Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
[gedaagde sub 2],
[gedaagde sub 3],
1.De procedure
2.Waar gaat het over?
3.De beoordeling
160,00(2,0 punten × tarief € 80,00)
Rechtbank Midden-Nederland
In deze zaak vorderen de Vereniging Buma en de Stichting ter Exploitatie van Naburige Rechten (Sena) betaling van vergoedingen voor het openbaar maken van auteursrechtelijk beschermde muziek in een kapperszaak. De eisers stellen dat de kapperszaak, geëxploiteerd door [gedaagde sub 1] en haar vennoten [gedaagde sub 2] en [gedaagde sub 3], zonder de benodigde licentie muziek heeft afgespeeld. Tijdens een controle op 1 juni 2021 door een relatiemanager van Buma en Sena werd vastgesteld dat er muziek werd afgespeeld zonder toestemming. Buma en Sena hebben daarop een factuur gestuurd voor het gebruik van muziek van juni tot en met december 2021, maar de gedaagden hebben niet betaald.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat [gedaagde sub 2] als vennoot van [gedaagde sub 1] aansprakelijk is voor de schade die is geleden door de inbreuk op de auteursrechten. De kantonrechter oordeelt dat de gedaagden niet hebben aangetoond dat er geen muziek werd afgespeeld en dat de stelling dat de muziek alleen in een wachtruimte werd afgespeeld, niet voldoende onderbouwd is. De kantonrechter wijst de vorderingen van Buma en Sena toe, inclusief de gevorderde hoofdsom, rente en proceskosten. De gedaagden worden hoofdelijk veroordeeld tot betaling aan Buma en Sena, met de mogelijkheid dat als één van hen betaalt, de anderen zijn bevrijd van hun verplichting tot betaling.
De uitspraak is gedaan door mr. J.A. Schuman, kantonrechter, op 1 maart 2023.