Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.De procedure
- de dagvaarding met de producties I t/m IV is op 12 september 2023 bij [gedaagde] bezorgd,
- [gedaagde] heeft schriftelijk op de dagvaarding gereageerd (conclusie van antwoord),
- daarna heeft [eiseres] schriftelijk gereageerd (conclusie van repliek),
- [gedaagde] heeft als laatste schriftelijk gereageerd (conclusie van dupliek),
- daarna heeft de kantonrechter bepaald dat vonnis zal worden gewezen. De vonnisdatum is nader bepaald op vandaag.
2.Waar gaat het om?
3.De beoordeling
eerstehuurovereenkomst aan hem heeft voldaan. Hij wijst erop dat hij [eiseres] tegemoet is gekomen door in te stemmen met haar verzoek om de eerste huurovereenkomst voor kamer [nummer 1] voortijdig te beëindigen en aansluitend een tweede huurovereenkomst te sluiten voor kamer [nummer 2] , dat is een kleinere kamer met een lagere huurprijs. Hij stelt dat hij haar daarmee enorm heeft bevoordeeld. De eerste huurovereenkomst is in goed overleg voortijdig ontbonden. Om die reden kan [eiseres] volgens [gedaagde] niet eenzijdig terugkomen op eventuele (volgens haar) onjuiste onderdelen van de eerste huurovereenkomst. De kantonrechter overweegt daarover als volgt.
- € 214,00 griffierecht;
- € 130,48 explootkosten inclusief informatiekosten;
- € 264,00 salaris gemachtigde (2 punten x het tarief van € 132,00).