ECLI:NL:RBMNE:2024:1310

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
27 februari 2024
Publicatiedatum
6 maart 2024
Zaaknummer
16/128083-22
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Diefstal van telefoons via Marktplaats met bedreiging met geweld

In deze strafzaak, behandeld door de Rechtbank Midden-Nederland op 27 februari 2024, is de verdachte beschuldigd van twee diefstallen van Apple iPhones, gepleegd op 22 en 24 mei 2022. De eerste diefstal vond plaats in Hilversum, waar de verdachte samen met een ander een telefoon van aangever 1 heeft gestolen. Tijdens de vlucht bedreigde de verdachte de aangever met een mes, wat leidde tot een ernstige schending van de persoonlijke veiligheid. De tweede diefstal vond plaats in Breda, waar de verdachte opnieuw samen met een ander een telefoon heeft gestolen van aangever 2. De rechtbank heeft vastgesteld dat beide feiten wettig en overtuigend bewezen zijn, met uitzondering van het medeplegen, waarvoor de verdachte is vrijgesproken. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 12 maanden, rekening houdend met de ernst van de feiten en de recidive van de verdachte. De vordering van de benadeelde partij is niet-ontvankelijk verklaard, omdat er onvoldoende verband was tussen de schade en het bewezen verklaarde handelen van de verdachte.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Strafrecht
Zittingsplaats Utrecht
Parketnummer: 16/128083-22 (P)
Vonnis van de meervoudige kamer van 27 februari 2024
in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] 1998 te [geboorteplaats] ,
wonende aan [adres] , [woonplaats]
(hierna: verdachte).

1.ONDERZOEK TER TERECHTZITTING

Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 13 februari 2024.
Verdachte is niet ter zitting verschenen. De raadsman van verdachte, mr. F.T. Sakrak, advocaat te Zaandam, heeft verklaard dat hij door verdachte bepaaldelijk is gemachtigd om hem te vertegenwoordigen.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering en standpunten van officier van justitie mr. J.P. Jansen en van hetgeen de raadsman namens verdachte naar voren heeft gebracht.

2.TENLASTELEGGING

De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht. De verdenking komt er in het kort op neer dat verdachte:
Feit 1
op 22 mei 2022 in Hilversum samen met een ander een Apple Iphone van [aangever 1] heeft gestolen, waarna hij tijdens zijn vlucht [aangever 1] heeft bedreigd met geweld door met een mes in de richting van [aangever 1] te lopen en daarbij de woorden toe te voegen: "Ga weg. Dit moet je echt niet willen";
Feit 2
op 24 mei 2022 in Breda samen met een ander een Apple Iphone van [aangever 2] en/of [aangever 3] heeft gestolen.

3.VOORVRAGEN

De dagvaarding is geldig, de rechtbank is bevoegd tot kennisneming van het ten laste gelegde, de officier van justitie is ontvankelijk in de vervolging van verdachte en er zijn geen redenen voor schorsing van de vervolging.

4.WAARDERING VAN HET BEWIJS

4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie acht beide ten laste gelegde feiten wettig en overtuigend te bewijzen met uitzondering van het bestanddeel medeplegen.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft zijn standpunt verwoord in een ter terechtzitting overgelegde pleitnota. Ten aanzien van de bedreiging met geweld (onder 1 ten laste gelegd) heeft de raadsman vrijspraak bepleit. Daarnaast heeft de raadsman verzocht om verdachte partieel vrij te spreken van het medeplegen voor beide feiten.
4.3
Het oordeel van de rechtbank
4.3.1
De bewijsmiddelen [1]
De bewijsmiddelen worden steeds gebruikt tot het bewijs van het feit of de feiten, waarop zij blijkens hun inhoud uitdrukkelijk betrekking hebben.
Een proces-verbaal van aangifte van [aangever 1] , voor zover hier van belang en zakelijk weergegeven inhoudende:
Ik heb een advertentie op Marktplaats gezet om mijn Apple Iphone te verkopen. Ik kreeg contact met [verdachte] uit Zaandam. Ik sprak met [verdachte] af om de telefoon op zondag aan hem te verkopen. [2] Op 22 mei 2022 werd er aangebeld. Ik ben naar de voordeur gelopen met de telefoon. Ik haalde de telefoon uit de doos en gaf deze aan de jongen. Toen hoorde ik die jongen zeggen; "Die telefoon is voor mij, bedankt". Ik zag toen dat de jongen, met mijn telefoon in zijn hand, hard wegrende. Ik liep achter die jongen aan. Ik haalde hem daar in. Toen ik die jongen een meter of 4 of 5 had benaderd zag ik dat hij stilstond en zich naar mij omdraaide. Ik zag toen dat de jongen met zijn rechterhand zijn shirt omhoog deed en dat hij met zijn rechterhand uit zijn broeksband een mes met een zwart vierkant handvat haalde. Het mes leek mij een stiletto achtig mes. De jongen hield het mes naast zich in zijn rechterhand. Ik zag toen dat hij zo op me af kwam lopen. Ik hoorde toen dat hij zei; "Ga weg. Dit moet je echt niet willen" Ik zag dat hij toen op een meter of 2 a 3 was genaderd. Ik voelde me toen door zijn houding en zijn woorden echt bedreigd. Ik zag toen dat die jongen zich omdraaide en hard wegliep. [3] Ik zag dat die jongen naar een witte Mercedes liep en aan de passagierskant instapte. Ik zag toen dat het kenteken van deze Mercedes [kenteken] was. [4]
Een proces-verbaal van aangifte van [aangever 3] , voor zover hier van belang en zakelijk weergegeven inhoudende:
Ik doe aangifte van diefstal van de telefoon van mijn moeder, [aangever 2] . Ik heb de Iphone van mijn moeder te koop aangeboden op marktplaats. Op 24 mei 2022 nam ene [naam] uit Zaandam contact met mij op. We zijn overeengekomen dat hij de telefoon dezelfde avond voor 1.045,- euro zou kopen. Ik zat te wachten en heb toen een witte Mercedes door de straat zien rijden. Enige tijd later stond hij bij mij aan de deur. Ik heb de deur open gedaan en heb toen het toestel uit de doos gepakt. Nadat ik het toestel had aangezet heb ik het toestel aan de jongen overhandigd. Vervolgens trok hij het oplaadsnoer uit het toestel en rende ineens weg. Ik ben gelijk achter hem aangegaan. [5] Toen hoorde ik een auto hard wegrijden. Onze buurman heeft in ieder geval twee camera's aan zijn huis hangen waar iets op te zien is en op de dashcam van zijn auto was het kenteken te zien van de auto waar de jongen in is gestapt. Het kenteken is [kenteken] . Op de beelden was te zien dat het om een witte Mercedes gaat. Op 26 mei 2022 zag ik een advertentie van [naam] uit Zaandam waarin hij een goudkleurige Iphone 13 pro te koop aan biedt. [6]
Een proces-verbaal van verhoor getuige [getuige] , voor zover hier van belang en zakelijk weergegeven inhoudende:
Ik was op 22 mei met mijn vriend [aangever 1] , die mij vertelde dat hij zijn telefoon ging verkopen. Ik zag dat [aangever 1] naar de voordeur liep, open deed en buiten liep. Ineens hoorde ik de moeder van [aangever 1] schreeuwen. Ik zag [aangever 1] rennen achter diezelfde jongen aan. Ik ben op mijn scooter achter hun aan gereden. Ik zag toen dat de jongen in zijn rechterhand een telefoon had. Toen reed ik de jongen klem. Ik zag dat hij toen met zijn linkerhand in zijn jas greep. Ik zag dat hij iets pakte. Ik dacht dat het een mes was want ik zag een bruin heft van een mes. Ik zag dat hij naar een witte Mercedes Benz liep en aan de passagierskant instapte. [7]
Een proces-verbaal van bevindingen, genummerd MD1R022031 JM 12, voor zover hier van belang en zakelijk weergegeven inhoudende:
Op 23 mei 2022 te 15.00 uur toonden wij de getuige [getuige] twee foto’s van [verdachte] . [8] Wij hoorden dat de genoemde getuige het volgende zei; nadat wij hem de foto's toonden: Ik zie zeker gelijkenissen met de dader van de diefstal en bedreiging. Het baardje de sik en snor zijn zeker gelijkend maar de haardracht was veel korter. Ook de gelaatsuitdrukking is zeer gelijkend. [9]
Een proces-verbaal van bevindingen, genummerd MD1R022031 JM44, voor zover hier van belang en zakelijk weergegeven inhoudende:
Uit de vergelijking tussen camerabeelden van de diefstal te Breda en van de camerabeelden van de diefstal te Hilversum blijkt dat het om dezelfde verdachte gaat en om het zelfde vluchtvoertuig. Vanuit onderzoek 14Orion22 is gebleken dat de verdachte betreft: [verdachte] . [10]
Op 13 juni 2022 werd de mobiele telefoon van [verdachte] in beslag genomen. Uit onderzoek naar de eerdergenoemde mobiele telefoon, bleek dat:
  • er emailberichten op de telefoon stonden van Marktplaats waarop is te zien dat er contact is geweest tussen een gebruiker met de naam [verdachte] en [aangever 1] [de rechtbank begrijpt: [aangever 1] ], het slachtoffer;
  • er op de telefoon een Gmail account actief was met het emailadres [emailadres] .
Een proces-verbaal van bevindingen van [verbalisant] , voor zover hier van belang en zakelijk weergegeven inhoudende:
Op zondag 22 mei 2022 werd er aangifte gedaan van diefstal van een telefoon en een bedreiging daarna met geweld. Telefoon gegevens: Apple lphone, Zwart, Serienummer en imeinummer [IMEI-nummer] . Door middel van een afgegeven printertelefoontap werden de volgende gegevens zichtbaar voor het onderzoekteam 14 Orion: Op 24 mei 2022 te 21.20 uur werd gezien dat in de genoemde telefoon een simkaart gebruikt werd met het telefoonnummer, [telefoonnummer 2] . [13]
Een proces-verbaal van verhoor [benadeelde] , genummerd 13, voor zover hier van belang en zakelijk weergegeven inhoudende:
Ik werd gisteren gebeld door de politie dat de telefoon die ik ter goede trouw had gekocht, gestolen bleek te zijn. Op maandag 23 mei 2022 heb ik op een advertentie van marktplaats gereageerd. Dit was een advertentie voor een Apple IPhone 13 en stond naam van [naam] uit Zaandam. Ik sprak af om op dinsdag 24 mei die telefoon te gaan bekijken. Vervolgens stond ik rond 14:30 uur bij de [straat] in Zaandam. Ik zag dat iemand in een grijs trainingspak aan kwam lopen. [14] Aan de verdachte (de rechtbank begrijpt: [benadeelde] ) wordt een foto getoond van [verdachte] . A (de rechtbank begrijpt: [benadeelde] ): Ja dat is hem 100 procent. Ik zei toch ook al dat hij opvallende grote neusgaten had. Dat zie je duidelijk op de foto. [15]
V: Toen u de telefoon had gekocht, welk telefoonnummer heeft u daar toen in gebruikt?
A: [telefoonnummer 2] . [16]
4.3.2.
Overwegingen
Op grond van vorenstaande bewijsmiddelen acht de rechtbank het ten laste gelegde onder 1 en 2 wettig en overtuigend bewezen. Ten aanzien van feit 1 herkent getuige [getuige] verdachte als de dief. Koper [benadeelde] herkent verdachte vervolgens als marktplaatsaanbieder van de telefoon van aangever [aangever 1] . Op de telefoon van verdachte zijn ook marktplaatsberichten aangetroffen met aangever [aangever 1] , waaruit volgt dat het verdachte is geweest die met aangever [aangever 1] heeft afgesproken toen de telefoon werd gestolen. Voor het tweede feit geldt dat een verbalisant verdachte (aan de hand van de kleding) herkent op de camerabeelden van de vlucht. Daarbij komt – tot slot – dat de dader van beide diefstallen met dezelfde witte Mercedes voorzien van het kenteken [kenteken] is gevlucht. De rechtbank concludeert dan ook dat het verdachte is geweest die beide diefstallen heeft gepleegd.
De rechtbank is, anders dan de raadsman heeft betoogd, van oordeel dat er voldoende wettig en overtuigend bewijs is voor de onder 1 ten laste gelegde bedreiging met geweld. Aangever [aangever 1] beschrijft namelijk heel specifiek dat hij verdachte een mes ziet pakken en op hem af ziet komen lopen. Dit wordt ondersteund door de verklaring van getuige [getuige] , die ook heeft verklaard dat hij verdachte iets met een bruin heft wat lijkt op dat van een mes ziet pakken.
De rechtbank spreekt verdachte partieel vrij van het bestanddeel medeplegen bij zowel feit 1 als feit 2. Uit het dossier blijkt namelijk niet dat er naast verdachte een ander als medepleger betrokken is geweest bij de delicten. Aangever [aangever 1] heeft weliswaar verklaard dat verdachte na de diefstal als passagier is ingestapt in de witte Mercedes, maar het enkele gegeven dat verdachte zich kennelijk van en naar de afspraak met [aangever 1] heeft laten rijden is onvoldoende om te spreken van medeplegen.

5.BEWEZENVERKLARING

De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte:
Feit 1
op 22 mei 2022 te Hilversum een telefoon (te weten: Apple iPhone) die geheel aan [aangever 1] toebehoorde heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl deze diefstal werd gevolgd van bedreiging met geweld tegen voornoemde [aangever 1] , gepleegd met het oogmerk om bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, door met een mes in de richting van voornoemde [aangever 1] te lopen en daarbij de woorden toe te voegen: "Ga weg. Dit moet je echt niet willen";
Feit 2
op 24 mei 2022 te Breda een telefoon (te weten: Apple iPhone) die geheel aan [aangever 2] toebehoorde heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen.
Voor zover in het bewezen verklaarde deel van de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet in de verdediging geschaad.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. Verdachte wordt hiervan vrijgesproken.

6.STRAFBAARHEID VAN DE FEITEN

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezen verklaarde uitsluit, zodat dit strafbaar is.
Het
onder 1bewezen verklaarde levert volgens de wet het volgende strafbare feit op:
diefstal, gevolgd van bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren;
Het
onder 2bewezen verklaarde levert volgens de wet het volgende strafbare feit op:
diefstal.

7.STRAFBAARHEID VAN VERDACHTE

Er is geen omstandigheid gebleken of aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit. Verdachte is dan ook strafbaar.

8.OPLEGGING VAN STRAF

8.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd verdachte ter zake van het door de officier van justitie bewezen geachte te veroordelen tot een gevangenisstraf van 17 maanden.
8.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft zijn standpunt verwoord in een ter terechtzitting overgelegde pleitnota en heeft verzocht om primair een gevangenisstraf van 6 maanden en subsidiair een gevangenisstraf van 8 maanden op te leggen.
8.3
Het oordeel van de rechtbank
Bij het bepalen van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de ernst van het bewezen verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van verdachte, zoals ter terechtzitting is gebleken.
Ernst van de feiten en de omstandigheden waaronder deze zijn begaan
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan twee diefstallen, die hij twee dagen na elkaar pleegde. Hij deed dit beide keren door via Marktplaats een afspraak met de aangevers te maken en er met de (dure) telefoon vandoor te gaan op het moment dat de koop zou worden gesloten. Verdachte heeft aangevers bovendien bij hun (ouderlijk) huis beroofd en dat is een ernstig strafbaar feit, omdat iedereen zich daar veilig hoort te kunnen voelen. Daarnaast heeft verdachte bij de diefstal gepleegd op 22 mei 2022 aangever met een mes bedreigd, toen die achter hem aan was gerend. Kennelijk was verdachte er met het dragen van een mes op voorbereid dat het wel eens tot een confrontatie zou kunnen komen. Dit rekent de rechtbank verdachte ernstig aan, te meer omdat hieruit blijkt dat verdachte zelfs bereid was geweld te gebruiken voor zijn eigen financiële gewin.
De persoon van verdachte
De rechtbank heeft gekeken naar het strafblad van verdachte (uittreksel uit de Justitiële Documentatie) van 9 januari 2024. Daaruit blijkt dat verdachte meerdere keren is veroordeeld voor het plegen van soortgelijke feiten. Dit weegt de rechtbank in het nadeel van verdachte mee.
Uit het rapport dat de heer I. Franse namens GGZ Reclassering Inforsa Amsterdam op 21 december 2023 heeft opgesteld, blijkt dat de ten laste gelegde feiten onderdeel uitmaken van een patroon in vermogensdelicten met een geweldscomponent. Er zijn problemen op diverse leefgebieden en het risico op recidive wordt door de reclassering ingeschat als hoog. Bij een veroordeling wordt een straf zonder bijzondere voorwaarden geadviseerd, omdat verdachte al een verplicht reclasseringstoezicht (parketnummer 15/012679-23) opgelegd heeft gekregen dat nog moet starten.
StrafopleggingDe rechtbank gaat in het kader van de strafoplegging uit van een straatroof (feit 1) en een soortgelijk maar lichter feit, nu daarbij geen geweld aan te pas is gekomen (feit 2). De oriëntatiepunten voor straftoemeting van het LOVS gaan voor een straatroof met licht geweld of verbale bedreiging met recidive uit van 8 maanden onvoorwaardelijke gevangenisstraf. Het is strafverhogend als hierbij bedreiging met een wapen heeft plaatsgevonden. De rechtbank acht een vrijheidsbenemende straf van aanzienlijke duur dan ook gerechtvaardigd. De rechtbank houdt bij de strafoplegging tot slot rekening met artikel 63 van het Wetboek van Strafrecht. Alles overwegende is de rechtbank van oordeel dat passend en geboden is een gevangenisstraf voor de duur van 12 maanden.
Tenuitvoerlegging van de op te leggen gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat de verdachte in aanmerking komt voor deelname aan een penitentiair programma, als bedoeld in artikel 4 Penitentiaire beginselenwet, dan wel de regeling van voorwaardelijke invrijheidsstelling, als bedoeld in artikel 6:2:10 Wetboek van Strafvordering, aan de orde is.

9.BENADEELDE PARTIJ

[benadeelde] heeft zich als benadeelde partij in het geding gevoegd en vordert een bedrag van € 500,- aan materiële schade, ten gevolge van het aan verdachte onder 1 ten laste gelegde feit. De schade is ontstaan doordat de benadeelde partij ‘ter goeder trouw’ een gestolen telefoon heeft gekocht van verdachte, die later is teruggeven aan de rechtmatige eigenaar.
9.1
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank is, samen met de officier van justitie en de raadsman, van oordeel dat de vordering benadeelde partij niet-ontvankelijk dient te worden verklaard. Er bestaat namelijk onvoldoende verband tussen het bewezenverklaarde handelen van de verdachte (de diefstal van de telefoon) en de door de benadeelde partij gevorderde schade om te kunnen aannemen dat de benadeelde partij door dit handelen rechtstreekse schade is toegebracht.

10.TOEPASSELIJKE WETTELIJKE VOORSCHRIFTEN

De beslissing berust op de artikelen 57, 63, 310 en 312 van het Wetboek van Strafrecht, zoals de artikelen luidden ten tijde van het bewezen verklaarde.

11.BESLISSING

De rechtbank:
Bewezenverklaring
- verklaart het onder feit 1 en feit 2 ten laste gelegde bewezen zoals hiervoor in rubriek 5 is vermeld;
- verklaart het meer of anders ten laste gelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij;
Strafbaarheid
- verklaart het onder feit 1 en feit 2 bewezen verklaarde strafbaar en kwalificeert dit zoals hiervoor in rubriek 6 is vermeld;
- verklaart verdachte strafbaar;
Oplegging straf
- veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstrafvan
12 maanden;
Benadeelde partij
  • verklaart [benadeelde] niet-ontvankelijk in de vordering;
  • veroordeelt de benadeelde partij in de kosten door verdachte gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
Dit vonnis is gewezen door mr. S.I. Eijfferts, voorzitter, mrs. A.J.P. Schotman en J.P. Verboom, rechters, in tegenwoordigheid van mr. S. Bazaz, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 27 februari 2024.
Mr. J.P. Verboom is buiten staat dit vonnis te ondertekenen.
Bijlage: de tenlastelegging
Aan verdachte wordt ten laste gelegd dat:
1
hij op of omstreeks 22 mei 2022 te Hilversum, althans in Nederland, tezamen en in
vereniging met een of meer anderen, althans alleen, een telefoon (te weten: Apple
iPhone), in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [aangever 1] , in elk geval
aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) toebehoorde(n) heeft
weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl
deze diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of
bedreiging met geweld tegen voornoemde [aangever 1] , gepleegd met het oogmerk om
die diefstal voor te bereiden of gemakkelijk te maken, of om, bij betrapping op
heterdaad, aan zichzelf of andere deelnemers aan het misdrijf hetzij de vlucht
mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, door met een
mes, althans met een scherp en/of puntig voorwerp, in de richting van voornoemde
[aangever 1] te lopen en/of voornoemde [aangever 1] daarbij de woorden toe te voegen: "Ga
weg. Dit moet je echt niet willen", althans woorden van gelijke aard en/of strekking;
( art 310 Wetboek van Strafrecht, art 312 lid 1 Wetboek van Strafrecht, art 312 lid 2
ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht )
2
hij op of omstreeks 24 mei 2022 te Breda, althans in Nederland, tezamen en in
vereniging met een of meer anderen, althans alleen, een telefoon (te weten: Apple
iPhone), in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [aangever 2] en/of
[aangever 3] , in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn
mededader(s) toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich
wederrechtelijk toe te eigenen;
( art 310 Wetboek van Strafrecht, art 311 lid 1 ahf/sub 4 Wetboek van Strafrecht )

Voetnoten

1.Wanneer hierna wordt verwezen naar paginanummers betreft dit pagina’s van op ambtseed of ambtsbelofte opgemaakte processen-verbaal. De processen-verbaal van het onderzoek 14Orion22 zijn als bijlagen opgenomen bij het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van 11 april 2022 met nummer PL0900-2022144866, opgemaakt door politie Midden-Nederland, doorgenummerd p. 1 tot en met p. 74. Tenzij anders vermeld, zijn dit processen-verbaal in de wettelijke vorm opgemaakt door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren.
2.Pagina 4.
3.Pagina 5.
4.Pagina 6.
5.Pagina 44.
6.Pagina 45
7.Pagina 16.
8.Pagina 39.
9.Pagina 40.
10.Pagina 57.
11.Pagina 57.
12.Pagina 59.
13.Pagina 21.
14.Pagina 28.
15.Pagina 29.
16.Pagina 30.