Uitspraak
RECHTBANK Midden-Nederland
1.De procedure
- de conclusie van antwoord in reconventie tevens akte overlegging producties 19 t/m 24 en akte wijziging van eis in conventie,
- de incidentele conclusie houdende exceptie van onbevoegdheid van [gedaagde] , en
2.De beoordeling
– voor zover die overlapt met de eerdere procedure – buiten beschouwing in deze procedure op grond van de eisen van een goede procesorde.
€ 477.583,00 is geen rekening gehouden met de negatieve resultaten van [handelsnaam 2] . Dit sluit niet aan op de werkelijkheid, zoals hiervoor al is overwogen. De activiteiten en administratie van [handelsnaam 1] en [handelsnaam 2] liepen immers door elkaar heen. Dat bevestigen [B] en [A] in het Afwikkelingsvoorstel. Gelet hierop had [eiser] moet onderbouwen waarom [handelsnaam 1] op dit punt dan wel als een afzonderlijk bedrijf moet worden gezien. Dit heeft hij niet gedaan. Deze afwijkende verdeling zal de rechtbank daarom niet volgen.
3.De beslissing
25 april 2023 tot aan de dag van algehele voldoening,