ECLI:NL:RBMNE:2023:7759

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
19 mei 2023
Publicatiedatum
15 november 2024
Zaaknummer
16/050375-20
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beslissing tot tenuitvoerlegging van voorwaardelijk opgelegde PIJ-maatregel met wijziging van bijzondere voorwaarden

In deze zaak heeft de rechtbank Midden-Nederland op 19 mei 2023 uitspraak gedaan in een vordering tot tenuitvoerlegging van een eerder voorwaardelijk opgelegde PIJ-maatregel tegen een veroordeelde, geboren in 2002. De rechtbank heeft de vordering van de officier van justitie tot tenuitvoerlegging afgewezen, ondanks dat de veroordeelde de aan hem opgelegde bijzondere voorwaarden had overtreden. De rechtbank overweegt dat er nog mogelijkheden zijn voor de veroordeelde om de noodzakelijke intensieve behandeling te ondergaan in het kader van de voorwaardelijke PIJ-maatregel. De rechtbank heeft vastgesteld dat de veroordeelde op 19 mei 2023 een opnamegesprek heeft bij De Catamaran, een kliniek voor forensische jeugdpsychiatrie, en dat hij bereid is zich aan de eerder gestelde voorwaarden te houden. De rechtbank heeft de bijzondere voorwaarden die eerder waren opgelegd, gewijzigd en de vordering tot tenuitvoerlegging afgewezen. De beslissing is genomen door een meervoudige kamer, bestaande uit de voorzitter en kinderrechter L.E. Verschoor-Bergsma en de kinderrechters H.A. Gerritse en J.F. Haeck, in aanwezigheid van griffier N.W. Hekker.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Strafrecht
Zittingsplaats Utrecht
Parketnummer: 16/050375-20 (TUL BIJZ)
Beslissing op grond van artikel 6:6:21, eerste lid, onder a, van het Wetboek van Strafvordering van de meervoudige kamer voor strafzaken van 19 mei 2023.
op de vordering van de officier van justitie tot tenuitvoerlegging van een eerder voorwaardelijk opgelegde straf in de zaak tegen:
[veroordeelde] ,
geboren op [geboortedatum] 2002 te [geboorteplaats] ,
wonende [adres 1] ( [postcode] te [plaats 1] ,
thans verblijvende in de P.I. [verblijfplaats] ,
hierna: [veroordeelde] .

1.De stukken

De rechtbank heeft acht geslagen op de zich in het dossier bevindende stukken, waaronder:
- het onherroepelijk geworden vonnis van de meervoudige kamer in deze rechtbank
van 22 januari 2021 in de zaak tegen [veroordeelde] met voormeld parketnummer, waarbij
[veroordeelde] onder meer is veroordeeld tot een voorwaardelijke PIJ-maatregel, met een
proeftijd van 2 jaren. Als bijzondere voorwaarden heeft de rechtbank gesteld dat
[veroordeelde] :
 meewerkt aan behandeling bij de Waag in de vorm van Topzorg en/of bij Jellinek;
 meewerkt aan de begeleiding vanuit Ocura Gooi en Vechtstreek in de vorm van de buddycoach;
 zich houdt aan de aanwijzingen ten aanzien van het hebben van een dagbesteding;
  • de mededeling als bedoeld in artikel 366a, eerste lid, van het Wetboek van Strafvordering is op 11 oktober 2021 aan [veroordeelde] toegezonden;
  • de beslissing van de meervoudige kamer in deze rechtbank tot afwijzing van de vordering tenuitvoerlegging van de voorwaardelijke P1J-maatregel van 4 april 2023, waarbij de bijzondere voorwaarden opgelegd bij voormeld vonnis in de na te melden zin zijn gewijzigd. [veroordeelde] zal:
 zich gedurende de proeftijd laten opnemen bij De Catamaran, kliniek voor forensische jeugdpsychiatrie te Eindhoven;
 tot zijn opname in De Catamaran verblijven bij zijn ouders aan de [adres 2] te [plaats 2] ;
 meewerken aan een ambulante behandeling bij Jellinek, zolang de jeugdreclassering dat nodig vindt;
 meewerken aan de begeleiding van Ocura Gooi- en Vechtstreek, in de vorm van een buddycoach;
 zich houden aan de aanwijzingen ten aanzien van het hebben van een dagbesteding;
 meewerken aan urinecontroles zolang de jeugdreclassering dat nodig vindt;
 meewerken aan elektronische monitoring;
 geen drugs en/of andere verdovende en/of spierversterkende middelen (zoals anabolen steroïden) gebruiken;
 op geen enkele wijze seksuele diensten aanbieden op of via internet, dan wel sociale media;
 zich houden aan de aanwijzingen die voortkomen uit de 1TB Harde Kern Aanpak/Toezicht & Begeleiding welke zal worden uitgevoerd door DJGB;
  • de e-mail van mevrouw [A] , jeugd-& gezinsbeschermer, van 17 april 2023 over het overtreden van de bijzondere voorwaarden door [veroordeelde] .
  • de briefrapportage van mevrouw [A] , jeugd-& gezinsbeschermer, van 12 mei 2023 ten behoeve van de terechtzitting van 16 mei 2023;
  • de e-mail van mevrouw [A] , jeugd-& gezinsbeschermer, van 15 mei 2023;
  • de op 26 april 2023 ter griffie ingekomen vordering van de officier van justitie tot tenuitvoerlegging van de eerder voorwaardelijk opgelegde straf van 19 april 2023;
  • de beslissing van de rechter-commissaris van 18 april 2023 tot voorlopige tenuitvoerlegging van de niet ten uitvoer gelegde maatregel;
  • het proces-verbaal van verhoor veroordeelde bij de rechter-commissaris van 18 april 2023 over de voorlopige tenuitvoerlegging van de niet ten uitvoer gelegde maatregel;
  • de overige stukken die zich in het dossier bevinden.

2.Het onderzoek ter terechtzitting

Het onderzoek is met gesloten deuren gehouden ter terechtzitting van 16 mei 2023. Daarbij zijn gehoord:
- de officier van justitie mr. M.S. Martherus-Meijers;
- [veroordeelde] , bijgestaan door zijn raadsman, mr. B. van Elst, advocaat te Utrecht;
- de mevrouw [A] , jeugd- en gezinsbeschermer;
- de mevrouw [B] , namens de Raad voor de Kinderbescherming;
- de ouders van [veroordeelde] .

3.De rapportage en de toelichting daarop

In de e-mail van mevrouw [A] van 17 april 2023 wordt beschreven dat [veroordeelde] op vrijdag 14 april 2023 een urinecontrole heeft gemist. Later wordt [veroordeelde] toch getest en hij test positief op het gebruik van cocaïne. [veroordeelde] heeft de Jeugdreclassering zelf ook bericht dat hij cocaïne heeft gebruikt. De coach van [veroordeelde] heeft benoemd dat [veroordeelde] onrustig is en dat zijn ‘craving’ sterk is. Ook de moeder van [veroordeelde] zegt dat de situatie met [veroordeelde] thuis nauwelijks houdbaar is.
In de briefrapportage van 12 mei 2023 beschrijft mevrouw [A] dat [veroordeelde] een intensieve behandeling nodig heeft en dat hij het meest baat zou hebben bij een opname in een instelling als De Catamaran. [veroordeelde] zegt bereid te zijn om zich wederom aan alle eerdere gestelde voorwaarden te committeren. Uit de e-mail van 15 mei 2023 van [A] blijkt onder meer dat vrijdag 19 mei 2023 om 14.00 uur een opnamegesprek is gepland voor [veroordeelde] bij De Catamaran en dat hij aansluitend opgenomen zal worden aldaar.

4.De standpunten

4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft ter terechtzitting gevorderd de vordering tot tenuitvoerlegging van voorwaardelijk opgelegde PIJ-maatregel af te wijzen.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft zich ter terechtzitting gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.

5.Het oordeel van de rechtbank

De rechtbank overweegt dat uit het rapport en het verhandelde ter terechtzitting is gebleken dat [veroordeelde] opnieuw de aan hem opgelegde bijzondere voorwaarden heeft overtreden.
Hoewel daardoor toewijzing van de vordering tot tenuitvoerlegging opnieuw voor de hand ligt, ziet de rechtbank nog mogelijkheden om de intensieve behandeling die [veroordeelde] nodig heeft vorm te geven in het kader van een voorwaardelijke PIJ-maatregel. [veroordeelde] heeft op 19 mei 2023 te 14:00 uur een opnamegesprek bij De Catamaran en hij kan ook aansluitend daar worden opgenomen. Daarnaast heeft [veroordeelde] te kennen gegeven nog steeds bereid te zijn om zich aan de eerder gestelde bijzondere voorwaarden te houden. De rechtbank ziet in het voorgaande aanleiding de vordering tot tenuitvoerlegging van de voorwaardelijk opgelegde PIJ-maatregel af te wijzen en de bijzondere voorwaarden opgelegd bij de voormelde beslissing van deze rechtbank van 4 april 2023 te wijzigen, zoals hierna zal worden vermeld.

6.De beslissing

De rechtbank:
- wijst de vordering af [1] .
- wijzigt de bijzondere voorwaarden opgelegd bij voormelde beslissing van 4 april 2023 in die zin dat veroordeelde gedurende de proeftijd:
  • zich op vrijdag 19 mei 2023 te 13.30 uur zal melden bij De Catamaran, kliniek voor forensische jeugdpsychiatrie te Eindhoven voor zijn opnamegesprek om 14.00 uur en zich aansluitend zal laten opnemen aldaar. [veroordeelde] houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de opname en behandeling;
  • aansluitend aan de opname meewerkt aan een ambulante behandeling bij Jellinek, zolang de jeugdreclassering dat nodig vindt;
  • meewerkt aan de begeleiding van Ocura Gooi- en Vechtstreek, in de vorm van een buddycoach;
  • zich houdt aan de aanwijzingen ten aanzien van het hebben van een dagbesteding;
  • meewerkt aan urinecontroles, zolang de jeugdreclassering dat nodig vindt;
  • meewerkt aan elektronische monitoring, zolang de jeugdreclassering dat nodig vindt;
  • geen drugs en/of andere verdovende en/of spierversterkende middelen (zoals anabolen steroïden) gebruikt;
  • op geen enkele wijze seksuele diensten aanbiedt op of via internet dan wel sociale media.
Deze beslissing is genomen door mr. L.E. Verschoor-Bergsma, voorzitter en tevens kinderrechter, mrs. H.A. Gerritse en J.F. Haeck, kinderrechters, in tegenwoordigheid van mr. N.W. Hekker als griffier en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 19 mei 2023.

Voetnoten

1.[veroordeelde] dient op 19 mei 2023 te 10:00 uur in vrijheid te worden gesteld teneinde op tijd in Eindhoven aanwezig te kunnen zijn voor zijn opnamegesprek bij De Catamaran.