Op 20 juni 2023 heeft de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in de zaak tussen de Gemeente Utrecht als eiseres en de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen als verweerder. De zaak betreft een beroep dat door de Gemeente Utrecht is ingediend omdat verweerder niet tijdig heeft beslist op haar verzoek om herbeoordeling van een betrokkene. De rechtbank heeft vastgesteld dat de beslistermijn van acht weken, zoals voorgeschreven in de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen, is overschreden. Eiseres had haar verzoek om herbeoordeling op 20 december 2022 ingediend, en verweerder had uiterlijk op 16 februari 2023 moeten beslissen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de ingebrekestelling op 2 mei 2023 door verweerder is ontvangen, maar dat sindsdien geen beslissing is genomen.
De rechtbank heeft geoordeeld dat verweerder een dwangsom moet betalen voor elke dag dat de beslistermijn wordt overschreden, met een maximum van € 15.000,-. De rechtbank heeft verweerder opgedragen om binnen vier weken na de uitspraak alsnog een beslissing te nemen. Daarnaast is bepaald dat eiseres recht heeft op een vergoeding van de proceskosten, die door verweerder moet worden betaald. De rechtbank heeft de proceskosten vastgesteld op € 418,50, en verweerder moet ook het griffierecht aan eiseres vergoeden. De uitspraak is openbaar uitgesproken en de griffier heeft de beslissing op 20 juni 2023 vastgelegd.