In deze zaak heeft eiseres beroep ingesteld tegen de Belastingdienst/Toeslagen omdat zij van mening is dat er niet tijdig is beslist op haar aanvraag van 12 augustus 2021 voor herbeoordeling van de kinderopvangtoeslag. De rechtbank heeft op 11 oktober 2023 uitspraak gedaan in deze zaak. Eiseres heeft op 21 juni 2023 een verweerschrift ontvangen van de Belastingdienst, waarop zij heeft gereageerd. Partijen hebben aangegeven geen gebruik te willen maken van hun recht om gehoord te worden op een zitting, waarna de rechtbank het onderzoek heeft gesloten.
De rechtbank overweegt dat tegen het niet tijdig nemen van een besluit beroep kan worden ingesteld, en dat de beslistermijn in deze zaak is overschreden. Eiseres heeft verweerder op 15 mei 2023 in gebreke gesteld, en heeft vervolgens op 1 juni 2023 beroep ingesteld. De rechtbank oordeelt dat het beroep gegrond is, omdat verweerder nog geen nieuw besluit heeft genomen. De rechtbank draagt verweerder op om binnen zes weken na de uitspraak een vooraankondiging te doen en binnen twee weken na ontvangst van de zienswijze een besluit bekend te maken.
Daarnaast heeft de rechtbank bepaald dat verweerder een dwangsom van € 100,- per dag moet betalen voor elke dag dat hij de beslistermijn overschrijdt, met een maximum van € 15.000,-. Eiseres krijgt ook een vergoeding voor de proceskosten van € 209,25 en het betaalde griffierecht van € 50,- moet door verweerder aan eiseres worden vergoed. De uitspraak is openbaar uitgesproken en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.