Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
gedetineerd in [verblijfplaats] ,
1.ONDERZOEK TER TERECHTZITTING
2.TENLASTELEGGING
3.VOORVRAGEN
4.WAARDERING VAN HET BEWIJS
5.BEWEZENVERKLARING
6.STRAFBAARHEID VAN HET FEIT
7.STRAFBAARHEID VAN VERDACHTE
8.OPLEGGING VAN STRAF EN MAATREGEL
9.BESLAG
10.BENADEELDE PARTIJ
11.TOEPASSELIJKE WETTELIJKE VOORSCHRIFTEN
12.BESLISSING
- verdachte maakt zich niet schuldig aan een strafbaar feit;
- verdachte werkt mee aan het reclasseringstoezicht;
- verdachte werkt mee aan een time-out in een Forensisch Psychiatrisch Kliniek (FPK) of Forensisch Psychiatrische Afdeling (FPA) of andere instelling, als de reclassering dat nodig vindt, welke time-out maximaal 7 weken duurt, met de mogelijkheid van verlenging met nog eens maximaal 7 weken, tot maximaal 14 weken per jaar;
- verdachte gaat niet naar het buitenland of het Caribisch deel van het Koninkrijk der Nederlanden, zonder toestemming van de reclassering;
- verdachte laat zich opnemen in De Piet Roordakliniek te Zutphen (Tactus Verslavingszorg) of een soortgelijke zorginstelling, te bepalen door de justitiële instantie die verantwoordelijk is voor plaatsing, welke opname start aansluitend op zijn detentie en duurt zolang de behandelaar en de reclassering dat nodig vinden, waarbij verdachte zich houdt aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorginstelling geeft voor de behandeling, waaronder gelet op de problematiek van verdachte ook het innemen van medicijnen kan vallen, als de zorginstelling dat nodig vindt en waarbij geldt dat als de reclassering een overgang naar ambulante zorg, begeleid wonen of maatschappelijke opvang gewenst vindt, verdachte meewerkt aan de indicatiestelling en plaatsing;
- verdachte laat zich aansluitend op zijn klinische opname behandelen door de forensische polikliniek van Fivoor, Tactus of een soortgelijke zorgverlener, te bepalen door de reclassering, welke behandeling start na intake en acceptatie en duurt zolang de behandelaar en de reclassering dat nodig vinden, waarbij verdachte zich houdt aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling, waaronder gelet op de problematiek van verdachte ook het innemen van medicijnen kan vallen, als de zorgverlener dat nodig vindt;
- verdachte werkt mee aan een intake en een daarop volgend verblijf in een instelling voor beschermd wonen of maatschappelijke opvang, te bepalen door de reclassering, welk v verblijf start na het beëindigen van de klinische opname en duurt zolang de reclassering dat nodig vindt, waarbij verdachte zich houdt aan de huisregels en het dagprogramma dat de instelling in overleg met de reclassering voor hem heeft opgesteld;
- verdachte gebruikt geen drugs en werkt mee aan controle op dit verbod, welke controle gebeurt met urineonderzoek en waarbij geldt dat de reclassering bepaalt hoe vaak verdachte wordt gecontroleerd;
- verdachte gebruikt geen alcohol, en werkt mee aan urineonderzoek en ademonderzoek (blaastest) om dit alcoholverbod te controleren, waarbij geldt dat de reclassering bepaalt met welke controlemiddelen en hoe vaak verdachte wordt gecontroleerd;
- verdachte werkt, indien noodzakelijk, mee aan het aflossen van zijn schulden en het treffen van afbetalingsregelingen, ook als dit inhoudt meewerken aan schuldhulpverlening in het kader van de Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen, waarbij verdachte de reclassering inzicht geeft in zijn financiën en schulden;
- beveelt dat de voorwaarden en het toezicht door de reclassering dadelijk uitvoerbaar zijn;
- geeft opdracht aan Reclassering Nederland de ter beschikking gestelde bij de naleving van de voorwaarden hulp en steun te verlenen;
- legt aan verdachte op de maatregel tot gedragsbeïnvloeding of vrijheidsbeperking (artikel 38z van het Wetboek van Strafrecht);
- wijst de vordering van [slachtoffer] toe tot een bedrag van € 1.175,-;
- veroordeelt verdachte tot betaling aan € 1.175,- van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 10 mei 2022 tot de dag van volledige betaling;
- veroordeelt verdachte ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- wijst een gedeelte van € 4.000,- van de vordering af;
- verklaart [slachtoffer] voor wat betreft het meer gevorderde bedrag van € 250,- niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de vordering voor dat deel kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
- legt verdachte de verplichting op ten behoeve van verdachte aan de Staat € 1.175,- te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 10 mei 2022 tot de dag van volledige betaling, bij niet betaling aan te vullen met 21 dagen gijzeling;
- bepaalt dat verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed;