Uitspraak
1.De procedure
- de conclusie van antwoord met 9 producties;
- de conclusie van repliek met productie 10;
- de conclusie van dupliek met 6 producties.
2.De feiten
Smart Video Doorbell” besteld voor een bedrag van € 40,30.
Yesterday I received a reminder from Klarna Bank for an order that I returned on August 26.
Hierin heb je ons laten weten de bestelling bij [onderneming] B.V. te hebben teruggestuurd. De bijbehorende factuur met betalingsomschrijving: [betalinigsomschrijving] is toen gepauzeerd.
I can see that Klarna has contacted the merchant on behalf of the customer almost 3 years ago. The merchant had informed us that they have not received the order in return. They also informed us that the customer has not followed the merchant’s return policy and that no return was requested through the appropriate channels. The return receipt the customer provided also shows that they have sent their parcel with track & trace, further investigation is therefore impossible.”.
3.Het geschil
4.De beoordeling
de teruggestuurde bestelling niet is geaccepteerd”). De e-mail van 10 januari 2024 – ruim drie jaar na de retourzending – is onvoldoende om daar anders over te oordelen. [gedaagde] heeft dus gebruik gemaakt van zijn herroepingsrecht. Volgens [eiseres] moet [gedaagde] het aankoopbedrag desondanks betalen, omdat hij het retourbeleid niet heeft opgevolgd. Uit niets blijkt echter dat partijen een retourbeleid zijn overeengekomen en wat dit retourbeleid zou inhouden. [gedaagde] geeft zelf bij conclusie van antwoord weliswaar aan dat hij heeft geprobeerd het product in zijn [naam] -account retour te melden en dat dit niet is gelukt, maar dat betekent nog niet dat [gedaagde] op grond van de overeenkomst verplicht was om een retourmelding te doen (zonder welke melding de retournering niet zou worden geaccepteerd). Die verplichting volgt ook niet uit de door [eiseres] ingediende algemene voorwaarden van [naam] . Die algemene voorwaarden dateren van na de besteldatum en zijn daarom niet van toepassing. [eiseres] heeft verder nog schermafbeeldingen van het bestelproces bij [naam] ingediend. Hieruit blijkt ook niet welke stappen [gedaagde] bij een retourzending had moeten volgen. Op grond van het voorgaande leidt het standpunt van [eiseres] niet tot de conclusie dat [gedaagde] het aankoopbedrag van de bestelling aan [eiseres] zou moeten betalen. Daar komt nog bij dat [naam] de retourzending niet naar [gedaagde] heeft teruggestuurd nadat zij deze had ontvangen en – volgens [eiseres] – niet heeft kunnen verwerken. Dat is ook niet gebeurd nadat [gedaagde] per e-mail van 21 november 2020 naar de retournering heeft geïnformeerd. [naam] beschikt dus (nog steeds) over de geretourneerde bestelling. Op grond van het voorgaande zal het gevorderde bedrag van € 40,30 worden afgewezen. Dat geldt ook voor de daarmee samenhangende wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten.