ECLI:NL:RBMNE:2023:5867

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
24 oktober 2023
Publicatiedatum
8 november 2023
Zaaknummer
16-66179-15
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht; Materieel strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege

Op 24 oktober 2023 heeft de Rechtbank Midden-Nederland, zittingsplaats Utrecht, uitspraak gedaan in de zaak van de verlenging van de terbeschikkingstelling (tbs) van een betrokkene, geboren in 1996. De rechtbank heeft de vordering van de officier van justitie om de tbs met verpleging met één jaar te verlengen, toegewezen. De betrokkene was eerder ter beschikking gesteld na veroordeling voor ernstige misdrijven, waaronder verkrachting en bedreiging. De rechtbank heeft de stukken in het dossier bestudeerd, waaronder eerdere vonnissen en rapportages van deskundigen. De deskundigen concludeerden dat er nog steeds sprake is van stoornissen bij de betrokkene en dat het recidiverisico bij beëindiging van de tbs als matig tot hoog wordt ingeschat. De rechtbank heeft vastgesteld dat de betrokkene positieve ontwikkelingen heeft doorgemaakt, maar dat de verlenging van de tbs noodzakelijk is voor de veiligheid van anderen. De rechtbank heeft de beslissing genomen op basis van de adviezen van de kliniek en de deskundigen, en heeft geoordeeld dat de verlenging van de tbs voldoet aan de vereisten van proportionaliteit en subsidiariteit. De rechtbank heeft de tbs met verpleging van overheidswege met één jaar verlengd, zodat de betrokkene kan blijven werken aan zijn behandeling en stabiliteit.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Strafrecht
Zittingsplaats Utrecht
Parketnummer: 16-661379-15 (vordering verlenging tbs)
Beslissing op grond van artikel 6:6:10 van het Wetboek van Strafvordering van de meervoudige kamer voor strafzaken van 24 oktober 2023
in de zaak van de officier van justitie tegen de ter beschikking gestelde:
[betrokkene],
geboren op [1996] te [geboorteplaats] ,
geregistreerd in de basisregistratie personen op het adres:
[adres] , [postcode] te [woonplaats] ,
hierna: betrokkene.

1.De stukken

De rechtbank heeft acht geslagen op de zich in het dossier bevindende stukken waaronder:
  • het vonnis van deze rechtbank van 15 september 2015 waarbij betrokkene ter beschikking is gesteld met bevel tot verpleging van overheidswege omdat hij zich heeft schuldig gemaakt aan verkrachting, bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht en diefstal;
  • stukken waaruit blijkt dat de terbeschikkingstelling (hierna: tbs) is ingegaan op 11 november 2015;
  • de beslissing van deze rechtbank van 17 november 2021, waarbij de termijn van tbs voor het laatst is verlengd met twee jaar;
  • de vordering van de officier van justitie van 2 oktober 2023, die strekt tot verlenging van de tbs met verpleging met één jaar;
  • het verlengingsadvies van 12 september 2023 van de [instelling 1] (hierna: de kliniek), opgemaakt door drs. [A] (gz-psycholoog, hoofd patiëntenzorg), drs. [B] (gz-psycholoog, hoofd behandeling) en
  • het Pro Justitia-rapport van 29 juli 2023, opgemaakt door drs. [D] , psycholoog;
  • het Pro Justitia-rapport van 31 juli 2023, opgemaakt door dr. [E] , psychiater;
  • de wettelijke aantekeningen omtrent de lichamelijke en geestelijke gesteldheid van de betrokkene, over de periode 22 september 2021 tot en met 20 september 2023.

2.Het onderzoek ter terechtzitting

De behandeling van de zaak heeft op 24 oktober 2023 ter terechtzitting plaatsgevonden. Daarbij zijn gehoord:
- de officier van justitie, mr. A. Drogt,
- de betrokkene, bijgestaan door zijn raadsman mr. B. van Elst, advocaat te Utrecht en
- de aan de kliniek verbonden deskundige, drs. [B] (hierna: hoofd behandeling).

3.Het standpunt van de kliniek

Het standpunt van de kliniek blijkt uit het onder 1 genoemde verlengingsadvies.
Het hoofd behandeling voornoemd heeft ter zitting het advies van de kliniek toegelicht.
Het standpunt luidt – zakelijk weergegeven – dat er bij de betrokkene nog steeds sprake is van stoornissen. Ook is het recidiverisico nog aanwezig. Dit risico wordt bij beëindiging van de maatregel ingeschat als matig tot hoog.
Het advies luidt de tbs met dwangverpleging te verlengen met één jaar.

4.Het standpunt van de niet aan de kliniek verbonden deskundigen

De psychiater en de psycholoog concluderen in de door hen uitgebrachte Pro Justitia-rapporten dat er bij betrokkene nog steeds sprake is van stoornissen.
Zij achten het recidiverisico bij een beëindiging van de tbs matig en op (middel)langere termijn hoog.
Het advies luidt de tbs met dwangverpleging te verlengen met één jaar.

5.Het standpunt van de officier van justitie

De officier van justitie heeft naar aanleiding van het verhandelde ter zitting haar vordering tot verlenging van de tbs met dwangverpleging met één jaar gehandhaafd.

6.Het standpunt van de verdediging

De verdediging kan zich vinden in de vordering van de officier van justitie en heeft zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.

7.Het oordeel van de rechtbank

Maximering – kan de tbs worden verlengd?
Betrokkene is bij vonnis van 15 september 2015 veroordeeld voor verkrachting, bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht en diefstal. De rechtbank heeft daarbij overwogen dat de opgelegde tbs niet is gemaximeerd. Omdat de tbs niet is gemaximeerd kan die worden verlengd.
Stoornis en recidivegevaar
Uit het verlengingsadvies en de Pro Justitia-rapportages blijkt dat er nog steeds sprake is van stoornissen bij betrokkene, te weten onder meer:
- een schizoaffectieve stoornis, bipolaire type;
- een stoornis in het gebruik van cannabis, matig (in remissie);
- een andere gespecificeerde persoonlijkheidsstoornis (antisociale trekken).
Het recidivegevaar wordt bij beëindiging van de maatregel ingeschat als matig en op termijn oplopend tot hoog.
De verwachting is dat het betrokkene op dit moment nog niet zelfstandig zal lukken op zoek te gaan naar (medicamenteuze) behandeling, dat hij dagelijkse problemen nog niet het hoofd zal kunnen bieden en, vanwege zijn grote mate van beïnvloedbaarheid, zal vervallen in antisociale, oude gedragspatronen zoals (soft)drugsgebruik waardoor hij psychotisch zal decompenseren. Naar verwachting leidt dit op termijn tot impulsief en agressief gedrag.
De rechtbank heeft geen reden om aan de juistheid en betrouwbaarheid van de inhoud van het advies en de rapportages van de deskundigen te twijfelen en neemt deze over.
Verlenging
De rechtbank is, gelet op het advies van kliniek en de niet aan de kliniek verbonden deskundigen en hetgeen overigens ter zitting naar voren is gekomen, van oordeel dat de veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen, verlenging van de tbs vereist. Daarbij is voldaan aan de vereisten van proportionaliteit en subsidiariteit.
In de afgelopen periode heeft betrokkene een positieve ontwikkeling doorgemaakt. Hij functioneerde psychiatrisch stabiel, hij was gemotiveerd voor zijn behandeling, trouw in het gebruik van zijn medicatie en de controles op alcohol en drugs waren steeds negatief. Ook bij het transmuraal verblijf heeft hij deze positieve lijn vastgehouden.
Betrokkene zal binnenkort overgaan naar een nieuwe woonvorm. Op dit moment verblijft hij nog in een transmurale sociowoning met intensieve begeleiding van [instelling 2] in [plaats 1] . In de maand november zal hij verhuizen naar beschermd wonen bij [instelling 3] in [plaats 2] . Daarbij zal de begeleiding overgaan naar het transmurale behandelingsteam van de [instelling 1] in [plaats 2] en zullen ForFact en de reclassering bij zijn traject worden betrokken. De overgang naar de nieuwe woonvorm zal een grote stap voor hem zijn.
De tbs dient volgens de deskundigen met een jaar te worden verlengd om te kunnen monitoren of betrokkene erin slaagt bij [instelling 3] stabiel te blijven functioneren, meer zelfstandigheid te ontwikkelen en sociaalmaatschappelijke structuren op te bouwen en te behouden.
De deskundige heeft ter zitting aangegeven dat de voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging over een jaar mogelijk aan de orde zal zijn.
Op grond van het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat de tbs-maatregel verlengd dient te worden met één jaar.

8.De beslissing

De rechtbank verlengt de termijn van de terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege van [betrokkene] met één jaar.
Deze beslissing is genomen door mr. C. van de Lustgraaf, voorzitter, mrs. N.M.H. van Ek en I.G.C. Bij de Vaate, rechters, in tegenwoordigheid van mr. E.E. van Wiggen-van der Hoek, griffier en in het openbaar uitgesproken op 24 oktober 2023.