Uitspraak
1.De procedure
- de spreekaantekeningen van [verzoekster] ;
2.De feiten
3.Het verzoek en het verweer
4.De beoordeling
132,00
Rechtbank Midden-Nederland
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Midden-Nederland op 14 november 2023 uitspraak gedaan in een verzoek tot verlenging van de ontruimingstermijn van een gehuurde bedrijfsruimte. De verzoekster, een B.V. die een showroom en kantoorruimte huurt van Cube Centre Vastgoedfonds C.V., heeft verzocht om de ontruimingstermijn te verlengen tot 1 oktober 2024. Dit verzoek is gedaan op basis van artikel 7:230a van het Burgerlijk Wetboek, waarbij de verzoekster aanvoert dat haar belangen bij voortzetting van het gebruik van het gehuurde zwaarder wegen dan die van de verhuurder, Cube Centre.
De verhuurder heeft echter verweer gevoerd en gesteld dat er sprake is van structurele wanbetaling van de huur door de verzoekster. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de verzoekster sinds de aanvang van de huur op 1 augustus 2022 tot het einde van de huurovereenkomst op 31 juli 2023 niet één keer de huur op tijd heeft betaald. Dit heeft geleid tot een verzoek van Cube Centre om het faillissement van de verzoekster aan te vragen. De kantonrechter heeft geconcludeerd dat de belangen van de verhuurder bij het ontvangen van huur zwaarder wegen dan die van de verzoekster bij het voortzetten van het gebruik van het gehuurde.
Uiteindelijk heeft de kantonrechter het verzoek tot verlenging van de ontruimingstermijn afgewezen en het tijdstip van ontruiming vastgesteld op 1 maart 2024. De verzoekster is ook veroordeeld in de proceskosten van de verhuurder, die zijn begroot op € 660,00. Deze beschikking is openbaar uitgesproken op 14 november 2023.