ECLI:NL:RBMNE:2023:885
Rechtbank Midden-Nederland
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Wrakingsverzoek niet-ontvankelijk verklaard na einduitspraak
In deze wrakingszaak heeft verzoekster op 15 februari 2023 een verzoek tot wraking ingediend tegen mr. M.E.A. Braeken, nadat zij op 8 februari 2023 al een wrakingsverzoek had ingediend in de hoofdzaak met zaaknummer C/16/550514/ FZ RK 23/21. Dit eerste verzoek werd op 15 februari 2023 niet-ontvankelijk verklaard, omdat het was ingediend na de einduitspraak. Het huidige verzoek is ook gericht tegen de eerste wrakingskamer, bestaande uit mr. M.E. Heinemann, voorzitter, mr. J.G. Nicholson en mr. S.M. Schothorst. De wrakingskamer heeft op 17 februari 2023 geoordeeld dat verzoekster niet-ontvankelijk moet worden verklaard in haar wrakingsverzoek, omdat er geen nieuwe omstandigheden zijn aangevoerd die een andere conclusie rechtvaardigen. De wet staat geen wraking toe na een einduitspraak, omdat de behandeling van de zaak dan is geëindigd. Bovendien heeft de wrakingskamer besloten dat een volgend wrakingsverzoek van verzoekster niet in behandeling zal worden genomen, aangezien zij herhaaldelijk na een einduitspraak een wrakingsverzoek heeft ingediend, wat als misbruik van de bevoegdheid wordt beschouwd. De beslissing is openbaar uitgesproken op 17 februari 2023.