevindingen, zakelijk weergegeven, voor zover inhoudende:
Tijdens de doorzoeking van de woning aan de [adres] in [woonplaats] , waar verdachte [medeverdachte 1] woonachtig is, werden een aantal mobiele telefoons in beslag genomen. Onder andere de iPhone 7 op de slaapkamer van [medeverdachte 1] (op het bed). Het telefoonnummer wat in gebruik is op de mobiele telefoon betreft [telefoonnummer] . [5] De WhatsApp username welke op de dealtelefoon geregistreerd is, betreft: [username] . De in deze telefoon aangetroffen WhatsApp chats zijn in zijn geheel te relateren aan de handel in verdovende middelen. Op 25 februari 2023 (een dag na ingebruikname van het nieuwe dealnummer) verstuurt [username] het volgende bericht in een groep chat met 97 contacten en afzonderlijk naar zijn Whatsapp contacten: "We zijn weer 24/7 actief op ons nieuwe nummer groetjes [bijnaam medeverdachte 1] ". [6]
Een proces-verbaal van bevindingen, zakelijk weergegeven, voor zover inhoudende:
Gedurende het onderzoek Obando heeft vanaf 27 maart 2023 een telefoontap gelopen op het telefoonnummer [telefoonnummer] ( [telefoonnummer] ). Uit het beluisteren van middels deze telefoontap geïntercepteerde gesprekken is gebleken dat dit telefoonnummer gebruikt werd ten behoeve van de handel in verdovende middelen, meer specifiek als dealerlijn. Uit beluisterde telefoongesprekken viel af te leiden dat er nagenoeg dagelijks meerdere malen bestellingen van verdovende middelen binnenkwamen op dit telefoonnummer. [7]
Gedurende het onderzoek zijn meerdere personenauto's in beeld gekomen die door de verschillende verdachten gebruikt werden. In een aantal van deze voertuigen is plaatsbepalingsapparatuur geplaatst:
  • [kenteken] , Skoda Fabia op naam van [A] (vader van verdachten [verdachte] en [medeverdachte 2] ), gegevens vanaf 20 maart 2023
  • [kenteken] , Toyota Yaris op naam van [B] (moeder van verdachte [medeverdachte 3] ), gegevens vanaf 15 mei 2023
  • [kenteken] , Ford Focus op naam van verdachte [medeverdachte 2] , gegevens vanaf 28 april 2023
Bij meerdere telefoongesprekken betreffende bestellingen van verdovende middelen volgde kort na het gesprek een reisbeweging van één van deze voertuigen.
Uit zeer veel telefoongesprekken bleek dat meerdere afnemers van verdovende middelen vermoedelijk woonden op een locatie van het [naam] , [adres] te [woonplaats] .
Verschillende telefoonnummers waarmee bestellingen van verdovende middelen werden gedaan bij [telefoonnummer] stonden blijkens onderzoek bij het Centraal Informatiepunt Onderzoek Telecommunicatie geregistreerd op naam van personen die als woonadres deze locatie hadden. Daarnaast werd in zeer veel gesprekken benoemd dat er naar ' [naam] ' gekomen moest worden door de dealer, er werd afgesproken 'aan de weg bij het witte bord' of bij 'het bruggetje'. Uit analyse van de gegevens van de plaatsbepalingsapparatuur is gebleken dat bovenstaande personenauto's veel reisbewegingen maakten richting de [straat] , een korte stop maakten aan de weg (soort oprit richting [naam] ) of bij een bruggetje nabij deze locatie. [8]
28-05-2023 18:30 gesprek met [telefoonnummer]
5135: Hai met [afneemster] . Hey uhm hoeveel is een half pakje bijjou?
[telefoonnummer] : Vijfentwintig
5135: Oké, en hoe laat kan je ongeveer in Nieuwegein zijn?
[telefoonnummer] : Als je mij adres stuurt dan laat ik jou gelijk weten precies hoe laat.
5135: Is goed Oké.
Interpretatie door onderzoeksteam
De gebruikster van telefoonnummer [telefoonnummer] vroeg hoeveel een halve gram cocaïne (half pakje) [9] was bij " [telefoonnummer] , die kostte bij [telefoonnummer] vijfentwintig euro.
In het gesprek dat hierop volgde om 18:43 uur zei de afneemster dat zij er 'eentje' wilde en dat ze op het Muntplein wilde afspreken.
Reisbeweging [kenteken] naar Muntplein Nieuwegein
De personenauto met kenteken [kenteken] reed vanuit [woonplaats] naar het Muntplein te Nieuwegein, waar hij rond 18:54 uur aan kwam, en reed vervolgens weer terug naar [woonplaats] . [10]
20-06-2023 13.44 gesprek met [telefoonnummer]
vraagt of iemand met spoed bij de pinautomaat van het stadje kan komen. Hij geeft aan dat hij naar de action moet. [telefoonnummer] geeft aan dat hij bij de molen moet gaan staan en dat hij moet gaan bellen als hij daar is.
Interpretatie door onderzoeksteam
De gebruiker van telefoonnummer [telefoonnummer] wilde snel verdovende middelen afnemen, [telefoonnummer] zei dat de afnemer naar de molen moest gaan. Om 14:07 uur volgde een gesprek waarin de afnemer zei dat hij er over één minuut zou zijn.
Waarneming observatieteam
Door het observatieteam werd waargenomen dat de personenauto [kenteken] richting de molen in [woonplaats] reed (molen op de [straat] ), daar een korte stop maakte om een overdracht van
vermoedelijk verdovende middelen te doen en weer wegreed. Waargenomen werd dat de persoon die de verdovende middelen aannam deze direct gebruikte. Als bestuurder van de personenauto [kenteken] werd [medeverdachte 3] herkend. [11]
Een proces-verbaal van bevindingen, zakelijk weergegeven, voor zover inhoudende:
Gedurende het onderzoek zijn van verdachten telecommunicatienummers achterhaald (telefoonnummer, IMEI, IMSI). Dit betreffen de volgende verdachten en nummers:
Verdachte
Nummers
[verdachte]
[telefoonnummer]
[IMEI nummer] (IMEI)
[medeverdachte 2]
[IMSI nummer] (IMSI)
[IMSI nummer] (IMSI)
[IMEI nummer] (IMEI)
[medeverdachte 3]
[telefoonnummer]
[medeverdachte 1]
[IMEI nummer] (IMEI)
[telefoonnummer]
Op de dealerlijn [telefoonnummer] loopt vanaf 27 maart 2023 een telefoontap. Uit onderzoek naar afgeluisterde telefoongesprekken is gebleken dat er zeer veel bestellingen van gebruikershoeveelheden cocaïne werden gedaan waarbij als overdrachtslocatie de nabije omgeving van een vestiging van het [naam] werd gekozen. Deze locatie betrof de [straat] te [woonplaats] , nabij perceel [nummer] . [12] Hierna volgen in chronologische volgorde reisbewegingen en verplaatsingen van telecom betreffende de vermoedelijke aflevering van verdovende middelen.
18-04-2023
Reisbeweging [telefoonnummer] ( [medeverdachte 3] ) en [telefoonnummer] + [telefoonnummer] ( [verdachte] ) naar [straat] en terug naar [woonplaats] .
Telefoongesprekken
Om 22:19 uur zei [telefoonnummer] tegen een vaste afnemer dat hij eraan kwam. [13]
02-05-2023
Reisbeweging [kenteken] naar [straat] , overeenkomende verspringingen [telefoonnummer] en [IMEI nummer] + [IMSI nummer] (simkaart met dit IMSl-nummer was geplaatst in het toestel met genoemd IMEI, [medeverdachte 2] ) [14]
Telefoongesprekken
Om 15.37 uur gaf een afnemer door dat zij klaar stonden, er moesten verschillende hoeveelheden cocaïne geleverd worden. Deze overdacht werd door het observatieteam waargenomen, als bestuurder van de [kenteken] werd [medeverdachte 2] herkend. [15]
29-05-2023
Reisbeweging [kenteken] naar [straat] , overeenkomende verspringingen [telefoonnummer] en
[IMSI nummer] (dealerlijn en [medeverdachte 2] ).
Telefoongesprekken
Om 21:56 uur werd bij [telefoonnummer] een 'twintigje wit' besteld, om 22:20 uur zei [telefoonnummer] tegen de afnemer dat hij om de hoek was. [16]
13-06-2023
Reisbeweging [kenteken] naar [straat] , overeenkomende verspringingen [telefoonnummer] (deallijn), [telefoonnummer] ( [medeverdachte 3] ) en [telefoonnummer] ( [medeverdachte 1] ).
Telefoongesprekken
Om 12:30 uur werd bij [telefoonnummer] voor zestig euro besteld, het moest naar [naam] . [telefoonnummer] zei dat het twintig minuten zou duren. Om 12:55 uur zei [telefoonnummer] dat de afnemer kon gaan lopen. [17]
16-06-2023
Reisbeweging [kenteken] naar [straat] , overeenkomende verspringingen [telefoonnummer]
(deallijn) en [telefoonnummer] ( [verdachte] ). [18]
Telefoongesprekken
Om 16:51 uur werd bij [telefoonnummer] 'eentje van 20' besteld, het zou een half uur duren. Om 17:10 uur zei [telefoonnummer] dat het nog tien minuten duurde en om 17:38 uur zei de afneemster dat het halve [naam] stond te wachten. [19]
Een proces-verbaal van bevindingen, zakelijk weergegeven, voor zover inhoudende:
Gedurende onderzoek Obando bleek, aan de hand van geïntercepteerde telecommunicatie, dat de gebruiker van het telefoonnummer [telefoonnummer] meermaals " [verdachte] " genoemd werd. Tevens zegt de gebruiker zelf in een gesprek, [verdachte] te heten. [20]
Een proces-verbaal van bevindingen, zakelijk weergegeven, voor zover inhoudende:
Op 4 juli 2023 werd de woning van de verdachte [verdachte] , [adres] te [woonplaats] ,
doorzocht. Bij deze doorzoeking werd op een bed in een slaapkamer een mobiele telefoon aangetroffen. In het toestel was een simkaart geplaatst met telefoonnummer [telefoonnummer] . Het aan het toestel gekoppelde Apple ID was ' [e-mail adres] @hotmail.com'. [21]
Een proces-verbaal van bevindingen, zakelijk weergegeven, voor zover inhoudende:
Op 4 juli 2023 vond er een doorzoeking ter inbeslagname plaats in de woning van de verdachten [verdachte] en [medeverdachte 2] , [adres] te [woonplaats] . Tijdens de doorzoeking werd in de slaapkamer linksachter, op het bed, een mobiele telefoon aangetroffen. Deze mobiele telefoon betrof een Google Pixel. Op de simkaarthouder was het imeinummer [IMEI nummer] af te lezen. [22]
Een proces-verbaal van bevindingen, zakelijk weergegeven, voor zover inhoudende:
Dealerlijn [telefoonnummer] [23]
Hier staan dagen beschreven staan waarop reisbewegingen te zien zijn van verdachten samen met de dealerlijn. Hierbij is opgenomen welke toestellen er verplaatsen, de tijdsspanne waarbinnen ze verplaatsen en de locatie waar ze naartoe verplaatsen, komend uit en terugkerend naar [woonplaats] .
10-04-2023 01.15-02.45 uur [verdachte] ( [telefoonnummer] ) en [medeverdachte 1] ( [telefoonnummer] ) [woonplaats] [24]
Een proces-verbaal van bevindingen, zakelijk weergegeven, voor zover inhoudende:
Gedurende het onderzoek bleek dat met name [medeverdachte 3] ten behoeve van de handel in verdovende middelen veelvuldig gebruik maakte van een personenauto van het merk Toyota Yaris, voorzien van kenteken [kenteken] , die op naam stond van zijn moeder. Tussen 3 april 2023 en 2 mei 2023 is vertrouwelijke communicatie opgenomen die plaatsvond in genoemde personenauto. Ik, verbalisant, heb steekproefsgewijs enkele gesprekken van de opgenomen vertrouwelijke communicatie beluisterd en hoorde dat er door verschillende personen (in wisselende samenstelling) in het voertuig veelvuldig gesproken werd over de handel in verdovende middelen. Daarnaast vonden er zeer veel korte stop-momenten plaats waarbij duidelijk sprake was van de overdacht van een gebruikershoeveelheid verdovende middelen. [25]
21 april 2023
Op 21 april 2023 vond een reisbeweging plaats van de personenauto vanuit [woonplaats] naar de wijk [wijk] in [woonplaats] . Uit analyse is gebleken dat de telefoonnummers in gebruik bij [medeverdachte 3] en [verdachte] ( [telefoonnummer] en [telefoonnummer] ) een volledig overeenkomende reisbeweging maakten. Uit de opgenomen vertrouwelijke communicatie in de personenauto bleek dat er gedurende de reisbeweging vanuit [woonplaats] naar [woonplaats] twee mannen in het voertuig zaten. Kort nadat het voertuig in beweging was gekomen zei de ene man tegen de andere: "Race, race he [medeverdachte 3] , race", waaruit valt af te leiden dat [medeverdachte 3] de bestuurder was. Later in het gesprek, om 22:40 uur werd door [medeverdachte 3] het telefoonnummer ' [telefoonnummer] ' genoemd, dit nummer moest worden gebeld. Te horen was dat vermoedelijk de andere man in de auto dit nummer op een telefoon intoetste en belde, hij zei dat hij geen verbinding kreeg.
Uit onderzoek naar de telefoontap op het telefoonnummer [telefoonnummer] van [verdachte] is gebleken dat er op 21 april 2023 [26] om 22:40:55 en 22:41:05 uur twee uitgaande gesprekspogingen waren naar het door [medeverdachte 3] genoemde telefoonnummer, er kwam echter geen verbinding tot stand. Gezien al deze feiten en omstandigheden is het aannemelijk dat [medeverdachte 3] en [verdachte] de personen waren die op 21 april 2023 in onderstaande communicatie te horen waren.
[verdachte] tegen [medeverdachte 3] : "Ik ga nog niet maken, ik moet eerst testen en dan ga ik terugkomen hierheen, dan gaan we pas maken."
[medeverdachte 3] tegen [verdachte] : Hoe beter hoe drukker hoe meer geld. Als je die lijn gaat verkopen je hebt nu voor 120 doezoe, 55 doezoe... nieuw blok nemen.
Nadat [verdachte] in [wijk] enige tijd uit het voertuig is geweest en hierna weer instapt:
[verdachte] : Hij zei dat kanker goed is.
[verdachte] : Ik moet iemand vragen die kan snuiven.
[verdachte] : Ja die eh, die kan testen
[medeverdachte 3] : Ja. [bijnaam medeverdachte 1] heeft die nummers
[verdachte] : […] heeft hem nu.
[medeverdachte 3] in een telefoongesprek: "Maar hee, laat weten of hij voor rook of snuif wil. Maar roken is al net uitgetest he. Ja maar diegene moet het in zijn neus doen." [27]
Nadat er twee personen in de auto zijn gestapt, vermoedelijk om drugs te testen:
NNv: It is not speed he?
[medeverdachte 3] : new coke.. So ehh can you try it and let us know how it's
[medeverdachte 3] : This is one gram he?
NNv: Oke then. I will write you
Kort nadat de twee personen zijn uitgestapt:
Telefoon gaat over. [medeverdachte 3] neemt op en zegt: "Jo. Ja is goed...Ehh...ze had hem eerst geproefd gewoon met haar tong, toen zei ze eh dat goed proefde... Toen zei ik tegen haar als je gaat gebruiken door je neus, moet je mij een berichtje sturen..." [28]
Een proces-verbaal van verhoor getuige, zakelijk weergegeven, voor zover inhoudende:
Getuige: [getuige 1] , adres [adres] te [woonplaats] . [29]
V: Wat gebruik je dan?
A: Ik gebruik cocaïne. Als jij tien keer op een dag komt dan wordt je wel eens gezien.
V: Kwamen ze zo vaak?
A: Op en neer joh, op en neer. [30]
V: Bij welk nummer bestelde jij?
A: Ja, bij die nu opgepakt zijn. [31]
V: Waar spraken jullie dan af?
A: Hier in de buurt. Vijf minuten lopen.
V: Weet je misschien waar het nummer op eindigt? Of op begint?
A: 4,8 4 ofzo?
V: Als je dan met die jongens gebeld had. Hoe kwamen ze dat dan brengen?
A: Met de auto, of de scooter. [32]
V: Ze kwamen ook wel eens met een andere auto?
A: Ja.
V: Als je met die jongens belde, kwamen zij het dan ook brengen? Of kwam er iemand anders brengen?
A: Weet ik niet. Volgens mij kwam er gewoon iemand aan ofzo.
V: Hoe weet je dat? Dat het een andere jongen was.
A: Als ik met ze bel, dan kreeg ik iemand aan de lijn en dan zei hij 'er is iemand onderweg'. Dat zeggen ze ook, 24 uur weet je wel. 24/7.
O: Ik ga twee nummers opschrijven en dan vraag ik of jij die herkent. Het eerste nummer is
[telefoonnummer] .
A: Ik denk dat dat hem wel is. Ik denk dat dat het enige goede nummer is. [33]
Een proces-verbaal van verhoor getuige, zakelijk weergegeven, voor zover inhoudende:
Getuige: [getuige 2] , adres te [woonplaats] . [34]
V: Wat doen die jongens dan met jouw telefoon?
A: Ze bellen hun dealer op, of ik bel hem op. [35]
A: Die jullie hebben opgeruimd. Het zijn toch jonge jongens.
V: Bellen ze dan voor cocaïne?
A: Ja
V: Wie bedoel je dan?
A: Ja, die jongens uit [woonplaats] . [36]
Een proces-verbaal van doorzoeking ter inbeslagneming, voor zover inhoudende, en de aangehechte bijlage inbeslaggenomen goederen:
Op 4 juli 2023 werd voor een doorzoeking ter inbeslagneming binnengetreden in een woning gelegen aan [adres] te [woonplaats] . [37]
Lijst van inbeslaggenomen goederen:
Rond doosje met daarin drie ponypack’s [38]
8 ponypack’s met opdruk scarface, aangetroffen in jas aan de kapstok in hal woning
7 ponypack’s hello my little friend aangetroffen in jas aan de kapstok in hal woning [39]
Een proces-verbaal uitslag forensisch onderzoek, voor zover inhoudende:
Op 4 juli 2023 werden in perceel [adres] te [woonplaats] twee verdachten aangehouden, genaamd: [medeverdachte 2] , geboren op [1999] te [geboorteplaats] en [verdachte] , geboren op [2003] te [geboorteplaats] (Marokko).
Tijdens een ingestelde doorzoeking in perceel [adres] te [woonplaats] werden op verdovende middelen gelijkende stoffen aangetroffen en in beslag genomen. Er werden onder andere acht papieren wikkels aangetroffen met een wit poeder, voorzien van het opschrift: "scarface". Deze wikkels werden in beslag genomen en gewaarmerkt met het Spoor Identificatie Nummer (SIN): AAQD0302NL. [40]
Een proces-verbaal onderzoek verdovende middelen, zakelijk weergegeven, voor zover inhoudende:
Betreft onderzoek aan:
Goednummer PL0900-2023074617-3188170
SIN AAQD0302NL
Relatie met SIN AAQI4898NL
8 papieren wikkels met 3,2 gram wit poeder/brokjes. [41]
Goednummer PLO900-2023074617-3188172
SIN AAPU6818NL
Relatie met SIN AAQI4883NL
Bijzonderheden: blikje met 3 ponypacks
Plaats veiligstellen papieren wikkels (3) met 1,27 gram wit poeder. [42]
Goednummer PL0900-2023074617-3188168
SIN AAPU6820NL
Relatie met SIN AAQI4884NL
Inhoud/specificatie ‘Say hello to my little friend”
Omschrijving plastic zakje met 7 papieren wikkels met 3,12 gram wit poeder. [43]
Een rapport identificatie van drugs, zakelijk weergegeven, voor zover inhoudende:
AAQI4898NL monster bevat cocaïne
AAQI4883NL monster bevat cocaïne
AAQI4884NL monster bevat cocaïne
In het onderzoeksmateriaal is cocaïne aangetoond. Cocaïne is vermeld op lijst I van de Opiumwet. [44]
Over het bewijs
De hiervoor weergegeven bewijsmiddelen worden steeds gebruikt tot het bewijs van het feit of de feiten, waarop zij blijkens hun inhoud uitdrukkelijk betrekking hebben. Sommige onderdelen van de bewijsmiddelen hebben niet betrekking op alle feiten, maar op één of meerdere feiten.
Bewijsoverwegingen drugshandel (feit 1)
De rechtbank acht op basis van voornoemde bewijsmiddelen wettig en overtuigend bewezen dat verdachte in de periode van 10 april 2023 tot en met 4 juli 2023 samen met anderen heeft gehandeld in cocaïne.
Uit de bewijsmiddelen volgt dat [telefoonnummer] een dealnummer is voor harddrugsgebruikers. De telefoon met dit telefoonnummer is aangetroffen op de slaapkamer van medeverdachte [medeverdachte 1] . Het telefoonnummer van verdachte reist op 10 april mee met nummer [telefoonnummer] en het telefoonnummer van medeverdachte [medeverdachte 1] . Uit de getuigenverklaringen van afnemers die bestelden bij [telefoonnummer] blijkt dat zij cocaïne afnamen. Dit wordt ondersteund door het ovc-gesprek dat op 21 april 2023 gevoerd is door verdachte en medeverdachte [medeverdachte 3] . In dit gesprek wordt gesproken over het laten testen van coke. Op basis van het dossier ziet dit volgens de rechtbank op het laten testen van de handelsvoorraad van verdachte en medeverdachten. Bovendien is op 4 juli 2023 in de woning waar verdachte woont ook cocaïne aangetroffen, verpakt in ponypacks. Verdachte heeft zich op zijn zwijgrecht beroepen. Op basis van al het voorgaande houdt de rechtbank verdachte verantwoordelijk voor het dealen in cocaïne vanaf het eerste moment dat de telefoon van verdachte meebeweegt met de dealerlijn op 10 april 2023. Hoewel het dossier voldoende wettig en overtuigend bewijs bevat dat de dealerlijn (eerst de [telefoonnummer] en later de [telefoonnummer] ) al sinds 11 november 2022 actief was, bevat het dossier naar het oordeel van de rechtbank onvoldoende wettig en overtuigend bewijs dat verdachte zich in de periode voor 10 april 2023 al bezig hield met de handel in cocaïne.
Uit de bewijsmiddelen volgt verder dat verdachte niet alleen handelde, maar dat hij dit samen met anderen deed. De rechtbank constateert dat verdachten samenwerkten voor het opnemen en afleveren van de bestellingen, omdat degene die de telefoon opnam soms een ander was dan degene die de drugs kwam afleveren. Ook constateert de rechtbank dat verdachten soms samen zorgden voor de aflevering van de drugs op de [straat] . Verder wordt er gesproken in meervoudsvorm vanuit het WhatsAppaccount [username] . De rechtbank ziet dat er ook overleg plaatsvindt over het handelswaar, de cocaïne. Uit dat overleg op 21 april 2023 blijkt dat er sprake is van een onderlinge taakverdeling: [bijnaam medeverdachte 1] (medeverdachte [medeverdachte 1] ) heeft de nummers, [verdachte] (verdachte) legt contact met de testers en medeverdachte [medeverdachte 3] rijdt naar de locatie en houdt contact met de testers. Uit alles blijkt dat er sprake is van een nauwe en bewuste samenwerking tussen verdachte en anderen. De rechtbank vindt de bijdragen van verdachte ook voldoende wezenlijk: de verdachte reist meermalen af richting de [straat] nadat een bestelling is gedaan en verdachte hield zich bezig met het regelen van personen die de cocaïne konden testen.
Bewijsoverweging aanwezig hebben cocaïne (feit 2)
De raadsman heeft aangevoerd dat verdachte niet verantwoordelijk kan worden gehouden voor de cocaïne die is aangetroffen in de woning waar hij woont, omdat zijn broer, die op hetzelfde adres woont, op de zitting van 28 februari 2024 heeft aangegeven dat de cocaïne van hem was.
De rechtbank gaat echter aan de verklaring van medeverdachte [medeverdachte 2] voorbij, omdat de rechtbank de verklaring ongeloofwaardig vindt. De rechtbank verklaart namelijk bewezen dat zowel verdachte als zijn broer onderdeel uitmaakten van een groep die via het dealnummer [telefoonnummer] in cocaïne handelden. De rechtbank gaat er daarom vanuit dat er sprake is van een gezamenlijke handelsvoorraad cocaïne van verdachte en zijn broer.

5.BEWEZENVERKLARING

De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte:
1op meerdere momenten in de periode van 10 april 2023 tot en met 4 juli 2023 te IJsselstein en/of Nieuwegein en/of Utrecht, tezamen en in vereniging met anderen, telkens opzettelijk heeft verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd, één of meer hoeveelheden van een materiaal bevattende cocaïne, zijnde een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I;
2op 4 juli 2023 te IJsselstein tezamen en in vereniging met een ander, opzettelijk aanwezig heeft gehad ongeveer 7,6 gram van een materiaal bevattende cocaïne, een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I.
Voor zover in het bewezen verklaarde deel van de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet in de verdediging geschaad.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. Verdachte wordt hiervan vrijgesproken.

6.STRAFBAARHEID VAN DE FEITEN

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezen verklaarde uitsluit, zodat dit strafbaar is.
Het bewezen verklaarde levert volgens de wet de volgende strafbare feiten op:
Feit 1:medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 2 onder B van de Opiumwet gegeven verbod, meermalen gepleegd;
Feit 2:medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder C van de Opiumwet gegeven verbod.

7.STRAFBAARHEID VAN VERDACHTE

Er is geen omstandigheid gebleken of aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit. Verdachte is dan ook strafbaar.

8.OPLEGGING VAN STRAF

8.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd te veroordelen tot:
- een gevangenisstraf van 15 maanden, met aftrek van het voorarrest;
- een vrijheidsbeperkende maatregel ex artikel 38v van het Wetboek van Strafrecht (hierna: Sr), inhoudende een contactverbod met medeverdachten (behalve zijn broer) en [C] , een locatieverbod voor de plaats waar verdachte drugs verkocht en een locatieverbod voor de plaats van de brandstichting. Als verdachte zich niet aan deze maatregel houdt, moet hij per overtreding een maand in detentie doorbrengen, met een maximum van 6 maanden detentie.
De officier van justitie heeft gevorderd de 38v-maatregel dadelijk uitvoerbaar te verklaren.
8.2
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft aangevoerd dat een straf gelijk aan het voorarrest passend is. Dat past bij de oriëntatiepunten van de rechtbank (LOVS) voor een dealperiode van 3 tot 6 maanden. Bovendien is het afschrikwekkende effect van detentie met het voorarrest al bereikt. Verdachte heeft zich in detentie in positieve zin ingezet door verschillende cursussen te volgen.
8.3
Het oordeel van de rechtbank
Bij het bepalen van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de ernst van het bewezen verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van verdachte, zoals ter terechtzitting is gebleken.
Ernst van de feiten
Verdachte heeft tijdens een periode van drie maanden samen met anderen gehandeld in cocaïne. Verdachte en zijn medeverdachten hebben deze drugshandel professioneel aangepakt. Er werd administratie bijgehouden, de samenwerking werd afgestemd, de taken waren verdeeld en er waren meerdere voertuigen beschikbaar om de drugs af te leveren. De cocaïne werd vooral verkocht aan kwetsbare mensen; verslaafde mensen die wonen op een locatie van het [naam] in [woonplaats] en daar begeleiding krijgen. Dat verdachte cocaïne aan deze verslaafde mensen op deze locatie verkocht, vindt de rechtbank ernstig. Juist deze mensen moeten beschermd worden tegen de gevaren van drugs. Deze handelswijze laat volgens de rechtbank zien dat verdachte alleen aan zichzelf heeft gedacht en het geld dat hij kon verdienen met de handel in cocaïne. Voor de strafmaat vindt de rechtbank het daarnaast van belang dat drugshandel in algemene zin de maatschappij schade toebrengt. Drugsgebruik heeft een negatief effect op de volksgezondheid en handel in drugs zorgt voor veel criminaliteit en overlast. Dat zijn redenen om drugshandel te bestraffen. Ook houdt de rechtbank bij de strafoplegging rekening met het feit dat verdachte cocaïne in zijn woning had.
Persoon van verdachte
Bij haar beslissing heeft de rechtbank ook rekening gehouden met:
- een uittreksel justitiële documentatie betreffende verdachte van 1 januari 2024;
- een reclasseringsadvies van 23 februari 2024, uitgebracht door Reclassering Nederland.
Het uittreksel van de justitiële documentatie (het strafblad) van verdachte is blanco, op een veroordeling voor het rijden onder invloed van drugs na. De reclasseringsmedewerker schrijft in het advies dat hij het risico op herhaling van strafbaar gedrag door verdachte niet goed kan inschatten, omdat verdachte zich op zijn zwijgrecht heeft beroepen en dus geen vragen wilde beantwoorden. De reclasseringsmedewerker maakt zich zorgen om de dagbesteding van verdachte en zijn financiële situatie. Verder schrijft hij dat diagnostiek en behandeling van belang zijn. Het advies aan de rechtbank is om verdachte een deels voorwaardelijke straf op te leggen, zodat aan de straf bijzondere voorwaarden kunnen worden verbonden. Die voorwaarden stellen de reclassering in staat om een beter beeld te krijgen van het doen en laten van verdachte, waardoor de risicofactoren beter kunnen worden ingeschat. Op de zitting heeft verdachte verklaard dat hij niet wil meewerken met de reclassering.
Strafoplegging
De rechtbank stelt voorop dat de bewezenverklaarde feiten zo ernstig zijn dat de zwaarste strafmodaliteit, een gevangenisstraf, op zijn plaats is. De rechtbank kijkt voor het bepalen van de hoogte van de gevangenisstraf onder meer naar de oriëntatiepunten voor straftoemeting van het LOVS voor het dealen van drugs. Voor een dealperiode van 3 maanden is het oriëntatiepunt een bandbreedte van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 6 tot 8 maanden. Omdat de rechtbank tot een andere bewezenverklaring komt dan de officier van justitie, zal de rechtbank een lagere straf opleggen dan de officier van justitie heeft geëist. De straf die de rechtbank op basis van al het voorgaande passend vindt en aan verdachte oplegt, is een onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van 8 maanden, met aftrek van het voorarrest.
De rechtbank kiest niet voor een deels voorwaardelijke straf met bijzondere voorwaarden, omdat verdachte niet gemotiveerd is om mee te werken aan de reclassering. De rechtbank is van oordeel dat dit in deze zaak een belangrijke voorwaarde is om wel te komen tot een voorwaardelijk strafdeel met bijzondere voorwaarden. Verder heeft verdachte op geen enkele manier verantwoordelijkheid genomen voor zijn handelen. Hij heeft gedurende het hele proces gezwegen. Verdachte heeft slechts verklaard dat hij aan het werk wil gaan en een opleiding wil volgen als hij uit detentie komt.
De rechtbank ziet gelet op de aard van het feit waarvoor verdachte wordt veroordeeld geen aanleiding om een vrijheidsbeperkende maatregel in de zin van artikel 38v Sr op te leggen.

9.BESLAG

9.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft kortgezegd gevorderd dat de auto’s, mobiele telefoons en het geld verbeurd moeten worden verklaard. De drugs, wapens en aan drugs gerelateerde goederen moeten worden onttrokken aan het verkeer. De officier van justitie heeft in zijn vordering geen onderscheid gemaakt tussen de goederen die inbeslaggenomen zijn onder verdachte en goederen die inbeslaggenomen zijn onder zijn broer.
9.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft bepleit dat de inbeslaggenomen auto ( [kenteken] ) al is teruggegeven aan de vader van verdachte, die eigenaar van de auto is. De auto is niet vatbaar voor verbeurdverklaring, nu de vader van verdachte te goeder trouw was ten aanzien van de situatie dat verdachte de auto gebruikte.
9.3
Het oordeel van de rechtbank
Nu de officier van justitie geen splitsing heeft gemaakt voor wat betreft de inbeslaggenomen goederen in de woning van de broers [broers] , zal de rechtbank de beslissingen over het beslag in beide vonnissen opnemen, als onduidelijk is bij wie het goed inbeslaggenomen is.
Teruggave aan rechthebbende
De rechtbank zal de inbeslaggenomen auto ( [kenteken] ) teruggeven aan de rechthebbende, [C] ( [1966] ), vader van verdachte. De rechtbank is van oordeel dat [A] moet worden aangemerkt als eigenaar van de auto, nu hij de kentekenhouder en tenaamgestelde is. Dat verdachte en zijn broer, tevens medeverdachte [medeverdachte 2] , ook in de auto zijn gezien, betekent niet dat zij eigenaar van het voertuig zijn. Verder is de rechtbank van oordeel dat uit het dossier niet blijkt dat de vader van verdachte en medeverdachte [medeverdachte 2] wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat zijn auto door zijn zoons werd gebruikt voor drugshandel.
Verbeurdverklaring
De rechtbank zal de in beslag genomen voorwerpen, te weten:
- geld (776492);
- geld (776482) en
- geld (776801)
verbeurd verklaren. Deze voorwerpen zijn baten van de bewezenverklaarde drugshandel. De rechtbank veroordeelt verdachte voor het handelen in drugs gedurende een periode van drie maanden. Uit de getuigenverklaringen blijkt dat de afnemers contant betaalden voor de drugs. Verdachte had geen legaal inkomen. Nu verdachte zelf niet heeft verklaard waar het geld vandaan is gekomen, gaat de rechtbank er op basis van deze omstandigheden vanuit dat het geld afkomstig is van de drugshandel.
Onttrekking aan het verkeer
De rechtbank zal de in beslag genomen voorwerpen, te weten
- ponypacks (776517);
- ponypacks (776469);
- 7 ponypacks (776470);
- tasje met wiet (776479);
- 7 gripzakjes met wiet (776481);
- cilinder met lachgas (776520) en
- cilinder met lachgas (776523)
onttrekken aan het verkeer, gelet op de inhoud van artikel 13a van de Opiumwet.
De rechtbank zal de in beslag genomen voorwerpen, te weten:
- soort samoerai zwaard (776495);
- mes (776499);
onttrekken aan het verkeer, gelet op de inhoud van artikel 36d van het Wetboek van Strafrecht.

10.TOEPASSELIJKE WETTELIJKE VOORSCHRIFTEN

De beslissing berust op de artikelen
  • 33, 33a, 36b, 36d, 47 en 57 van het Wetboek van Strafrecht en
  • 2, 10 en 13a van de Opiumwet;
zoals deze artikelen luidden ten tijde van het bewezen verklaarde.

11.BESLISSING

De rechtbank:
Bewezenverklaring
- verklaart het onder 1 en 2 ten laste gelegde bewezen zoals hiervoor in rubriek 5 is vermeld;
- verklaart het meer of anders ten laste gelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij;
Strafbaarheid
- verklaart het onder 1 en 2 bewezen verklaarde strafbaar en kwalificeert dit zoals hiervoor in rubriek 6 is vermeld;
- verklaart verdachte strafbaar;
Oplegging straf
- veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstraf van 8 maanden;
- bepaalt dat de tijd, door verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
Beslag
- verklaart de volgende voorwerpen verbeurd:
  • geld (776492);
  • geld (776801);
  • geld (776482);
- verklaart de volgende voorwerpen onttrokken aan het verkeer:
  • ponypacks (776517);
  • ponypacks (776469);
  • 7 ponypacks (776470);
  • tasje met wiet (776479);
  • 7 gripzakjes met wiet (776481);
  • soort samoerai zwaard (776495);
  • mes (776499);
  • cilinder met lachgas (776520) en
  • cilinder met lachgas (776523)
- gelast de teruggave aan de rechthebbende van het volgende voorwerp:
 auto [kenteken] (776812).
Dit vonnis is gewezen door mr. C. van de Lustgraaf, voorzitter, mr. A.M.M. Lemmen en mr. O. Böhmer, rechters, in tegenwoordigheid van mr. I.M. Dijkstra, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 20 maart 2024.
Bijlage: de tenlastelegging
Aan verdachte wordt ten laste gelegd dat:
1
hij op één of meerdere moment(en) in of omstreeks de periode van 11 november
2022 tot en met 4 juli 2023 te IJsselstein en/of Nieuwegein en/of Utrecht, althans in
het arrondissement Midden-Nederland, en/of elders in Nederland, tezamen en in vereniging
met een of meer anderen, althans alleen, (telkens) opzettelijk heeft bereid en/of bewerkt
en/of verwerkt en/of verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd, in elk geval
(telkens) opzettelijk aanwezig heeft gehad, één of meer hoeveelheden van een materiaal
bevattende cocaïne, zijnde een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I,
dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
( art 10 lid 4 Opiumwet, art 2 ahf/ond B Opiumwet, art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht )
2
hij op of omstreeks 4 juli 2023 te IJsselstein tezamen en in vereniging met een of meer
anderen, althans alleen, opzettelijk aanwezig heeft gehad ongeveer 7,6 gram van een
materiaal bevattende cocaïne, een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst
I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
( art 10 lid 3 Opiumwet, art 2 ahf/ond C Opiumwet, art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht )

Voetnoten

1.Wanneer hierna wordt verwezen naar paginanummers betreft dit pagina’s van op ambtseed of ambtsbelofte opgemaakte processen-verbaal. Deze processen-verbaal zijn als bijlagen opgenomen bij de in de wettelijke vorm door politie Midden-Nederland opgemaakte processen-verbaal van 6 oktober 2023, genummerd 2310021526.EIND.OBANDO, doorgenummerd 1 tot en met 1021, en van 27 december 2023, genummerd 2312220900.AANV.OBANDO, doorgenummerd 1022 tot en met 1270. Tenzij anders vermeld, zijn dit processen-verbaal in de wettelijke vorm opgemaakt door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren.
2.Een proces-verbaal van bevindingen van 26 juni 2023, pagina 333.
3.Een proces-verbaal van bevindingen van 26 juni 2023, pagina 334.
4.Een proces-verbaal van bevindingen van 26 juni 2023, pagina 335.
5.Een proces-verbaal van bevindingen van 13 juli 2023, pagina 705.
6.Een proces-verbaal van bevindingen van 13 juli 2023, pagina 706.
7.Een proces-verbaal van bevindingen van 28 juni 2023, pagina 337.
8.Een proces-verbaal van bevindingen van 28 juni 2023, pagina 338.
9.Een proces-verbaal van bevindingen van 28 juni 2023, pagina 356.
10.Een proces-verbaal van bevindingen van 28 juni 2023, pagina 357.
11.Een proces-verbaal van bevindingen van 28 juni 2023, pagina 362.
12.Een proces-verbaal van bevindingen van 3 juli 2023, pagina 445.
13.Een proces-verbaal van bevindingen van 3 juli 2023, pagina 450.
14.Een proces-verbaal van bevindingen van 3 juli 2023, pagina 451.
15.Een proces-verbaal van bevindingen van 3 juli 2023, pagina 452.
16.Een proces-verbaal van bevindingen van 3 juli 2023, pagina 456.
17.Een proces-verbaal van bevindingen van 3 juli 2023, pagina 459.
18.Een proces-verbaal van bevindingen van 3 juli 2023, pagina 460.
19.Een proces-verbaal van bevindingen van 3 juli 2023, pagina 461.
20.Een proces-verbaal van bevindingen van 13 juni 2023, pagina 294.
21.Een proces-verbaal van bevindingen van 31 augustus 2023, pagina 676.
22.Een proces-verbaal van bevindingen van 3 oktober 2023, pagina 678.
23.Een proces-verbaal van bevindingen van 27 juni 2023, pagina 513.
24.Een proces-verbaal van bevindingen van 27 juni 2023, pagina 522.
25.Een proces-verbaal van bevindingen van 24 november 2023, pagina 1067.
26.Een proces-verbaal van bevindingen van 24 november 2023, pagina 1070.
27.Een proces-verbaal van bevindingen van 24 november 2023, pagina 1071.
28.Een proces-verbaal van bevindingen van 24 november 2023, pagina 1072.
29.Een proces-verbaal van verhoor getuige van 11 juli 2023, pagina 842.
30.Een proces-verbaal van verhoor getuige van 11 juli 2023, pagina 843.
31.Een proces-verbaal van verhoor getuige van 11 juli 2023, pagina 844.
32.Een proces-verbaal van verhoor getuige van 11 juli 2023, pagina 845.
33.Een proces-verbaal van verhoor getuige van 11 juli 2023, pagina 847.
34.Een proces-verbaal van verhoor getuige van 11 juli 2023, pagina 849.
35.Een proces-verbaal van verhoor getuige van 11 juli 2023, pagina 850.
36.Een proces-verbaal van verhoor getuige van 11 juli 2023, pagina 852.
37.Een proces-verbaal doorzoeking ter inbeslagneming van 6 juli 2023, pagina 997.
38.Een geschrift, te weten een lijst van inbeslaggenomen goederen als bijlage bij het proces-verbaal doorzoeking ter inbeslagneming van 6 juli 2023, pagina 998.
39.Een geschrift, te weten een lijst van inbeslaggenomen goederen als bijlage bij het proces-verbaal doorzoeking ter inbeslagneming van 6 juli 2023, pagina 1001.
40.Een proces-verbaal uitslag forensisch onderzoek van 5 juli 2023, pagina 728.
41.Een proces-verbaal onderzoek verdovende middelen van 13 juli 2023, pagina 730.
42.Een proces-verbaal onderzoek verdovende middelen van 13 juli 2023, pagina 731.
43.Een proces-verbaal onderzoek verdovende middelen van 13 juli 2023, pagina 732.
44.Een geschrift, te weten een rapport identificatie van drugs van het NFI, opgesteld door ing. P.H. Wallinge van 23 augustus 2023, pagina 735.