In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, gedaan op 19 maart 2024, is het beroep van eiseres gegrond verklaard. Eiseres had beroep ingesteld omdat verweerder, de Belastingdienst/Toeslagen, niet tijdig had beslist op haar aanvraag van 6 mei 2022 voor herbeoordeling van de kinderopvangtoeslag. De rechtbank heeft vastgesteld dat de beslistermijn is overschreden. Eiseres had verweerder in gebreke gesteld op 26 juni 2023, en het beroep werd ingediend op 17 februari 2024, meer dan twee weken na deze ingebrekestelling. De rechtbank heeft bepaald dat verweerder alsnog een besluit moet nemen binnen een termijn van twee weken na verzending van de uitspraak, met een uiterste datum van 28 mei 2024 voor het doen van een vooraankondiging. Tevens is er een dwangsom van € 100,- per dag opgelegd voor elke dag dat deze termijn wordt overschreden, met een maximum van € 15.000,-. Eiseres heeft recht op vergoeding van de proceskosten, die zijn vastgesteld op € 218,75, en het door haar betaalde griffierecht van € 51,- moet ook worden vergoed. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn op de hoogte gesteld van hun mogelijkheden om in verzet te gaan tegen deze uitspraak.