Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
niet verschenen.
1.De procedure
- de op 24 november 2023 betekende dagvaarding met producties
- het e-mailbericht van 13 december 2023 namens [gedaagde]
- de mondelinge behandeling.
2.De vordering
- b) [gedaagde] te veroordelen tot afgifte aan [eiser] van deugdelijke bruto-netto specificaties van alle uit hoofde van de arbeidsovereenkomst en dit vonnis aan [eiser] te betalen loonbedragen, op straffe van een dwangsom van € 500,-, voor elke dag dat deze veroordeling niet wordt nagekomen;
- c) [gedaagde] te veroordelen in de proceskosten, waaronder de kosten van het conservatoire beslag, en in de nakosten, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf veertien dagen na de datum van de uitspraak.
23 augustus, 23 september en 23 oktober 2023 in verzuim.
3.De beoordeling van de kantonrechter
13 december 2023 van mevrouw [A] blijkt ook dat [gedaagde] de dagvaarding met een oproeping voor de zitting heeft ontvangen. Aan [gedaagde] wordt daarom verstek verleend.
€ 129,14 voor de dagvaarding en € 529,00 voor salaris gemachtigde. Op basis van de overgelegde stukken is aan beslagkosten toewijsbaar een bedrag van € 314,00 voor griffierecht, € 457,89 voor beslagstukken en € 540,00 voor salaris gemachtigde. In totaal bedragen de proceskosten € 1.970,03, waarvan € 1.069,00 aan salaris gemachtigde. De gevorderde wettelijke rente over de proceskosten zal worden toegewezen met inachtneming van de hierna te bepalen termijn.
4.De beslissing
- € 132,00 aan salaris gemachtigde, vermeerderd met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW met ingang van de vijftiende dag na aanschrijving tot de voldoening,
- te vermeerderen, indien betekening van het vonnis heeft plaatsgevonden, met de explootkosten van betekening van het vonnis, vermeerderd met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW met ingang van de vijftiende dag na betekening tot de voldoening;