ECLI:NL:RBMNE:2023:993

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
22 februari 2023
Publicatiedatum
6 maart 2023
Zaaknummer
9998479 AC EXPL 22-1726
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Intellectueel-eigendomsrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot schadevergoeding wegens inbreuk op auteursrechten op afbeeldingen afgewezen

In deze zaak vorderde de besloten vennootschap [eiser] B.V. schadevergoeding van de besloten vennootschap [gedaagde] B.V. wegens inbreuk op auteursrechten op afbeeldingen van door [eiser] ontworpen chalets. [eiser] stelde dat elf afbeeldingen zonder toestemming op de website van [gedaagde] waren geplaatst, wat leidde tot schade. Ondanks herhaalde verzoeken om verwijdering en schadevergoeding, heeft [gedaagde] niet voldaan aan de eisen van [eiser]. Tijdens de mondelinge behandeling op 23 januari 2023 werd duidelijk dat [gedaagde] betwistte dat de afbeeldingen auteursrechtelijk beschermd waren en dat de verkeerde partij was gedagvaard. De kantonrechter oordeelde dat [eiser] onvoldoende bewijs had geleverd dat de afbeeldingen auteursrechtelijke bescherming genoten. De kantonrechter wees de vorderingen van [eiser] af en veroordeelde haar in de proceskosten, die aan de zijde van [gedaagde] op nihil werden begroot. De uitspraak werd gedaan op 22 februari 2023 door kantonrechter R.A. Steenbergen.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Civiel recht
kantonrechter
locatie Amersfoort
zaaknummer: 9998479 AC EXPL 22-1726 ID/963
Vonnis van 22 februari 2023
inzake
de besloten vennootschap
[eiser] B.V.,
gevestigd te [vestigingsplaats] ,
verder ook te noemen [eiser] ,
eisende partij,
gemachtigde: mr. J.J. Wolleswinkel,
tegen:
de besloten vennootschap
[gedaagde] B.V.,
gevestigd te [vestigingsplaats] ,
verder ook te noemen [gedaagde] ,
gedaagde partij,
gemachtigde: [naam] .

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding met producties 1 tot en met 20,
- de conclusie van antwoord met producties 1 tot en met 18,
- de rolbeslissing van 31 augustus 2022,
- de akte van [eiser] van 14 september 2022,
- het proces-verbaal van de civiele rolzitting van 14 september 2022,
- de akte overlegging producties 21 tot en met 23 van [eiser] .
1.2.
Op 23 januari 2023 heeft een mondelinge behandeling plaatsgevonden, waarvan aantekeningen zijn gemaakt door de griffier. Partijen hebben vragen beantwoord van de kantonrechter en hun standpunten nader toegelicht. Mr. Wolleswinkel heeft spreekaantekeningen overhandigd en voorgedragen. Partijen hebben geen regeling getroffen en om een vonnis gevraagd. Daarop heeft de kantonrechter bepaald dat vandaag uitspraak zal worden gedaan.

2.Waar gaat het over?

2.1.
[eiser] is een onderneming die gespecialiseerd is in de bouw en verkoop van chalets.
2.2.
[onderneming] B.V. is een onderneming die zich onder meer bezighoudt met de productie van recreatie- en mantelzorgwoningen. Enig aandeelhouder en bestuurder van [onderneming] B.V. is [gedaagde] , een vennootschap die zich bezighoudt met holdingactiviteiten.
2.3.
[eiser] stelt dat zij in september 2021 heeft ontdekt dat op de website www. [gedaagde] .nl (hierna ook: de website) in totaal elf afbeeldingen (hierna ook: de afbeeldingen) van [eiser] van door haar ontworpen en gebouwde chalets waren geplaatst. [eiser] had daarvoor geen toestemming gegeven en haar naam stond er niet bij vermeld. Volgens [eiser] heeft [gedaagde] daardoor inbreuk gemaakt op de aan haar toekomende auteursrechten op die afbeeldingen en heeft zij als gevolg daarvan schade geleden.
2.4.
[eiser] en haar gemachtigde hebben [gedaagde] vanaf 13 oktober 2021 meerdere keren tevergeefs gesommeerd om de afbeeldingen te verwijderen. Volgens [gedaagde] zijn de afbeeldingen op 21 maart 2022 van de website verwijderd. De gemachtigde van [eiser] heeft [gedaagde] ook gesommeerd tot betaling van schadevergoeding. Partijen hebben in onderling overleg geen regeling kunnen treffen en [gedaagde] heeft [eiser] niets betaald.
2.5.
[eiser] vordert daarom in deze procedure dat de kantonrechter [gedaagde] veroordeelt om aan [eiser] € 1.980,00 te betalen aan gemiste licentievergoeding als schadevergoeding voor de gepleegde auteursrechtinbreuk, althans een door de kantonrechter te bepalen bedrag, te vermeerderen met wettelijke rente, en [gedaagde] veroordeelt in de werkelijk door haar gemaakte proceskosten ex artikel 1019h Rv van € 6.611,00, althans een door de kantonrechter te bepalen bedrag.
2.6.
[gedaagde] voert verweer. Als meest verstrekkende verweer voert zij aan dat [eiser] de verkeerde partij heeft gedagvaard, omdat de website niet wordt gebruikt door de holdingmaatschappij [gedaagde] , maar door haar dochtervennootschap, de werkmaatschappij [onderneming] B.V. Verder betwist [gedaagde] onder meer dat de afbeeldingen auteursrechtelijk beschermd zijn en dat [eiser] schade heeft geleden.

3.De beoordeling

Juiste partij gedagvaard
3.1.
De kantonrechter gaat voorbij aan het verweer van [gedaagde] dat niet zij, maar [onderneming] B.V. gedagvaard had moeten worden. Uit de overgelegde stukken blijkt dat de website de domeinnaam www. [gedaagde] .nl heeft en dat op de website het logo van [gedaagde] staat vermeld. Dat wijst erop dat het de website van [gedaagde] is. [eiser] en haar gemachtigde hebben [gedaagde] als houder van de website aangeschreven vanwege de vermeende auteursrechtinbreuk. [gedaagde] heeft in reactie daarop niet laten weten dat zij niet verantwoordelijk is voor de inhoud van de website. Zij schreef juist:
“De heer [naam] van [gedaagde] BV was dus ter goeder trouw toen hij deze foto’s ook op de website van [gedaagde] BV plaatste.”Dit bevestigt dat het gaat om de website van [gedaagde] en om handelen dat aan haar is toe te rekenen. Daarbij heeft [gedaagde] de websitebouwer ook de opdracht gegeven om de afbeeldingen van de website te verwijderen. Dit betekent dat [gedaagde] kan worden aangesproken op het gebruik van de afbeeldingen op de website en [eiser] dus de juiste partij heeft gedagvaard.
Akte over aanvullende rechtsgrond niet toegestaan
3.2.
[eiser] heeft in de dagvaarding aan haar vorderingen ten grondslag gelegd dat de afbeeldingen auteursrechtelijk beschermd zijn, dat aan haar als maker de auteursrechten daarop toekomen, dat het gebruik van de afbeeldingen door [gedaagde] op de website zonder haar toestemming een inbreuk op die rechten oplevert en zij daardoor schade heeft geleden. Tijdens de mondelinge behandeling heeft [eiser] aangevoerd dat de gestelde auteursrechtinbreuk niet alleen betrekking heeft op de afbeeldingen zelf, maar ook op de ontwerpen van [eiser] die daarop staan afgebeeld. Daaraan komt ook auteursrechtelijke bescherming toe volgens [eiser] . Naar het oordeel van de kantonrechter heeft [eiser] dit in de dagvaarding niet duidelijk gemaakt en evenmin uitgewerkt. Voor de kantonrechter en [gedaagde] werd pas tijdens de mondelinge behandeling duidelijk dat [eiser] ook een beroep wilde doen op schending van aan haar toekomende auteursrechten op de afgebeelde ontwerpen. [gedaagde] heeft zich daar niet goed tegen kunnen verweren. [eiser] heeft de kantonrechter verzocht nog een akte toe te staan, zodat zij dit onderdeel nader kan toelichten. De kantonrechter vindt het in strijd met de goede procesorde om nog een aktewisseling toe te staan, omdat [eiser] deze aanvullende rechtsgrond pas tijdens de mondelinge behandeling heeft aangevoerd zonder daarbij haar stellingen te onderbouwen. [eiser] had dit al in de dagvaarding kunnen doen, maar dat heeft zij nagelaten.
Kern van het geschil
3.3.
Het gaat in deze zaak dus om de vraag of [gedaagde] aan [eiser] schadevergoeding moet betalen, omdat zij inbreuk heeft gemaakt op aan [eiser] toekomende auteursrechten op de afbeeldingen door deze zonder haar toestemming op de website te plaatsen. De kantonrechter beantwoordt deze vraag met “nee”. Hij vindt dat [eiser] onvoldoende heeft aangevoerd om aan te kunnen nemen dat aan de afbeeldingen auteursrechtelijke bescherming toekomt. De vorderingen moeten om die reden worden afgewezen. De kantonrechter zal dit oordeel hierna toelichten.
Afbeeldingen niet auteursrechtelijk beschermd
3.4.
Op een foto kan als “werk” in de zin van de Auteurswet auteursrecht rusten (zie artikel 10 lid 1 onder 9 van de Auteurswet). Om voor auteursrechtelijke bescherming in aanmerking te komen, is op grond van artikel 1 jo artikel 10 van de Auteurswet en de jurisprudentie van de Hoge Raad vereist dat het werk een “eigen, oorspronkelijk karakter heeft en het persoonlijk stempel van de maker draagt”. Dat het werk een eigen oorspronkelijk karakter moet bezitten, houdt kort gezegd in dat het werk niet ontleend mag zijn aan een ander werk. De eis dat het werk het persoonlijk stempel van de maker moet dragen betekent dat sprake moet zijn van een werk dat het resultaat is van scheppende menselijke arbeid en dus van creatieve keuzes, en aldus een schepping is van de menselijke geest.
3.5.
[eiser] heeft in de dagvaarding op geen enkele wijze toegelicht waarom volgens haar aan de afbeeldingen auteursrechtelijke bescherming toekomt. Tijdens de mondelinge behandeling heeft [eiser] erkend dat drie van de elf afbeeldingen geen foto’s zijn, maar ontwerptekeningen die zij heeft gemaakt met het algemeen toegankelijke computerprogramma “Floorplanner”. Dergelijke computeruitdraaien komen op zichzelf niet voor auteursrechtelijke bescherming in aanmerking. Ten aanzien van de overige afbeeldingen heeft [eiser] aangevoerd, nadat de kantonrechter daarover doorvroeg, dat de foto’s volgens een uniek creatief proces zo zijn gemaakt om de unieke producten van [eiser] goed uit te laten komen en te laten zien wat [eiser] als bedrijf doet. Het zijn specifieke foto’s, die om de genoemde reden weloverwogen zijn gemaakt. Gevraagd naar de creatieve keuzes die daarbij een rol hebben gespeeld, heeft [gedaagde] geantwoord dat daarbij de belichting een rol speelde. Naar het oordeel van de kantonrechter heeft [eiser] daarmee te weinig onderbouwd dat de foto’s het resultaat zijn van originele en creatieve keuzes van de maker en daardoor een eigen, oorspronkelijk karakter hebben en het persoonlijk stempel van de maker dragen. De foto’s waarop de opgeleverde chalets van [eiser] staan afgebeeld hebben het karakter van commerciële productfoto’s, waarop objecten zo duidelijk, natuurgetrouw en objectief mogelijk worden getoond. Het enige verschil is dat daarop niet alleen het product te zien is, maar ook een stukje omgeving. Voor de overige foto’s geldt dat deze zijn gemaakt met het kennelijke doel om het transport van de betreffende chalets vast te leggen. Gezien de foto’s en het gebruiksdoel daarvan zijn de gemaakte keuzes meer functioneel en technisch bepaald geweest. Dát er vrije en creatieve keuzes zijn gemaakt en welke dat zijn, is niet voldoende gesteld en toegelicht. Daarom valt niet in te zien dat er een persoonlijke noot van de maker aan de foto’s is gegeven.
3.6.
[eiser] krijgt ongelijk en zal daarom in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van [gedaagde] worden begroot op nihil.

4.De beslissing

De kantonrechter:
4.1.
wijst de vorderingen af,
4.2.
veroordeelt [eiser] in de proceskosten, aan de zijde van [gedaagde] tot op vandaag begroot op nihil.
Dit vonnis is gewezen door mr. R.A. Steenbergen, kantonrechter, en is in aanwezigheid van de griffier in het openbaar uitgesproken op 22 februari 2023.