4.3Het oordeel van de rechtbank
16-044619-22
feit 1(de diefstal van de auto)
Het feit is door [verdachte] begaan. [verdachte] heeft het ten laste gelegde feit bekend. De raadsman heeft geen vrijspraak voor dit feit bepleit. De rechtbank volstaat onder deze omstandigheden met een opsomming van de volgende bewijsmiddelen:
- de bekennende verklaring van [verdachte] op de zitting van 3 februari 2023;
- de aangifte van [aangever 1] van 20 februari 2022.
Partiële vrijspraak
De rechtbank spreekt [verdachte] partieel vrij. [verdachte] was ten tijde van de autodiefstal met een ander, maar de rechtbank acht niet bewezen, gelet op de informatie in het dossier, dat die ander opzet had op de autodiefstal noch dat er sprake was van een nauwe en bewuste samenwerking tussen de twee. De rechtbank verklaart bewezen dat [verdachte] zelf het plan heeft gemaakt om de auto te stelen en dit ook daadwerkelijk zelf heeft gedaan, zonder hulp van een ander.
feit 2 (gevaarlijk rijgedrag)
Het feit is door [verdachte] begaan. [verdachte] heeft het ten laste gelegde feit bekend. De raadsman heeft geen vrijspraak voor dit feit bepleit. De rechtbank volstaat onder deze omstandigheden met een opsomming van de volgende bewijsmiddelen:
- de bekennende verklaring van [verdachte] op de zitting van 3 februari 2023;
- het proces-verbaal van bevindingen over de achtervolging van 20 februari 2022;
- het proces-verbaal van bevindingen over de schade aan de gestolen auto van 21 februari 2022;
- het proces-verbaal van bevindingen over de schade aan de politieauto van 22 februari 2022.
feit 3 (aanwezig hebben cocaïne en heroïne)
Bewijsmiddelen
Het aantreffen van de drugs bij [verdachte]
Ik verbalisant [verbalisant 1] was op zondag 20 februari 2022 betrokken bij de aanhouding van de verdachte [verdachte] . Ik verbalisant voerde een transportfouillering uit op de verdachte. Hierbij trof ik in zijn rechterjaszak een blauw boterhamzakje aan met daarin vermoedelijke verdovende middelen.
Het onderzoek naar de drugs
Sporendrager 1
Goednummer
PL0900-2022050338-2950544
Omschrijving
Bolletjes met bruin poeder/brokjes
Aantal
19
Gewicht netto
2,08 gram
Monster A – SIN
AAOW1998NL
Goednummer
PL0900-2022050338-2950540
Omschrijving
Bolletjes met witte brokjes/poeder
Aantal
4
Gewicht netto
0,43 gram
Monster B – SIN
AAOW1997NL
Goednummer
PL0900-2022050338-2950542
Omschrijving
Bolletjes met witte brokjes
Aantal
10
Gewicht netto
1,96 gram
Monster C - SIN
AAOW1999NL
De NFI rapporten omtrent de drugs
1. AAOW1998NL bevat heroïne
2. AAOW1997NL bevat cocaïne
3. AAOW1999NL bevat cocaïne
Bewijsoverweging
Ter terechtzitting heeft [verdachte] verklaard dat de jas die hij aan had tijdens de aanhouding en waarin de drugs zijn aangetroffen, niet van hem is. Hij wist naar eigen zeggen niet dat de drugs in de jas zaten. De rechtbank vindt deze verklaring onaannemelijk, omdat zelfs als [verdachte] de jas van een ander had geleend de bolletjes, zeker gezien de hoeveelheid, wel door [verdachte] opgemerkt moeten zijn en voor hem ook direct beschikbaar waren. De rechtbank gaat daarom niet mee in de lezing van de verdediging en acht wettig en overtuigend bewezen dat [verdachte] de drugs voorhanden heeft gehad.
16-103795-22
feit 1 primair (overval op de snackbar [snackbar] )
Bewijsmiddelen
De aangifte van [slachtoffer] namens snackbar [snackbar]
Ik ben werkzaam als medewerker bij [snackbar] restaurant, op de [adres] in [vestigingsplaats] . Vandaag, 26 januari 2022, ongeveer rond 19.30 uur was ik aan het werk. Ik ging naar achteren om iets te pakken. Toen ik terugkwam in het restaurant gedeelte zag ik twee mannen die in het restaurant stonden. Ik dacht dat het klanten waren. Ik ben achter het scherm gaan staan bij de balie om hun bestelling op te nemen. Ze kwamen richting de kassa gelopen en één van de mannen had een blikje cola in zijn handen. Een van de mannen pakte een briefje van tien euro uit zijn jas. Ik pakte het briefje aan en vouwde het open. Ik bukte voorover om uit de kassalade wisselgeld te pakken. Ik hoorde toen het geluid van een taser, ik keek naar de mannen en ik zag dat de tweede man een taser vast had. De man die de cola had stond iets verder weg van mij en de man met de taser stond links van mij en best wel dichtbij. Ik denk ongeveer binnen een halve meter. Ik sprong op en weg van de mannen omdat schrok van de kassa. Ik zag dat ze naar de kassalade gingen en geld eruit pakten. Ik wilde voorkomen dat dat ze geld mee konden nemen dus ik probeerde het geld af te pakken. De man met de taser kwam toen op mij af en richtte de taser weer op mij. Ik sprong toen weer naar achteren. De mannen verlieten daarna het restaurant en renden na het verlaten van de pand naar rechts. Ik had de indruk dat ze de taser niet echt wilde gebruiken. Hij drukte de knop wel in, ik zag en hoorde de taser maar het leek meer alsof hij er mee dreigde. Volgens mij is er ongeveer 40 euro weggenomen.
De camerabeelden van winkelcentrum [locatie ]
16:46:58 Een witte bromfiets met twee opzittenden rijdt in de doorgang.
Signalement Persoon 1:
- Bestuurder
- Blank
- Jack met zwarte mouwen en capuchon en groene gewatteerde body
- Licht gekleurd haar onder de capuchon
- Zwarte broek
- Zwarte schoenen
- Zwarte handschoenen
- Passagier
- Blank
- Zwarte losse muts
- Lichtbruine lok haar onder de muts
- Zwarte jas met capuchon, binnenzijde capuchon is grijs
- Donkerblauwe trui met een witte streep op de schouder
- Donkerblauwe broek met dunne witte streep op de zijkant, de broek is iets te kort, blote enkels zijn zichtbaar
- Zwarte schoenen
- Lichtblauw
wegwerpmondkapje
onder de kin
17:11:28 Er komt wederom een witte bromfiets in beeld, nu met drie opzittenden.
17:11:34 Beide passagiers stappen af. Een van de passagiers betreft persoon 2.
Aanvulling signalement persoon 2:
- Donkerblauw trainingspak met witte accenten
- Wit logo op broek linker bovenbeen.
- Smal slungelig postuur
- Grijze jas met capuchon
- Blauwe spijkerbroek met gerafelde plekken
- Zwarte schoenen
- Zwart schoudertasje
- Zwarte handschoenen
- Smal postuur
Persoon 3 gaat als eerste [snackbar] in.
17:11:42 De bestuurder betreft wederom Persoon 1. Hij parkeert de bromfiets terwijl Persoon 2 als tweede persoon [snackbar] inloopt. Hierna loopt ook Persoon 1 naar binnen.
Aanvulling signalement persoon 1:
Gezet postuur
17:11:26 Alle Personen zijn nu binnen in [snackbar] . De bromfiets blijft buiten staan.
17:38:07 Persoon 1 en Persoon 2 komen naar buiten en lopen naar de bromfiets. Ze kijken diverse malen naar binnen.
17:38:38 Persoon 3 komt ook naar buiten.
Aanvulling signalement:
- Zwarte schoenen met wit/lichtgrijs reflecterende streep op de achterzijde in de vorm van een Y
- Zwarte bivakmuts, waarvan het gezicht vrij is
- De rits van zijn jack is zwart van kleur. Aan de linkerzijde naast de rits zit een verticale zwarte streep, mogelijk betreft dit een rits van een jaszak.
17:40:10 Alle personen vertrekken op de bromfiets. Ditmaal is persoon 3 de bestuurder. In het midden zit persoon 1 en achteraan zit persoon 2.
18:10:02 3 personen lopen naast elkaar in het winkelcentrum. De eerder omschreven Persoon 2 is te herkennen aan zijn smalle postuur, de te korte blauwe broek, blote enkels, zwarte schoenen en zijn slungelige manier van lopen. Persoon 3 is te herkennen aan de opvallende reflecterende 'Y' op de achterzijde van zijn schoenen, zijn smalle postuur en zijn broek. De jas is anders en is donkerkleurig met capuchon. De persoon met de rood/wit/zwarte jas, valt op omdat onder de jas een gedeelte van een legergroen kledingstuk uitsteekt. Dit komt overeen met de jas die Persoon 1 droeg, eerder op de avond. Verder komen de iets bredere postuur, de zwarte broek, schoenen en muts overeen.
18:41:28 2 personen verschijnen in beeld, en gaan staan tegenover de ingang van de snackbar [snackbar] . Een omstander kijkt naar hen, waarna ze weglopen, uit het zicht van de camera te 19:41:48. Vervolgens komen ze tot 20:27:00 uur regelmatig in beeld, waarna ze na enkele seconden weer weglopen.
19:27:14 Beide personen komen weer in beeld. Achter hen loopt een passant. Persoon 2 loopt voorbij de ingang van [snackbar] . Beiden kijken naar binnen.
19:27:35 Zodra de passant voorbij is, gaan beiden achter een pilaar staan. Wat ze daar doen is niet goed te zien. Wel is te zien dat persoon 2 reikt naar een binnenzak in zijn jas.
19:30:10 Beide personen komen weer achter de pilaar vandaan. Ze lopen naar binnen bij de snackbar.
19:30:56 Beide personen rennen de winkel uit en verdwijnen uit beeld.
De herkenningen op de camerabeelden door verbalisant:
In verband met een onderzoek naar een misdrijf gepleegd bij de Phonehouse in [vestigingsplaats] op 8 februari 2022, heb ik beelden ontvangen van het [school] , gelegen aan [adres] te [vestigingsplaats] . Tijdens het uitkijken van de beelden, viel het mij op dat twee jongens op het schoolplein overeenkomsten vertoonden met de verdachten van de overval op snackbar [snackbar] . lk zag deze overeenkomsten omdat ik zelf ook de beelden heb bekeken die beschikbaar waren van de overval op snackbar [snackbar] .
- Heeft hetzelfde gezette postuur als NN1.
- Heeft dezelfde jas aan als voor de overval op [snackbar] , namelijk de groene gewatteerde body, de zwarte mouwen en de zwarte capuchon
- Heeft dezelfde haarkleur als NN1.
- Heeft dezelfde manier van lopen als NN1.
- Heeft hetzelfde dunne slungelige postuur als NN2
- Heeft dezelfde jas aan, namelijk de zwarte jas met de grijze binnenzijde
- Heeft dezelfde manier van lopen als NN2
- Draagt zwarte Adidas Jeezys
De herkenningen van de medeverdachten door verbalisant:
In een ander onderzoek naar een overval te weten 31Pumba22 zijn camerabeelden van het [school] in [vestigingsplaats] gevorderd en uitgekeken. Op de beelden komen twee jongens het schoolplein op lopen die niets te maken hebben met de overval van onderzoek 31Pumba22, maar wel qua signalement sterk overeen komen met de verdachten uit dit onderzoek (31Timonn22). Op 28 maart 2022 ben ik langs de conciërge van het [school] gegaan met als doel screenshot van de betreffende camerabeelden te tonen en zo achter de identiteit van de twee personen te komen. Op het [school] heb ik gesproken met conciërge [getuige] en hem twee screenshots getoond met daarop de betreffende personen. Vervolgens heb ik middels een vordering identificerende gegevens (126nc) naar de identiteit van de jongens gevraagd. [getuige] gaf vervolgens aan de personen te herkennen en heeft de namen van de betreffende foto's op een papiertje geschreven.
De persoon met de capuchon zou zijn:
- [medeverdachte 1]
De persoon met de blonde krullen zou zijn:
- [medeverdachte 2]
Proces-verbaal van de doorzoeking van de woning van [verdachte]
Wij werden door de Districtsrecherche gestuurd naar de [adres] in [woonplaats] , met als doel het binnentreden van de woning ter inbeslagname van een jas. Voor de woning troffen wij een jongen, welke na onderzoek bleek te zijn: [verdachte] , geboren op [2006] in [geboorteplaats] . Wij zagen en hoorden dat de vader in de hal twee jassen liet zien. Ik, [verbalisant 2] , vertelde aan de vader dat de rood met wit en zwarte jas uit de hal de jas betrof die wij in beslag kwamen nemen. Wij namen de jas in beslag en verlieten hierna de woning.
Het onderzoek aan de telefoon van medeverdachte [medeverdachte 2]
Uit de locaties van de telefoon van [medeverdachte 2] bleek het volgende:
17:08 uur — [straat] te [woonplaats] — ter hoogte van de woning van [verdachte]
17:17 uur — [straat] te [woonplaats]
17:52 uur — [straat] te [woonplaats] — ter hoogte van de woning van [verdachte]
18:13 uur — [straat] te [woonplaats]
18:40 uur— [straat] te [woonplaats]
19:40 uur — [straat] te [woonplaats] — ter hoogte van de woning van [verdachte]
20:55 uur— [straat] te [woonplaats]
Het tijdstip 17:17 uur op de [straat] correspondeert met de periode waarop uit de camerabeelden blijkt dat NN1, NN2 en NN3 hun eerste bezoek aan de snackbar brengen.
Het tijdstip 17:52 uur op de [straat] ligt binnen een periode waarop uit de camerabeelden blijkt dat de jassen zijn verwisseld, namelijk tussen 17:40 uur en 18:10 uur.
Het tijdstip 18:40 uur op de [straat] correspondeert met de periode dat NN1 en NN2 de snackbar in de gaten houden.
Het tijdstip 19:40 uur op de [straat] is 10 minuten na het plegen van de overval.
Het tijdstip 20:55 uur op de [straat] te [woonplaats] , nabij de [locatie ] te [woonplaats] , correspondeert met de periode dat de bromfiets wordt gedumpt.
Afbeeldingen
Op 25 januari 2022 zijn diverse foto's op de telefoon van [medeverdachte 2] opgeslagen. Op deze afbeeldingen zijn drie personen te zien die geheel qua signalement overeenkomen met NN1, NN2 en NN3. Allen hebben dezelfde kleding aan als op de dag van de overval. Hierbij houdt NN1 de telefoon vast en wordt er een selfie gemaakt voor een spiegel. Op de foto's heeft NN1 de groene body aan met de zwarte mouwen en de zwarte capuchon en een zwart geblokt schoudertasje. Dit tasje komt overeen met het tasje wat [medeverdachte 2] droeg tijdens zijn aanhouding. Op de foto's heeft NN2 een donkerblauwe te korte trainingsbroek aan met dunne witte streep aan de zijkant met daaronder schoenen gelijkend op zwarte Adidas Jeezys. Het gezicht van NN2 is zichtbaar en komt overeen met de SKDB foto van [medeverdachte 1] . Op de foto's heeft NN3 een grijs jack aan met zwarte rits en zwarte verticale streep naast de rits. Op de foto's is ook een logo van Black Bananas te zien. De aangever van de diefstal van de bromfiets gaf aan dat de dader tijdens de proefrit een grijs vest van Black Bananas droeg. NN3 heeft tevens zwarte sneakers aan met aan de voorzijde reflecterende strepen bij de veteropeningen. Uit de aanhoudingsfoto van [verdachte] blijkt dat de schoenen met de reflecterende 'Y' op de achterzijde, tevens aan de voorzijde reflecterende strepen heeft. Deze foto's zijn op 25 januari 2022 opgeslagen op de telefoon. Op 26 januari 2022 te 21:45 uur, enkele uren na de overval, zijn deze foto's van de telefoon verwijderd.
De verklaring van medeverdachte [medeverdachte 1] bij de politie
V: Kun je vertellen wat er is gebeurd?
A: De dag van de overval was ik er wel bij. We waren met z'n drieën en zijn met z'n tweeën naar binnen gegaan. Ik was met die jongen. En die andere jongen stond buiten met de scooter.
O: Verdachte wijst naar persoon met de groene bodywarmer op fotoblad 5.
V: Met [medeverdachte 2] dus?
O: Verdachte knikt ja.
V; Hoe ging dat precies? Jij en [medeverdachte 2] gingen naar binnen.
A: lk pakte een blikje cola en gaf hem aan [medeverdachte 2] . Hij pakte toen die taser en pakte geld uit de kassalade.
V: Wiens idee was het?
0: Verdachte wijst naar de 2 personen bij hem op de foto (fotoblad 5).
A: Hij zei, kom we gaan dit doen. Daarna bleek het serieus. [medeverdachte 2] was het ook eens met dit idee.
V: Wanneer kwamen ze met dit idee?
A: Toen we klaar waren met eten.
V: Kun je vertellen over die jassen? Want ze dragen opeens andere jassen op de foto's.
A: Volgens mij hebben ze jassen geswichted bij hem thuis.
V: Jullie komen die zaak uit, wat doen jullie dan?
A: We zijn op de scooter gesprongen en met z'n drieën weggereden.
V: Wiens idee was het om een overval te plegen?
A: [verdachte] .
V: Hoe hebben jullie overlegd met elkaar?
A: Hun hebben het overlegd en hebben gezegd `ja, we gaan het doen'.
V: Wat was de rolverdeling van iedereen?
A: [verdachte] die reed gewoon. Ik stond er maar een beetje bij en [medeverdachte 2] die deed eigenlijk het meest.
V: Weet je wat er met de buit is gebeurd?
A: Hun twee hebben het verdeeld.
Bewijsoverweging
Uit bovenstaande bewijsmiddelen volgt dat NN1 medeverdachte [medeverdachte 2] is en dat NN2 medeverdachte [medeverdachte 1] is. Dit blijkt onder andere uit het vergelijken van de kleding van de personen op foto’s in de telefoon van [medeverdachte 2] , genomen op de dag van de overval, met de stills van de beveiligingscamera’s in het winkelcentrum op de dag van de overval met de kleding van [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] nadat zij zijn aangehouden. Ook is het gezicht van [medeverdachte 1] vanaf de stills vergeleken met de foto van [medeverdachte 1] op zijn SKDB staat. Volgens de politie komen deze signalementen overeen. Het signalement van NN3 op de camerabeelden van het winkelcentrum [locatie ] en het signalement van NN3 op dezelfde aangetroffen foto’s (met drie personen) in de telefoon van medeverdachte [medeverdachte 2] komen overeen met het signalement van [verdachte] op zijn aanhoudingsfoto na de autodiefstal en het gevaarlijk rijgedrag, zoals eerder bewezen verklaard. [medeverdachte 1] heeft verklaard dat de derde verdachte [verdachte] heet. De rechtbank overweegt voorts dat uit de bewijsmiddelen zoals die hierna zijn opgenomen onder het kopje “Feit 1 en feit 2 (diefstal scooter)” volgt dat de scooter die bij de overval als vluchtmiddel is gebruikt, enkele dagen eerder door [verdachte] en is gestolen.
De rechtbank concludeert uit deze bewijsmiddelen dat [verdachte] de persoon NN3 op de camerabeelden van de overval is.
Op 26 januari 2022 om 17:11 uur komen de drie verdachten aan op één scooter en gaan zij eten bij [snackbar] in winkelcentrum [locatie ] . Dit blijkt niet alleen uit de camerabeelden, maar ook uit de locatie van de telefoon van medeverdachte [medeverdachte 2] die om 17:17 uur aanstraalt in [straat] . Na het eten verlaten zij om 17:40 uur het winkelcentrum [locatie ] op dezelfde scooter, waarbij [verdachte] de scooter bestuurt. Medeverdachte [medeverdachte 1] heeft verklaard dat [verdachte] en medeverdachte [medeverdachte 2] vervolgens bij [verdachte] thuis hun jassen hebben omgewisseld. Dit wordt ondersteund door de locatie van de telefoon van medeverdachte [medeverdachte 2] die om 17:52 uur aanstraalt bij de woning van [verdachte] . Om 18:10 uur zijn [verdachte] en de medeverdachten weer te zien op de camerabeelden in winkelcentrum [locatie ] en straalt de telefoon van medeverdachte [medeverdachte 2] aan in [straat] . Om 18:40 uur straalt de telefoon van medeverdachte [medeverdachte 2] wederom aan in [straat] . Op de camerabeelden is te zien dat medeverdachten [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] van 18:40 uur tot 19:30 uur de snackbar in de gaten houden. Om 19:30 uur vindt de overval plaats door [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] . [medeverdachte 1] heeft de overval bekend en verklaard dat [verdachte] buiten op hen stond te wachten met de scooter. Tien minuten later, om 19:40 uur straalt de telefoon van medeverdachte [medeverdachte 2] aan bij de woning van [verdachte] .
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat [verdachte] samen met de twee medeverdachten de overval heeft gepleegd [verdachte] en de medeverdachten hebben een plan gemaakt om een overval te plegen en deze feitelijk uitgevoerd door eerder op de dag te gaan eten bij snackbar [snackbar] , van jassen te wisselen bij [verdachte] thuis in verband met hun herkenbaarheid of signalement en vervolgens de overval te plegen. Dat [verdachte] niet te zien is op de beelden ten tijde van de overval en niet degene is die snackbar [snackbar] binnen is gegaan, doet hier niet aan af. [verdachte] is voor de overval namelijk aangekomen met de medeverdachten, waarna de medeverdachten snackbar [snackbar] in de gaten hielden tot zij konden toeslaan, terwijl [verdachte] buiten stond te wachten op de vluchtscooter. Dit blijkt ook uit de verklaring van medeverdachte [medeverdachte 1] . [verdachte] heeft aldus willens en wetens samengewerkt met anderen om de snackbar te overvallen en daaraan een wezenlijke bijdrage geleverd. Het door de raadsman gevoerde verweer slaagt dan ook niet. Ter terechtzitting heeft [verdachte] verklaard dat hij ten tijde van de overval bij zijn vriendin thuis was. Ook dit verweer slaagt niet, omdat het wordt weersproken door de bewijsmiddelen.
Feit 1 en feit 2 (diefstal van een scooter)
Bewijsmiddelen
De aangifte van [aangever 2]
Ik had mijn bromfiets op marktplaats te koop gezet. Ik kreeg op zaterdag 15 januari omstreeks 16.19 uur een reactie op Marktplaats van een persoon genaamd [fake naam] . Ik heb toen met [fake naam] op zondag 16 januari afgesproken op het [locatie ] te Utrecht. Ik kan [fake naam] als volgt omschrijven:
- man;
- licht getint;
- dun postuur;
- tussen de 1.7 m en 1.80 m;
- tussen de 16 en 18 jaar oud;
- donkerkleurige ogen;
- donker grijs vest van Black Bananas;
- donkere jeans met scheuren;
- zwarte stoffen handschoenen;
- zwarte schoenen;
- witte muts.
stelde zich toen netjes voor en kwam heel beleefd over. Vervolgens controleerde [fake naam] de bromfiets. Na ongeveer tien minuten vroeg [fake naam] aan mij of hij een rondje mocht maken op de bromfiets. Ik vond dit goed aangezien [fake naam] geïnteresseerd en beleeft over kwam. [fake naam] stapte op de bromfiets en reed er vervolgens mee weg. Omstreeks 18.50 uur was [fake naam] nog steeds niet terug en stuurde ik hem nog een bericht via Marktplaats. Ik schreef toen: “ [fake naam] kom je terug anders bel ik de politie je bent nu te lang weg.” Ik kreeg toen geen reactie van [fake naam] . Omstreeks 18.59 uur heb ik het alarmnummer van de politie gebeld. Omstreeks 19.15 uur stuurde ik via Marktplaats een laatste bericht naar [fake naam] . Hierin schreef ik dat ik een melding had gedaan bij de politie en dat hij de scooter terug moest brengen. [fake naam] reageerde ook niet op deze bericht.
Goednummer: PL0900-2022017563-2935641
Voertuig: Bromfiets
Merk/type : La Souris Sourini
Kenteken : [kenteken]
Proces-verbaal over het onderzoek naar het marktplaats account
[fake naam]
Na een vordering 126nc gericht aan Marktplaats, kreeg ik de volgende informatie:
IP-adres: [IP adres] (NETHERLANDS)
Na een vordering 126na (CIOT) op het IP adres [IP adres] , kwam daar de volgende tenaamstelling uit: [A] , [adres] te [woonplaats] .
Familie [verdachte]
Uit de politiesystemen bleek dat [A] diverse kleinzoons heeft, waarvan drie in de leeftijd tussen 12-18 jaar oud. Eén van hen stond tot 2 maart 2022 ingeschreven op de [adres] te [woonplaats] . Deze kleinzoon betreft [verdachte] , geboren [2006] . De moeder van [verdachte] staat nog steeds ingeschreven op dit adres in [woonplaats] . [verdachte] staat inmiddels ingeschreven op de [adres] te [woonplaats] , samen met zijn vader.
[verdachte]
Uit de politiesystemen bleek dat [verdachte] op 20 februari 2022 was aangehouden voor diefstal van een personenauto. De aanhoudende verbalisanten hebben foto’s gemaakt van de aanhoudingen van [verdachte] en [medeverdachte 2] . Hieruit bleek dat [verdachte] dezelfde schoenen aan had als op de avond van de overval en tijdens de diefstal van de bromfiets.
Proces-verbaal over de camerabeelden van de scooterdiefstal
Dit betreffen de camerabeelden van winkelcentrum [locatie ] op zondag 16 januari 2022 tussen 18:24:58 uur en 19:29:41 uur.
18:24 Op de beelden is een witte bromfiets te zien, die overeen komt met de foto’s die de aangever heeft aangeleverd. Naast deze bromfiets staat een persoon, nader te noemen aangever.
18:25:51 Er komt een persoon aangelopen, nader te noemen verdachte. De verdachte loopt om de bromfiets heen en kijkt en voelt aan de bromfiets.
Signalement:
- Man
- Dun postuur
- Grijze jas met zwarte rits
- Naast de zwarte rits aan de linkerzijde een zwarte horizontale streep.
- Donker blauwe jeans met scheuren
- Zwarte handschoenen
- Zwarte sportschoenen met reflecterende strepen in de vorm van een ‘Y’ op de achterzijde
18:18:42 De verdachte stapt op de bromfiets en rijdt weg. De verdachte komt niet meer terug. Te zien is dat de aangever diverse malen zijn telefoon pakt en belt en te 19:06 uur uit beeld verdwijnt.
Ik zie dat deze verdachte volledig overeen komt met verdachte 3 op de camerabeelden die zijn geleverd van de overval op de snackbar. Ik zie dat de verdachte overeenkomt met zijn postuur, de stand van zijn benen, de details op zijn jas, de details op zijn spijkerbroek en de details op zijn schoenen. Het enige wat verschilt, is dat hij op beide momenten verschillende mutsen draagt.
Proces-verbaal met betrekking tot de historische telefoongegevens van [verdachte]
Mastlocatie [verdachte] op 16 januari (diefstal bromfiets)
Gedurende de hele dag, tot 17:03:52 uur peilt de telefoon van [verdachte] uit op de masten [adres] en [adres] en een enkele keer op [adres] , al deze masten staan in [locatie ] . Vervolgens peilt zijn telefoon uit op de mast aan de [adres] in de wijk [wijk] . De telefoon peilt hier uit op de volgende tijdstippen: 18:24:45 uur, 18:25:13 uur en 18:25:59 uur. De [straat] ligt op enkele tientallen meters van het [locatie ] . Op het [locatie ] is te 18:25 uur de witte bromfiets gestolen die na de overval is gedumpt in een sloot aan de [locatie ] in [locatie ] .
Proces-verbaal ten aanzien van het aantreffen van de gestolen scooter in het water
MELDING
Op woensdag 26 januari 2022, omstreeks 20.53 uur, ontvingen wij de opdracht van een centralist van het Operationeel Centrum(OC), om te gaan naar de [locatie ] te Utrecht. Daar zou een scooter in de sloot worden gedumpt door twee (2) personen.
AANTREFFEN SCOOTER
Ik, [verbalisant 3] , zag dat er op de door melder aangewezen locatie een scooter in het water lag. Ik zag dat de voorkant van de scooter in het water lag en dat de achterkant van de scooter nog boven het water uitstak. Ik kan de scooter als volgt omschrijven:
Merk: La Souris
Type: Sourini
Kleur: Wit
Kenteken: [kenteken]
Bewijsoverweging
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat [verdachte] de scooter van [aangever 2] heeft gestolen. Een persoon die zich [fake naam] noemt heeft via Marktplaats een afspraak gemaakt met de aangever. Aan het marktplaatsaccount dat hierbij is gebruikt is een IP-adres gekoppeld dat op naam staat van de opa van [verdachte] . Bij de hierboven bewezenverklaarde autodiefstal is de aangever ook via Marktplaats benaderd door een persoon die zich [fake naam] noemde voor het maken van een afspraak. [verdachte] heeft die autodiefstal bekend. Bij die autodiefstal is [verdachte] onder het mom van het maken van een proefrit er met de auto vandoor gegaan. Ook de dief van de scooter heeft dit zo aangepakt. Daarbij komt dat de uiterlijke kenmerken van de kleding van de dief van de scooter vrijwel geheel overeenkomen met de uiterlijke kenmerken van de kleding die [verdachte] bij de, hierboven ook bewezenverklaarde, overval op snackbar [snackbar] droeg. Tenslotte heeft [verdachte] de scooter ook gebruikt bij deze overval en was hij daarvan de bestuurder. Gelet op deze omstandigheden in onderling verband en samenhang bezien, staat het buiten redelijke twijfel vast dat het [verdachte] is geweest die de scooter heeft gestolen.