ECLI:NL:RBMNE:2023:6458

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
5 december 2023
Publicatiedatum
5 december 2023
Zaaknummer
16.205015.22 en 21.001288.22 (TUL) (P)
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van woningoverval met (bedreiging met) geweld vanwege onbetrouwbare verklaringen van aangever en zijn ex-partner

Op 5 december 2023 heeft de Rechtbank Midden-Nederland, zittingsplaats Utrecht, uitspraak gedaan in de strafzaak tegen de verdachte, die werd beschuldigd van een woningoverval met (bedreiging met) geweld op 12 augustus 2022. De rechtbank heeft de zaak behandeld op tegenspraak, waarbij de officier van justitie mr. D.P.L. ter Laak en de raadsman van de benadeelde partijen, mr. M. Schimmel en mr. B. Tieman, aanwezig waren. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verklaringen van de aangevers, [aangever 1] en [aangever 2], op essentiële punten tegenstrijdig zijn en daardoor onbetrouwbaar. De rechtbank heeft de tegenstrijdigheden in de verklaringen opgesomd en geconcludeerd dat er onvoldoende bewijs is voor de beschuldiging van diefstal met (bedreiging met) geweld. Daarom heeft de rechtbank de verdachte vrijgesproken van het ten laste gelegde feit.

De rechtbank heeft ook een beslissing genomen over het beslag dat is gelegd op verschillende voorwerpen, waaronder telefoons en sieraden. De rechtbank heeft bepaald dat de telefoons van medeverdachten kunnen worden teruggegeven, terwijl de verdovende middelen en een mes onttrokken worden aan het verkeer. De benadeelde partijen hebben vorderingen ingediend, maar deze zijn niet-ontvankelijk verklaard omdat de verdachte van het ten laste gelegde is vrijgesproken. De rechtbank heeft de kosten van de benadeelde partijen voor zover deze betrekking hebben op het verweer tegen de vordering, begroot op nihil. De vordering tot tenuitvoerlegging is afgewezen.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Strafrecht
Zittingsplaats Utrecht
Parketnummers: 16.205015.22 en 21.001288.22 (TUL) (P)
Vonnis van de meervoudige kamer van 5 december 2023
in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren op [1982] te [geboorteplaats] (Marokko),
ingeschreven in de Basisregistratie personen op het adres:
[adres] te [woonplaats] ,
hierna: verdachte.

1.ONDERZOEK TER TERECHTZITTING

Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzittingen van 17 november 2022, 12 januari 2023, 27 juni 2023 en 21 november 2023 (inhoudelijke behandeling).
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering en standpunten van officier van justitie mr. D.P.L. ter Laak en van hetgeen de raadsman van benadeelde partij [aangever 1] , mr. M. Schimmel, en hetgeen de raadsman van benadeelde partij [aangever 2] , mr. B. Tieman, naar voren hebben gebracht.
Mr. J.J.J.L. Maalsté heeft ter zitting te kennen gegeven dat verdachte hem in deze zaak niet bepaaldelijk heeft gemachtigd. Omdat de zaak eerder op tegenspraak is behandeld wordt het vonnis wel op tegenspraak gewezen.

2.TENLASTELEGGING

De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
op 12 augustus 2022 te Utrecht, samen met anderen, met (bedreiging met) geweld goederen heeft gestolen van [aangever 1] en [aangever 2] .

3.VOORVRAGEN

Voordat de rechtbank een inhoudelijke beslissing kan nemen in de zaak tegen verdachte, moet zij eerst kijken of aan de in de wet gestelde voorvragen is voldaan.
Dat is het geval: de dagvaarding is geldig, de rechtbank is bevoegd om deze zaak te beoordelen, de officier van justitie mag verdachte vervolgen en er zijn geen redenen om de vervolging uit te stellen.

4.VRIJSPRAAK

4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie acht het ten laste gelegde wettig en overtuigend te bewijzen.
De officier van justitie baseert zijn standpunt met name op de verklaringen van verdachte en medeverdachte [medeverdachte 1] dat zij op 12 augustus 2022 in de woning aanwezig zijn geweest in combinatie met de verklaring van de aangever [aangever 1] , voor zover deze wordt ondersteund door de verklaring van zijn ex partner [aangever 2] die zij op 13 juli 2023 tegenover de rechter-commissaris heeft afgelegd. Daarnaast vindt de officier van justitie de bevindingen van de politie ter plaatse nog van belang.
De officier van justitie heeft partieel vrijspraak gevorderd van de geweldshandeling bestaande uit het duwen van [aangever 1] en van de verbale bedreiging van [aangever 1] en [aangever 2] .
4.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman van verdachte mr. J.J.J.L. Maalsté heeft bij de inhoudelijke behandeling op 21 november 2023 geen standpunt ten aanzien van het bewijs ingenomen omdat verdachte hem daartoe niet bepaaldelijk heeft gemachtigd.
4.3
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank acht niet wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het ten laste gelegde heeft begaan en zal verdachte hiervan vrijspreken.
De rechtbank stelt voorop dat het ten laste gelegde feit met name is gebaseerd op de aangifte en de nadien afgelegde verklaringen van aangever ( [aangever 1] ) en de verklaringen van zijn ex partner ( [aangever 2] ).
[aangever 1] en [aangever 2] waren op 12 augustus 2022 beiden in de woning aanwezig maar de verklaringen die zij hebben afgelegd over wat zich daar toen heeft afgespeeld zijn, naar het oordeel van de rechtbank, op essentiële onderdelen wisselend en zowel innerlijk tegenstrijdig als tegenstrijdig aan elkaar, en daarmee onbetrouwbaar.
Zo ziet de rechtbank tegenstrijdigheden in de verklaringen op onder andere de volgende punten:
  • de door aangever en [aangever 2] opgegeven signalementen van de mannen die op dat moment bij hen in de woning waren;
  • of deze mannen op uitnodiging van aangever aanwezig waren in de woning dan wel of zij de woning zijn binnengedrongen;
  • of en op welk moment en op welke wijze en door wie in de woning geweld is gebruikt;
  • en of daarbij wapens zijn getoond en zo ja, welke wapens;
  • of (en zo ja, door wie en met welke bedoeling) de woning is doorzocht en of er daarbij goederen uit de woning zijn meegenomen en zo ja, welke goederen;
  • het al dan niet vluchten uit de woning door aangever [aangever 1] .
De rechtbank ziet, anders dan de officier van justitie, geen aanleiding om de aangifte aannemelijk te achten voor zover die wordt ondersteund door de verklaring van [aangever 2] afgelegd op 13 juli 2023 tegenover de rechter-commissaris. [aangever 2] heeft zodanig innerlijk tegenstrijdig en tegenstrijdig aan aangever verklaard dat de rechtbank geen reden ziet om specifiek van voornoemde verklaring afgelegd bij de rechter-commissaris uit te gaan.
Verder heeft verdachte weliswaar verklaard dat hij op 12 augustus 2022 in de woning van aangever aanwezig is geweest, maar die verklaring vormt geen steunbewijs voor de aangifte. Verdachte heeft immers een andere lezing gegeven van de gebeurtenissen in die woning. Deze lezing wordt op meerdere punten ondersteund door het dossier.
De rechtbank is op grond van het voorgaande van oordeel dat er onvoldoende bewijs is dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan diefstal met (bedreiging met) geweld.
De rechtbank zal verdachte daarom vrijspreken van het ten laste gelegde feit.

5.BESLAG

5.1
Het standpunt van de officier van justitie
De telefoon van medeverdachte [medeverdachte 1] kan worden teruggegeven en de telefoons van medeverdachte [medeverdachte 2] kunnen worden teruggegeven aan de rechthebbende. De sieraden kunnen worden teruggegeven aan de rechthebbenden en de verdovende middelen en het mes dienen te worden onttrokken aan het verkeer.
5.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman van verdachte heeft bij de inhoudelijke behandeling op 21 november 2023 geen standpunt ingenomen over het beslag omdat verdachte hem daartoe niet bepaaldelijk heeft gemachtigd.
5.3
Het oordeel van de rechtbank
Ten aanzien van verdachte
Op 14 augustus 2022 is onder verdachte op grond van artikel 94a Sv (hierna: conservatoir) beslag gelegd op een geldbedrag van € 380,55, goednummer PL0900-2022234689-3031707.
Op diezelfde dag is onder verdachte op grond van artikel 94 Sv (hierna: strafvorderlijk) beslag gelegd op onder meer een horloge, smartwatch Fenix met witte band, goednummer PL0900-2022234689 G3031708.
Op 31 mei 2023 heeft de rechter-commissaris nogmaals een machtiging conservatoir beslag afgegeven op het genoemde geldbedrag. Deze machtiging omvat ook voornoemd horloge en strekt tot verhaal van een op te leggen schadevergoedingsmaatregel als bedoeld in artikel 36f Sr.
De rechtbank is van oordeel dat op het geldbedrag thans alleen conservatoir beslag rust zodat daarover in dit vonnis geen beslissing wordt genomen.
Nu op het de horloge zowel strafvorderlijk als conservatoir beslag rust zal daarover in dit vonnis (hieronder) een beslissing wordt genomen.
Ten aanzien van verdachte en medeverdachten
De rechtbank stelt vast dat de beslaglijst van verdachte en medeverdachten voor het overige vrijwel identiek is en dat niet duidelijk is welke goederen onder welke verdachte in beslag zijn genomen. De rechtbank zal daarom in alle zaken als volgt beslissen.
Teruggave aan de rechthebbenden
De rechtbank zal teruggave gelasten van de in beslag genomen voorwerpen, te weten:
- een Samsung telefoon, wit, goednummer PL0900-2022234689-G3031711;
- een Samsung telefoon, zwart, goednummer PL0900-2022234689-G3033771;
- een horloge, smartwatch Fenix met witte band, goednummer PL0900-2022234689G3031708;
- 1 STK Sieraad, goudkleurig, goednummer PL0900-2022234689-G3099626;
- 1 STK Hanger, goudkleurig, slangenkop, goednummer PL0900-2022234689-G3099622;
- 1 STK Hanger/sieraad, zilverkleurig ronde hanger maancyclus, goednummer PL0900-2022234689-G3099609;
- 1 STK Ring, rosé gouden ring met 3 briljanten, merk Messika, goednummer PL0900-2022234689-G3080706;
- 1 STK Ring, goudkleurig, goednummer PL0900-2022234689-G3031712;
- 1 STK Kaart, alphabet multi tankkaart, goednummer PL0900-2022234689- G3031709,
aan degene die redelijkerwijs als rechthebbende van deze voorwerpen kan worden aangemerkt.
Onttrekking aan het verkeer
De rechtbank zal de in beslag genomen voorwerpen, te weten
- 1 STK Verdovende Middelen, Drugs in een aluminium zakje, goednummer PL0900-2022234689-G3061720;
- 1 STK Hashish, verschillende bolletjes wiet, goednummer PL0900-2022234689-G3062072;
- 1 STK Cocaïne, wit poeder in een boterhamzakje, goednummer PL0900-2022234689-G3061699;
- 1 STK Mes, zwart, merk Werckmann, goednummer PL0900-2022234689-G3031705,
onttrekken aan het verkeer. Deze voorwerpen zijn van zodanige aard zijn dat het ongecontroleerde bezit daarvan in strijd is met de wet of met het algemeen belang. De verdovende middelen zijn bij gelegenheid van het onderzoek naar het feit waarvan verdachte wordt verdacht aangetroffen. Het mes kan dienen tot het begaan van soortgelijke strafbare feiten als is ten laste gelegd.

6.BENADEELDE PARTIJ

[aangever 1] heeft zich als benadeelde partij in het geding gevoegd en vordert een bedrag van € 12.500,-. Dit bedrag bestaat uit € 10.000,- materiële schade en € 2.500,- immateriële schade, ten gevolge van het aan verdachte ten laste gelegde feit.
[aangever 2] heeft zich als benadeelde partij in het geding gevoegd en vordert een bedrag van € 2.300,-. Dit bedrag bestaat uit € 300,- materiële schade en € 2.000,- immateriële schade, ten gevolge van het aan verdachte ten laste gelegde feit.
6.1
Het standpunt van de officier van justitie
De vordering van [aangever 1] tot vergoeding van de materiële schade dient niet-ontvankelijk te worden verklaard en de vordering tot vergoeding van de immateriële schade dient te worden gematigd tot € 1.000,-.
De vordering van [aangever 2] tot vergoeding van materiële schade dient niet-ontvankelijk te worden verklaard of te worden afgewezen en de vordering tot vergoeding van de immateriële schade dient te worden gematigd tot € 1.000,-.
6.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft geen standpunt ingenomen omdat verdachte hem daartoe niet bepaaldelijk heeft gemachtigd.
6.3
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank zal de benadeelde partijen [aangever 1] en [aangever 2] niet-ontvankelijk verklaren in de vorderingen omdat verdachte van het ten laste gelegde wordt vrijgesproken.
Nu de benadeelde partijen [aangever 1] en [aangever 2] niet-ontvankelijk worden verklaard in de vordering, zullen de benadeelde partijen in de kosten van verdachte worden veroordeeld voor zover deze betrekking hebben op het verweer tegen de vordering. Deze kosten worden tot op dit moment begroot op nihil.

7.VORDERING TENUITVOERLEGGING

De rechtbank zal de vordering tot tenuitvoerlegging met parketnummer 21.001288.22 afwijzen omdat verdachte van het tenlastegelegde feit wordt vrijgesproken.

8.BESLISSING

De rechtbank:
Vrijspraak
- verklaart het ten laste gelegde niet bewezen en
spreektverdachte daarvan
vrij;
Beslag
- gelast de
teruggavevan de volgende voorwerpen:
  • een Samsung telefoon, wit, goednummer PL0900-2022234689-G3031711;
  • een Samsung telefoon, zwart, goednummer PL0900-2022234689-G3033771;
  • een horloge, smartwatch Fenix met witte band, goednummer PL0900-2022234689 G3031708;
  • 1 STK Sieraad, goudkleurig, goednummer PL0900-2022234689-G3099626;
  • 1 STK Hanger, goudkleurig, slangenkop, goednummer PL0900-2022234689-G3099622;
  • 1 STK Hanger/sieraad, zilverkleurig ronde hanger maancyclus, goednummer PL0900-2022234689-G3099609;
  • 1 STK Ring, rosé gouden ring met 3 briljanten, merk Messika, goednummer PL0900-2022234689-G3080706;
  • 1 STK Ring, goudkleurig, goednummer PL0900-2022234689-G3031712;
  • 1 STK Kaart, alphabet multi tankkaart, goednummer PL0900-2022234689-G3031709,
aan degene die redelijkerwijs als
rechthebbendevan deze voorwerpen kan worden aangemerkt.
- verklaart de volgende voorwerpen
onttrokken aan het verkeer:
  • 1 STK Verdovende Middelen, Drugs in een aluminium zakje, goednummer PL0900-2022234689-G3061720;
  • 1 STK Hashish, verschillende bolletjes wiet, goednummer PL0900-2022234689-G3062072;
  • 1 STK Cocaïne, wit poeder in een boterhamzakje, goednummer PL0900-2022234689-G3061699;
  • 1 STK Mes, zwart, merk Werckmann, goednummer PL0900-2022234689-G3031705;
Benadeelde partijen
  • verklaart benadeelde partijen [aangever 1] en [aangever 2]
  • veroordeelt de benadeelde partijen [aangever 1] en [aangever 2] in de kosten door de verdachte gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
Vordering tenuitvoerlegging met parketnummer 21.001288.22
-
wijst afde vordering tot tenuitvoerlegging;
Voorlopige hechtenis
-
heft ophet geschorste bevel tot voorlopige hechtenis.
Dit vonnis is gewezen door mr. J. Edgar, voorzitter, mrs. D. Riani el Achhab en A.E. van der Wal, rechters, in tegenwoordigheid van mr. E.E. van Wiggen - van der Hoek, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 5 december 2023.
Mr. Van der Wal is buiten staat dit vonnis mede te onderteken.
Bijlage: de tenlastelegging
Aan verdachte wordt ten laste gelegd dat:
hij op of omstreeks 12 augustus 2022 te Utrecht, in elk geval in Nederland
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
- één of meerdere mobiele telefoons en/of
- een bankpas en/of
- één of meerdere creditcards en/of
- één of meerdere kristallen kerststerren van Swarovski en/of
- een sleutelhanger en/of
- een hoeveelheid (gouden) sieraden en/of
- één of meerdere horloges en/of
- één of meerdere (zilveren/gouden) pennen en/of
- een (zilveren) lepel en/of
- een hoeveelheid parfum en/of
- een sleutelbos en/of
- één of meerdere zonnebrillen en/of
- een koptelefoon, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [aangever 1]
en/of [aangever 2] , in
elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s)
toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk
toe te eigenen, terwijl deze diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en/of
gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen [aangever 1] en/of [aangever 2]
, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden of
gemakkelijk te maken, of om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf of andere
deelnemers aan het misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van
het gestolene te verzekeren, door één of meerdere malen
- die voornoemde [aangever 1] te duwen en/of
- een (stanley)mes, althans een scherp en/of puntig voorwerp, te tonen aan en/of in
de richting te houden van die voornoemde [aangever 1] en/of [aangever 2] en/of
- die voornoemde [aangever 1] en/of [aangever 2] de woorden toe te voegen "spullen"
en/of "waar is het goud, waar is het geld" en/of "ik ga je snijden, ik ga je steken"
en/of "geef de code" althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking;
( art 310 Wetboek van Strafrecht, art 312 lid 1 Wetboek van Strafrecht, art 312 lid 2
ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht )