ECLI:NL:RBMNE:2023:6184
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de niet-ontvankelijkheid van bezwaar tegen informerende brief inzake kostendelersnorm en bijstandsuitkering
In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, gedaan op 16 november 2023, wordt het beroep van eiser tegen het besluit van het dagelijks bestuur van de RDWI beoordeeld. Eiser, die sinds 2 december 2011 een bijstandsuitkering ontvangt op basis van de Participatiewet, maakt bezwaar tegen een informerende brief van 23 januari 2023. Deze brief, waarin een wijziging van de leeftijdsgrens voor kostendelers wordt aangekondigd, wordt door de RDWI niet als een besluit aangemerkt, waardoor het bezwaar van eiser als niet-ontvankelijk wordt verklaard.
De rechtbank oordeelt dat de brief van 23 januari 2023 niet op rechtsgevolg is gericht en dus geen besluit is in de zin van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Eiser had eerder al een wijziging in zijn uitkering ervaren, maar de rechtbank stelt vast dat hij op de hoogte had kunnen zijn van de wijziging in de kostendelersnorm. De rechtbank concludeert dat er geen sprake is van verschoonbare termijnoverschrijding voor het indienen van bezwaar tegen het buiten toepassing laten van de kostendelersnorm. Hierdoor is de RDWI terecht overgegaan tot de niet-ontvankelijkheid van het bezwaar.
De rechtbank verklaart het beroep ongegrond, wat betekent dat eiser geen recht heeft op terugbetaling van griffierecht of vergoeding van proceskosten. De uitspraak is openbaar gedaan en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen. Eiser kan binnen zes weken na verzending van de uitspraak hoger beroep aantekenen bij de Centrale Raad van Beroep.