In deze zaak vordert eiseres, vertegenwoordigd door haar gemachtigde mr. S.W. Haagsma, een terugbetaling van € 12.253,78 van gedaagde, die in opdracht van eiseres werkzaamheden heeft uitgevoerd in haar woning. Eiseres heeft in totaal € 13.766,10 aan gedaagde betaald, maar stelt dat gedaagde heeft beloofd het bedrag minus materiaalkosten terug te betalen, omdat de werkzaamheden niet naar behoren zijn uitgevoerd. Gedaagde heeft dit bedrag echter niet terugbetaald. Tijdens de mondelinge behandeling op 31 mei 2023 was eiseres aanwezig, bijgestaan door haar gemachtigde, terwijl gedaagde niet verscheen.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat er een mondelinge afspraak is gemaakt op 29 maart 2022, waarin gedaagde heeft beloofd het bedrag terug te betalen. Eiseres heeft getuigenverklaringen en een e-mail als bewijs overgelegd. Gedaagde heeft de afspraak niet ontkend, maar betwist de betrouwbaarheid van de getuigenverklaringen. De kantonrechter oordeelt dat, ongeacht de betrouwbaarheid van de getuigen, de afspraak vaststaat en dat gedaagde het bedrag moet terugbetalen. De vordering van eiseres wordt toegewezen, inclusief wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten.
De kantonrechter heeft gedaagde veroordeeld tot betaling van € 12.253,78, te vermeerderen met wettelijke rente vanaf 2 februari 2023, en € 897,54 aan buitengerechtelijke incassokosten. Daarnaast moet gedaagde de proceskosten van eiseres vergoeden, die zijn begroot op € 1.617,87. Het vonnis is uitgesproken op 26 juli 2023.