ECLI:NL:RBMNE:2023:7746
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Huurgeschil over borgsom en schadevergoeding bij beëindiging huurovereenkomst
In deze zaak heeft eiser, die een woning huurde van gedaagde, een dagvaarding uitgebracht omdat gedaagde de borgsom van € 1.200,00 niet had terugbetaald na beëindiging van de huurovereenkomst. Gedaagde stelt dat eiser de woning niet in de oorspronkelijke staat heeft opgeleverd, wat heeft geleid tot schade die zij heeft verrekend met de borg. Eiser heeft gereageerd op de vorderingen van gedaagde, die onder andere schadevergoeding voor een gebroken ruit en ontruimingskosten vorderde. De kantonrechter heeft vastgesteld dat eiser de woning niet op dezelfde manier heeft opgeleverd als waarin hij deze heeft ontvangen, en heeft de schade die gedaagde heeft geleden toegewezen. De vordering van eiser tot terugbetaling van de borg is afgewezen, terwijl de tegenvordering van gedaagde tot betaling van € 157,19 is toegewezen. De proceskosten zijn voor eiser, omdat hij in het ongelijk is gesteld, terwijl de proceskosten in reconventie zijn gecompenseerd. Het vonnis is uitgesproken op 8 november 2023.