In deze zaak heeft de kantonrechter te Utrecht op 21 december 2023 een beschikking gegeven tot ambtshalve ontslag van de bewindvoerder, [A], h.o.d.n. [handelsnaam 1] t.h.o.d.n. [handelsnaam 2], vanwege ernstige tekortkomingen in zijn taken en onregelmatigheden in het verloop van de geldstromen. De bewindvoerder was eerder geschorst door de kantonrechter te Leeuwarden op 6 oktober 2023, en uit een uitspraak van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 14 december 2023 bleek dat hij niet tijdig en juist de jaarlijkse rekening en verantwoording over 2022 had ingediend. Daarnaast waren er onregelmatigheden geconstateerd die niet voldoende konden worden opgehelderd door de bewindvoerder, wat leidde tot twijfels over de juistheid van de financiële gegevens.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat de bewindvoerder niet alleen tekortschiet in zijn verantwoordelijkheden, maar dat er ook een groot verloop van personeel bij zijn kantoor is, wat de bedrijfsvoering kwetsbaar maakt voor fouten en fraude. Gezien de ernst van de situatie heeft de kantonrechter besloten dat de bewindvoerder ambtshalve ontslagen dient te worden en dat er met spoed een opvolgend bewindvoerder benoemd moet worden. De rechthebbende, die niet gehoord is in deze procedure, krijgt de gelegenheid om binnen 14 dagen een andere bewindvoerder voor te dragen.
De kantonrechter heeft de beloning van de nieuwe bewindvoerder vastgesteld op € 586,00 (exclusief btw) en benadrukt dat deze bewindvoerder wijzigingen in de schuldenpositie van de rechthebbende direct moet melden. De beschikking is openbaar uitgesproken door mr. C.J. Hofman, kantonrechter, en kan binnen drie maanden na de uitspraak worden aangevochten bij het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.