ECLI:NL:RBMNE:2024:1409
Rechtbank Midden-Nederland
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Wrakingsverzoek niet-ontvankelijk verklaard wegens ontbreken behandelend rechter
Op 7 maart 2024 heeft de meervoudige kamer van de Rechtbank Midden-Nederland, zittende in Utrecht, een beslissing genomen op een wrakingsverzoek van een verzoeker. Het verzoek tot wraking was ingediend op 4 maart 2024, maar de wrakingskamer heeft geoordeeld dat de verzoeker niet-ontvankelijk is in zijn wrakingsverzoek. Dit oordeel is gebaseerd op het feit dat de hoofdzaak, waar het wrakingsverzoek betrekking op had, nog niet was toebedeeld aan een rechter. Volgens artikel 8:15 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) kan een wrakingsverzoek alleen worden ingediend tegen een rechter die de zaak behandelt. Aangezien er nog geen behandelend rechter was, kon het verzoek niet in behandeling worden genomen.
De verzoeker had aangevoerd dat de rechter documenten toestuurt die niet zijn ondertekend en waarvan het mandaat niet herleidbaar is. Dit punt was voor de verzoeker van belang in zijn beroep. De wrakingskamer heeft echter vastgesteld dat de griffier had gemeld dat de hoofdzaak nog niet was toegewezen aan een rechter, waardoor er geen mogelijkheid was om het wrakingsverzoek te honoreren. De beslissing van de wrakingskamer is openbaar uitgesproken en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing. De procedure in de hoofdzaak zal worden voortgezet in de stand waarin deze zich bevond op het moment van de schorsing door het wrakingsverzoek.