ECLI:NL:RBMNE:2023:5777

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
6 november 2023
Publicatiedatum
6 november 2023
Zaaknummer
16-055821-23 (P)
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak voor voorbereidingshandelingen en veroordeling voor wapenbezit en valse kentekenplaten

Op 6 november 2023 heeft de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die op 24 februari 2023 in Utrecht werd aangehouden. De verdachte werd beschuldigd van het voorhanden hebben van meerdere vuurwapens, munitie en valse kentekenplaten, evenals van voorbereidingshandelingen voor een misdrijf. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van de voorbereidingshandelingen, omdat niet bewezen kon worden dat de verdachte opzettelijk voorwerpen voorhanden had die bestemd waren voor een specifiek misdrijf met een gevangenisstraf van acht jaar of meer. De rechtbank oordeelde dat de omstandigheden niet voldoende concreet waren om te concluderen dat de verdachte zich voorbereidde op een dergelijk misdrijf.

Echter, de rechtbank achtte het wel bewezen dat de verdachte samen met medeverdachte [medeverdachte 1] op 24 februari 2023 in Utrecht een pistoolmitrailleur, een semi-automatisch pistool en een hoeveelheid munitie voorhanden had. De verdachte had ook valse kentekenplaten in zijn bezit, die hij in een kliko had verstopt. De rechtbank legde een gevangenisstraf op van 20 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk, met bijzondere voorwaarden. De rechtbank hield rekening met de ernst van de feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en de persoonlijke situatie van de verdachte, die inmiddels zijn opleiding had hervat en stage liep.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Strafrecht
Zittingsplaats Utrecht
Parketnummer: 16-055821-23 (P)
Vonnis van de meervoudige kamer van 6 november 2023
in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren op [1996] te [geboorteplaats] ,
zonder vaste woon- of verblijfplaats in Nederland,
hierna te noemen: verdachte of [verdachte] .

1.ONDERZOEK TER TERECHTZITTING

Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting van 8 mei 2023, 16 oktober 2023 en 23 oktober 2023. Op 16 oktober 2023 is de zaak inhoudelijk behandeld. Het onderzoek ter terechtzitting is op 23 oktober 2023 gesloten.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering en standpunten van de officier van justitie, mr. M. de Nooij, en van hetgeen verdachte en zijn raadsman, mr. T.P.A.M. Wouters, advocaat te Amsterdam, naar voren hebben gebracht.

2.TENLASTELEGGING

De tenlastelegging is op de zitting gewijzigd. De gewijzigde tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht. De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
Feit 1
op 24 februari 2023 in Utrecht samen met anderen een pistoolmitrailleur voorhanden heeft gehad;
Feit 2
op 24 februari 2023 in Utrecht samen met anderen een semiautomatisch pistool en een semiautomatisch omgebouwd (gas)pistool, voorhanden heeft gehad;
Feit 3
op 24 februari 2023 in Utrecht samen met anderen een hoeveelheid munitie geschikt voor twee (hand)vuurwapens en een automatisch machinepistool voorhanden heeft gehad;
Feit 4
op 24 februari 2023 in Utrecht samen met anderen opzettelijk valse kentekenplaten voorhanden heeft gehad;
Feit 5
op 24 februari 2023 te Utrecht samen met anderen voorwerpen voorhanden heeft gehad ter voorbereiding van een misdrijf waarop een gevangenisstraf van 8 jaren of meer is gesteld, te weten: diefstal met geweld en/of afpersing en/of brandstichting.

3.VOORVRAGEN

De dagvaarding is geldig, de rechtbank is bevoegd tot kennisneming van het tenlastegelegde, de officier van justitie is ontvankelijk in de vervolging van verdachte en er zijn geen redenen voor schorsing van de vervolging.

4.WAARDERING VAN HET BEWIJS

4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie acht het onder 1 tot en met 5 tenlastegelegde wettig en overtuigend te bewijzen.
Voor feit 1 tot en met 3 heeft de officier van justitie daartoe aangevoerd dat [verdachte] de persoon is geweest die achterin de Renault Captur heeft gezeten, waarin wapens en de munitie zijn aangetroffen. De aangetroffen wapens en munitie zijn onderzocht en komen overeen met de voorwerpen zoals deze op de (gewijzigde) tenlastelegging onder feit 1 tot en met 3 genoemd staan.
Voor feit 4 heeft de officier van justitie aangevoerd dat [verdachte] de persoon is geweest die de valse kentekenplaten vanuit de Renault Captur in een kliko in zijn achtertuin heeft gelegd. Dat is een plek waar de platen uit het zicht zijn onttrokken en waar mensen die ervan weten er makkelijk bij kunnen. Dit maakt dat [verdachte] wist of in ieder geval redelijkerwijs moesten vermoeden dat deze kentekenplaten vals waren en bestemd waren om er gebruik van te maken als ware deze echt en onvervalst. [verdachte] heeft ook de beschikking gehad over deze valse kentekenplaten. Door de kentekenplaten voorhanden te hebben in de auto en vervolgens af te leveren in een kliko in zijn achtertuin heeft [verdachte] zich schuldig gemaakt aan het onder 4 ten laste gelegde feit.
Voor feit 5 heeft de officier van justitie aangevoerd dat sprake is van strafbare voorbereidingshandelingen. De omstandigheden waaronder de verdachten in de auto zijn aangetroffen, in de aanwezigheid van vuurwapens en munitie, telefoons met peilbakenapplicaties en overige voorwerpen (zoals bivakmutsen, valse kentekenplaten, illegaal vuurwerk en bio-ethanol) laten zich in hun gezamenlijkheid en naar hun uiterlijke verschijningsvorm niet anders uitleggen dan dat de drie in de auto aangetroffen verdachten, onder wie [verdachte] , van plan waren om een diefstal met geweld of afpersing of brandstichting te plegen. Daar komt bij dat sprake lijkt te zijn van observatie van een bedrijfspand in Roosendaal door verdachten middels camerabeelden, dat TCI-informatie aanwezig is dat medeverdachte [medeverdachte 1] zich bezig zou houden met het ‘rippen’ van cocaïne en dat uit een bericht op de telefoon van medeverdachte [medeverdachte 2] blijkt dat er op 24 februari ‘geld zou worden gemaakt’ in Den Haag. Dat het concrete tijdstip of doel van het voorbereide misdrijf niet helemaal duidelijk is geworden, doet daar niets aan af. Een alternatief scenario is door de verdachten niet geschetst. Er is daarom geen andere verklaring denkbaar dan dat verdachte met zijn medeverdachten met de voorwerpen waarover zij beschikten de in de tenlastelegging genoemde strafbare feiten aan het voorbereiden waren.
De officier van justitie stelt zich tot slot op het standpunt dat het ten laste gelegde medeplegen voor alle vijf feiten wettig en overtuigend kan worden bewezen.
Ook vindt de officier van justitie dat de verklaring van getuige [getuige] voor het bewijs kan worden gebruikt omdat aan de raadsman eerder in het proces gelegenheid is geboden om deze getuige te ondervragen en hij hiervan toen geen gebruik heeft gemaakt.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft vrijspraak bepleit van alle ten laste gelegde feiten.
De raadsman heeft zich op het standpunt gesteld dat de verklaring van getuige [getuige] , een getuige die volgens de raadsman als anonieme getuige moet worden aangemerkt, niet voor de bewijsvoering kan worden gebruikt, omdat de verdediging deze getuige niet heeft kunnen ondervragen. In dat licht heeft de raadsman ter terechtzitting de wens te kennen gegeven om de getuige te mogen ondervragen. Indien de rechtbank dat verweer niet volgt, heeft de raadsman subsidiair aangevoerd dat de verklaring van getuige [getuige] dermate onbetrouwbaar is, dat de verklaring niet voor het bewijs kan worden gebruikt. Wat de getuige zegt te hebben gezien, is namelijk vanuit geen enkele positie door één persoon te zien.
De raadsman heeft verder aangevoerd dat, nu de verklaring van getuige [getuige] niet voor het bewijs kan worden gebruikt, niet kan worden bewezen dat verdachte (al dan niet als medepleger) de valse kentekenplaten voorhanden heeft gebruikt. Verdachte heeft daarnaast geen wapens en munitie voorhanden gehad. Verdachte had de auto niet gehuurd en was slechts een inzittende. Naast verdachte zaten nog twee medeverdachten in de auto. De vuurwapens waren aan het zicht onttrokken en bevonden zich in afgesloten tassen in de auto. Op de wapens en het getapete pakketje is geen DNA van verdachte aangetroffen. Verdachte is zich van de aanwezigheid daarvan dan ook niet bewust geweest en had ook niet de beschikkingsmacht over de wapens en munitie. Nu evenmin kan worden vastgesteld dat verdachte een bijdrage van voldoende gewicht heeft geleverd aan het voorhanden hebben van de wapens of munitie, kan ook het medeplegen van deze feiten niet wettig en overtuigend worden bewezen.
Met betrekking tot feit 5 heeft de raadsman aangevoerd dat niet buiten redelijke twijfel is komen vast te staan wat het karakter van het voor te bereiden gronddelict is geweest en onvoldoende is gebleken dat sprake was van een crimineel doel.
4.3
Het oordeel van de rechtbank
Feiten en omstandigheden
Op 24 februari 2023 maakt een getuige (getuige [getuige] ) melding van een verdachte situatie nabij de [straat] in Utrecht. Een persoon stapt rechtsachter uit een Renault Captur, pakt bij de benen van de bijrijder een blauwe plastic zak en gooit deze zak in een kliko in de tuin van het adres [adres] . Uit diezelfde kliko pakt deze persoon vervolgens een rugzak en stapt weer in achter in de auto. Als de politie kort daarna ter plaatse komt, treffen zij in de kliko een zak met valse kentekenplaten, meerdere bivakmutsen en handschoenen, twee cobra’s (zwaar knalvuurwerk) en een fles bio-ethanol. De Renault Captur wordt ongeveer 20 minuten later gestopt door de politie. De drie inzittenden blijken te zijn: [medeverdachte 1] (bestuurder), [medeverdachte 2] (bijrijder) en [verdachte] (inzittende rechts achterin). In de auto worden in een rugzak op de achterbank en in een plastic zak onder de bijrijdersstoel in totaal drie vuurwapens en een hoeveelheid munitie aangetroffen. Daarnaast worden in de auto meerdere telefoons aangetroffen. Een van de telefoons zit in een pakketje vast getapet aan een vuurwapen met munitie. Op een telefoon in de auto (SIN-nummer AAPU9466NL) wordt de peilbakenapplicatie Protrack aangetroffen. De applicatie lijkt in totaal 11 auto’s met bakens te volgen. Op de telefoon AAPU9466NL wordt DNA van drie personen aangetroffen, waaronder dat van [medeverdachte 1] en [verdachte] .
Vrijspraak feit 5
De rechtbank acht niet wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het onder 5 tenlastegelegde heeft begaan en spreekt verdachte hiervan vrij. De rechtbank overweegt daartoe als volgt.
Voor een bewezenverklaring van het plegen van voorbereidingshandelingen als bedoeld in artikel 46 van het Wetboek van Strafrecht (Sr) is vereist dat kan worden bewezen dat de verdachte opzettelijk voorwerpen bestemd tot het begaan van een misdrijf, waarop naar de wettelijke omschrijving een gevangenisstraf van acht jaren of meer is gesteld, voorhanden heeft gehad. Er moet dus worden bewezen dat de voorwerpen die de verdachten voorhanden hadden, bestemd waren tot het begaan van een voldoende bepaald misdadig doel. Voorbereiding is namelijk niet in zijn algemeenheid strafbaar, maar alleen als het gaat om een geconcretiseerd en bepaald misdrijf.
De rechtbank is van oordeel dat uit het strafdossier niet met voldoende bepaaldheid kan worden opgemaakt dat [verdachte] , al dan niet samen met zijn medeverdachten, de aangetroffen voorwerpen voorhanden heeft gehad om deze te gebruiken bij een diefstal met geweld, afpersing of brandstichting, zoals ten laste is gelegd. Het eventuele misdadig doel kan in dit geval uitsluitend worden vastgesteld op basis van de combinatie van de aangetroffen voorwerpen in onderlinge samenhang bezien, nu de inhoud van het dossier – inclusief de door de officier van justitie in dit kader genoemde omstandigheden – daartoe geen andere concrete aanknopingspunten biedt.
Wanneer de aangetroffen voorwerpen in onderlinge samenhang worden bezien, kunnen deze worden gebruikt voor een verscheidenheid aan misdadige doelen. Het is – op basis van het strafdossier zoals dat voorligt – niet mogelijk buiten redelijke twijfel vast te stellen wat het karakter van het eventuele voorbereide gronddelict is geweest en evenmin of op dat gronddelict een strafmaximum van acht jaar gevangenisstraf is gesteld.
Daarbij komt dat een deel van de in de tenlastelegging genoemde voorwerpen (de bivakmutsen, handschoenen, kentekenplaten en het brandversnellend middel) zijn achtergelaten in een kliko, terwijl andere voorwerpen (de vuurwapens, munitie en telefoons) zijn aangetroffen in de auto. De voorwerpen werden dus niet op één plek bewaard, waardoor onduidelijk is of zij op dat moment voor één misdadig doel waren bestemd.
Bewijsmiddelen feit 1 tot en met feit 4 [1]
Een geschrift, inhoudende een verklaring van getuige nummer [getuige] van 24 februari 2023, 230224.1810.15397, opgemaakt door verbalisant [verbalisant 1] , werkzaam bij de politie Eenheid Midden-Nederland, doorgenummerde pagina 011 – zakelijk weergegeven:
Ik zag op 24 februari 2023 omstreeks 10:30 uur dat er een blauw gekleurde Renault het pleintje op reed. Ik zag dat er rechtsachter een persoon ( vanaf nu te noemen: persoon 1) uit het voertuig stapte. Ik zag dat persoon 1 naar de rechtervoorzijde van de auto liep, de bijrijderskant, dat het portier geopend werd en persoon 1 iets wegpakte ter hoogte van de benen van de bijrijder. Ook zag dat persoon 1 een blauwe plastic zak vasthield. Ik zag dat er een lang, rechthoekig voorwerp in zat. Ik zag dat hij vervolgens een achtertuin van een woning inloopt en direct naar een bruine kliko loopt. Ik zag dat persoon 1 de blauwe plasticzak die hij uit de auto haalde in de afgesloten kliko legde. Ik zag vervolgens dat hij er een rugtas uithaalde. Ik kan deze rugtas als volgt omschrijven: donker blauw/grijs van kleur. Ik zag dat de rugzak openstond. Ik zag dat er een wit voorwerp in zat ter grootte van een tennisbal of softbal. Ik denk dat hij weer op dezelfde plek achter in het voertuig instapte. Ik heb gelijk het kenteken [2] genoteerd van de blauwe Renault: [kenteken] . [3]
Een proces-verbaal van bevindingen van 24 februari 2023, PL0900-2023057481-21, opgemaakt door verbalisant [verbalisant 2] , werkzaam bij de politie Eenheid Midden-Nederland, doorgenummerde pagina 013 e.v. – zakelijk weergegeven:
Alle genoemde straatnamen in dit proces-verbaal bevinden zich in de stad Utrecht.
Op vrijdag 24 februari 2023 in Utrecht, daar het mij niet bekend was waar de kliko stond waar de getuige over sprak heb ik de melder gebeld. Er stond één kliko onder een balkon van een flat. Later bleek dit de [adres] te betreffen. Toen ik de kliko opende zag ik direct een set van 2 kentekenplaten in de kliko liggen. De platen waren voorzien van het kenteken [kenteken] . [4] Ik zag hierop dat er nog een plastic tasje in de container lag. Hier lag ook een setje van 2 kentekenplaten in. Deze platen waren voorzien van het kenteken [kenteken] .
Ik zag op dat moment het betreffende voertuig, een Renault Captur. Dit was om 10:53 uur. Ik zag dat er in het voertuig drie personen zaten.
Bestuurder betrof:
Naam: [medeverdachte 1] [5]
Persoon achterin betrof:
Naam: [verdachte]
Adres: [adres] te [woonplaats]
Toen ik het portier linksachter opende zag ik direct een blauwige rugtas liggen. Ik opende de tas en ik zag direct een automatisch machinepistool in de tas liggen. [6]
Ik opende hierop het portier rechtsachter, de plaats waar [verdachte] zat, en zag direct een blauwe Albert Heijn tas onder de bijrijdersstoel liggen. Ik pakte de tas en vouwde hem open zodat ik erin kon kijken. Ik zag direct een handvuurwapen liggen. Ik heb hierop de tas geopend waarin het automatische machinepistool zag. Ik zag daar nog een pakketje in liggen welke was dicht getaped met grijs plakband. Ondertussen was een collega met specialisme explosieven verkenner aangesloten. Ik zag dat hij voorzichtig het pakketje bekeek en hoorde hem zeggen dat er een klein handvuurwapen inzat. [7]
Een proces-verbaal van bevindingen van 3 maart 2023, PL0900-2023057481-49, opgemaakt door verbalisant [verbalisant 3] , werkzaam bij de politie Eenheid Midden-Nederland, forensisch dossier doorgenummerde pagina 019 e.v. – zakelijk weergegeven:
Ik zag dat het voertuig een blauwe vijfdeurs personenauto betrof van het merk "Renault", type "Captur" met het kenteken [kenteken] .
Op de vloer tussen de achterbank en de bijrijdersstoel, stond een blauwe plastic tas. In de tas zag ik een vuurwapen. Ik hoorde collega [verbalisant 2] mij vertellen dat de tas onder de bijrijdersstoel had gelegen en eronder vandaan was gehaald. Ik zag er kogelpatronen in de patroonhouder zaten.
Verder zag ik een blauwe rugtas met bruine accenten. In de rugtas zag ik een vuurwapen, een patroonhouder met kogelpatronen en een plastic tasje omwikkeld met grijze tape. Het vuurwapen was gelijkend op het type voorwapen "scorpion" en vermoedelijk hoorde de patroonhouder bij het vuurwapen. [8] In het pakketje zag ik een klein zwart handvuurwapen, een patroonmagazijn met kogelmunitie, een stuk papier waarin twee losse kogelpatronen zaten.
PL0900-2023057481-3126303
AAQI7425NL
Ithaca gun
PL0900-2023057481-3126304
AAQI7426NL
Patroonhouder met munitie afkomstig uit vw aaqi7425nl
PL0900-2023057481-3126305
AAQI7427NL
Munitie afkomstig uit patroonhouder aaqi7426nl
PL0900-2023057481-3126312
AAQI7428NL
Semi/automatisch vuurwapen "scorpion" [9]
PL0900-2023057481-3126315
AAQI7429NL
Patroonhouder met munitie aangetroffen naast vw scorpion
PL0900-2023057481-3126317
AAQI7430NL
Munitie uit patroonhouder aaqi7429nl
PL0900-2023057481-3126320
AAQI7432NL
2 losse kogelpatronen aangetroffen in getapet plastic tasje
PL0900-2023057481-3126321
AAQI7433NL
Patroonhouder met munitie afkomstig uit getapet plastic zakje
PL0900-2023057481-3126322
AAQI7435NL
Munitie uit patroonhouder aaqi7433nl
PL0900-2023057481-3126324
AAQI7434NL
Klein handwapen afkomstig uit getapet plastic zakje [10]
Een proces-verbaal van bevindingen van 8 mei 2023, PL0900-2023057481-83, opgemaakt door verbalisant [verbalisant 4] , werkzaam bij de politie Eenheid Midden-Nederland, doorgenummerde pagina 369 e.v. – zakelijk weergegeven:
1
Goednummers: PL0900-2023057481-3126303 ( pistool)
SIN: AAQI7425NL ( pistool)Bovengenoemd voorwerp is een vuurwapen, pistool, merk Ithaca, model 1911 Al, kaliber .45. [11] Dit pistool is een vuurwapen in de zin van artikel 1 onder 3 gelet op artikel 2 lid 1 categorie III onder 1 van de Wet wapens en munitie. Dit semi-automatische vuurwapen beschikt over een single action afvuursysteem.
2
Goednummers: PL0900-2023057481-3126312 ( pistoolmitrailleur)
SIN: AAQI7428NL ( pistoolmitrailleur)Bovenvermeld voorwerp is een vuurwapen, pistoolmitrailleur, gelet op de uiterlijke kenmerken van het merk CZ, model VZ 61 Skorpion, kaliber 7.65mm. Dit vuurwapen bleek geschikt te zijn om zowel semi- als volautomatisch te kunnen vuren. Derhalve is deze pistoolmitrailleur een vuurwapen in de zin van artikel 1 onder 3 gelet op artikel 2 lid 1 categorie II onder 2 van de Wet wapens en munitie.
3
Goednummer: PL0900-2023057481-3126324 ( pistool)
SIN: AAQI7434NL ( pistool) [12] Bovengenoemd voorwerp is van origine een gaspistool, van het merk Blow, model Mini- 9, kaliber 9mm P.A.Knall. In originele staat is, van fabriekswege, in de loop van dit gaspistool een zogenaamde sper aangebracht. Bij dit voorwerp bleek de sper te zijn verwijderd, waardoor dit gaspistool is voorzien van een volledig open loop. Derhalve is dit pistool een vuurwapen in de zin van artikel 1 onder 3 gelet op artikel 2 lid 1 categorie III onder 1 van de Wet wapens en munitie. Dit semi-automatische vuurwapen beschikt over een single action afvuursysteem.
4
Goednummers: PL0900-2023057481-3126305 ( a), PL0900-2023057481-3126317 ( b), PL0900-2023057481-3126322 ( c) en PL0900-2023057481-3126320 ( d)SIN: AAQI7427NL ( a), AAQ17430NL ( b), AAQI7435NL ( c) en AAQI7432NL ( d)
a. 6 scherpe patronen kaliber . 45 ACP, merk PMP, afkomstig uit het patroonmagazijn van het onder 1 omschreven vuurwapen.b. 19 scherpe patronen kaliber . 32 Auto (- 7,65mm), merk CBC, afkomstig uit het patroonmagazijn van het onder 2 omschreven vuurwapen.c. 3 scherpe patronen kaliber 7.65mm Br., merk S&B, afkomstig uit het patroonmagazijn van het onder 3 omschreven vuurwapen.d. 2 scherpe patronen kaliber 7.65mm Br., merk S&B. [13]
Derhalve zijn deze patronen munitie in de zin van artikel 1 aanhef onder 4, gelet op artikel 2 lid 2 categorie III van de Wet wapens en munitie. [14]
Een proces-verbaal van bevindingen van 24 februari 2023, PL0900-2023057481-18, opgemaakt door verbalisant [verbalisant 5] , werkzaam bij de politie Eenheid Midden-Nederland, doorgenummerde pagina 019 e.v. – zakelijk weergegeven:
Op vrijdag 24 februari 2023 te Utrecht [15] pakte ik de goederen uit de kliko, waarna ik de kentekenplaten nader bekeek. Ik zag dat de platen duidelijk gekloond waren en dat de platen niet voorzien waren van een sponsnummer en dat de lamineercodes niet overeen kwamen met de geregistreerde in het RDW systeem.
Ik bekeek vervolgens het voertuig nader en zag dat er diverse telefoons in het voertuig lagen. [16]
Een proces-verbaal van bevindingen van 2 maart 2023, PL0900-2023057481-68, opgemaakt door verbalisant [verbalisant 5] , werkzaam bij de politie Eenheid Midden-Nederland, doorgenummerde pagina 245 – zakelijk weergegeven:
Ik, [verbalisant 5] heb diverse opleidingen gevolgd binnen de politieorganisatie. In deze opleidingen heb ik geleerd hoe je aan hand van een watermerk, keurmerk producent, uiterlijke kenmerken en het uniek lamineercode kan zien of er sprake is of kan zijn, van valse of gedupliceerde ( gekloonde) kentekenplaten. Ik zag dat de aangetroffen kentekenplaten niet voldeden aan wettelijk bepaalde kenmerken, zoals de lamineercode, watermerk en keurmerk producent.
Een proces-verbaal van bevindingen van 1 maart 2023, 2303010755.PVB, opgemaakt door verbalisant [verbalisant 6] , werkzaam bij de politie Eenheid Midden-Nederland, doorgenummerde pagina 259 e.v. – zakelijk weergegeven:
Telefoon - iphone X - uit Auto
AAPU9466NL [17]
Een proces-verbaal van bevindingen van 1 maart 2023, 20230301.0814.10411, opgemaakt door verbalisant [verbalisant 6] , werkzaam bij de politie Eenheid Midden-Nederland, doorgenummerde pagina 218 e.v., zakelijk weergegeven:
Ik deed onderzoek naar de iPhone met SIN-nummer AAPU9466NL. [18] Ik zag dat er drie applicaties startende met de naam Protrack op de iPhone stonden. Collega’s hebben op locatie informatie verzameld, waardoor er vermoedelijk 11 auto’s te koppelen zijn aan de applicatie Protrack. [19]
Een schriftelijk bescheid, het NFI-rapport ‘DNA-onderzoek naar aanleiding van een overtreding van de Wet wapens en munitie in Utrecht op 24 februari 2023’ van 17 mei 2023, doorgenummerd pagina 173 e.v., zakelijk weergegeven:
AAPU9455NL#01
buitenzijde telefoon
[AAPU9466NL]
DNA kan afkomstig zijn van:
minimaal drie personen;
- verdachte [verdachte]
- verdachte [medeverdachte 1]
- minimaal één onbekende persoon
Bewijskracht:
- meer dan 1 miljard
- meer dan 1 miljard
- niet van toepassing
AAPU9455NL01(buitenzijde telefoon [AAPU9466NL]
Voor deze berekening is aangenomen dat de bemonstering DNA bevat van drie niet-verwante personen.
De hiervoor weergegeven bewijsmiddelen worden steeds gebruikt tot het bewijs van het feit of de feiten, waarop zij blijkens hun inhoud uitdrukkelijk betrekking hebben. Sommige onderdelen van de bewijsmiddelen hebben niet betrekking op alle feiten, maar op één of meerdere feiten.
Bewijsoverwegingen
Getuigenverklaring [getuige]
De raadsman heeft betoogd dat de verklaring van getuige [getuige] niet voor het bewijs kan worden gebruikt. De raadsman heeft daartoe onder meer aangevoerd dat de getuige moet worden aangemerkt als een anonieme getuige ingevolge artikel 344a lid 3 van het Wetboek van Strafvordering (Sv). Nu de verdediging niet in de gelegenheid is gesteld om aan deze getuige vragen te stellen en daartoe ter terechtzitting wel een wens heeft geuit, mag de rechtbank deze verklaring niet voor het bewijs gebruiken.
De rechtbank verwerpt het verweer van de raadsman en zal de verklaring van getuige [getuige] voor het bewijs gebruiken. De rechtbank overweegt daartoe als volgt.
De term ‘een persoon wiens identiteit niet blijkt’ zoals bedoeld in artikel 344 lid 3 Sv omvat niet personen wiens persoonsgegevens weliswaar niet (volledig) zijn vermeld in het proces-verbaal waarin hun verklaringen zijn opgenomen, maar van wie vaststaat dat zij wel zodanig kunnen worden geïndividualiseerd dat de verdediging desgewenst hun verhoor als getuige door de rechter-commissaris of ter terechtzitting kan verzoeken. Waar het aldus in de kern om gaat is dat de identiteit van de persoon die heeft verklaard, kan worden achterhaald.
Uit het proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [verbalisant 2] op pagina 13 volgt dat deze verbalisant, nadat getuige [getuige] een melding had gedaan, nader contact heeft opgenomen met de getuige voor nadere informatie over de precieze locatie van de kliko. De rechtbank leidt daaruit af dat de (contact)gegevens van de getuige bij de politie bekend zijn, zodat de identiteit van de getuige kan worden achterhaald. Artikel 344 lid 3 Sv is dus in zoverre niet van toepassing.
Daarnaast overweegt de rechtbank dat de raadsman eerst ter terechtzitting enkel de wens heeft geuit om de getuige te mogen ondervragen, maar daartoe geen daadwerkelijk (uitdrukkelijk gemotiveerd) verzoek, al dan niet in voorwaardelijke vorm, heeft gedaan.
De rechtbank acht de verklaring van de getuige, mede gelet op de steun die de verklaring vindt in de inhoud van de overige bewijsmiddelen, bovendien betrouwbaar. De verklaring is dan ook bruikbaar voor het bewijs.
Feit 1 tot en met 3 (voorhanden hebben van wapens en munitie)
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat [verdachte] samen met medeverdachte [medeverdachte 1] een drietal vuurwapens en een hoeveelheid munitie voorhanden heeft gehad.
Uit de bewijsmiddelen volgt dat [verdachte] en medeverdachte [medeverdachte 1] op 24 februari 2023 samen met een derde persoon in de Renault Captur zaten. [medeverdachte 1] was de bestuurder en [verdachte] zat achterin de auto. [verdachte] is in de buurt van [adres] in [woonplaats] (het adres waar hij op dat moment stond ingeschreven) uit de auto gestapt, heeft een doorzichtige plastic zak met (valse) kentekenplaten uit de voorzijde van auto gepakt en heeft deze in de kliko bij zijn woning gelegd. Uit diezelfde kliko heeft hij vervolgens een rugzak gepakt en naast zich op de achterbank van de auto gelegd. In de rugzak bleken twee vuurwapens en een hoeveelheid munitie te zitten. Uit de bewijsmiddelen volgt dat ook een wapen met munitie in een Albert Heijn-tas onder de bijrijdersstoel lag. Ook deze tas lag in het zicht en binnen handbereik van [verdachte] . Tot slot volgt uit de bewijsmiddelen dat zich in de auto een iPhone bevond met daarop een applicatie om bakens te volgen. Op die telefoon is DNA van zowel [medeverdachte 1] als [verdachte] aangetroffen.
Op vragen waarom [verdachte] achterin de auto van medeverdachte [medeverdachte 1] zat, wat hij daar precies deed en/of en met welke voorwerpen hij is in- en uitgestapt, heeft hij niets verklaard. Verdachte heeft zich telkens op zijn zwijgrecht beroepen. Uit de voornoemde omstandigheden leidt de rechtbank echter af dat [verdachte] zich niet alleen bewust moet zijn geweest van de aanwezigheid van de wapens en munitie in de auto, maar dat hij over de wapens en munitie ook de beschikkingsmacht heeft gehad. Niet alleen lagen alle wapens voor [verdachte] binnen handbereik in de auto, ook volgt uit de bewijsmiddelen dat [verdachte] de rugzak met twee wapens en munitie uit de kliko heeft gehaald en in de auto heeft gelegd.
De rechtbank overweegt verder dat sprake is van medeplegen tussen [verdachte] en [medeverdachte 1] . De combinatie van het aantreffen van DNA van beide verdachten op een telefoon waarmee bakens in de gaten werden gehouden en de omstandigheid dat zowel de valse kentekenplaten als in ieder geval één van de wapens zich al in de auto bevonden voordat [verdachte] was uitgestapt, maakt dat de rechtbank wettig en overtuigend bewezen acht dat zowel verdachte als zijn medeverdachte [medeverdachte 1] zich bewust zijn geweest van de aanwezigheid van alle goederen in de auto als ten laste gelegd en daarover de beschikkingsmacht hebben gehad. Door zijn handelen heeft [verdachte] een wezenlijke bijdrage geleverd aan het voorhanden hebben van de wapens en munitie in zijn auto op 24 februari 2023. De rollen van verdachten zijn naar het oordeel van de rechtbank inwisselbaar.
Feit 4 (afleveren en voorhanden hebben van valse kentekenplaten)
De rechtbank is van oordeel dat ook feit 4 wettig en overtuigend kan worden bewezen. [verdachte] heeft uit de auto van [medeverdachte 1] , naast de bijrijdersstoel en in het zicht van bestuurder [medeverdachte 1] , een doorzichtige plastic zak met vier valse kentekenplaten gepakt. Vervolgens heeft hij die in de kliko bij zijn woning opgeborgen, in welke kliko ook andere relevante goederen zijn aangetroffen. Het betrof meerdere sets valse kentekens die in de directe nabijheid van vuurwapens werden vervoerd. [verdachte] heeft door zijn handelen als heer en meester over de kentekens beschikt en wordt vermoed eigenaar van de kentekens te zijn. De rechtbank stelt in de gegeven omstandigheden vast dat het niet anders kan zijn dan dat [verdachte] wist dat de kentekens vals waren en dat deze kennelijk bestemd waren om te gebruiken als ware deze echt en onvervalst.
De rechtbank overweegt verder dat sprake is van medeplegen tussen [verdachte] en [medeverdachte 1] . [verdachte] heeft een significante intellectuele en materiële bijdrage geleverd aan het voorhanden hebben en het afleveren van de valse kentekenplaten op 24 februari 2023. De rollen van verdachten zijn, mede in het licht van hetgeen hiervoor onder feit 1 tot en met 3 is overwogen, naar het oordeel van de rechtbank inwisselbaar.

5.BEWEZENVERKLARING

De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte:
Feit 1
op 24 februari 2023 te Utrecht, tezamen en in vereniging, een wapen van categorie II, onder 2 van de Wet wapens en munitie, te weten een pistoolmitrailleur van het merk CZ vz 61 Skorpion en kaliber 7.65mm, zijnde een vuurwapen geschikt om semiautomatisch en volautomatisch te vuren, voorhanden heeft gehad;
Feit 2
op 24 februari 2023 te Utrecht, tezamen en in vereniging, twee wapens van categorie III, onder 1, te weten
- een semi-automatisch pistool van het merk Ithaca model 1911 A1, kaliber .45 mm en
- een semi-automatisch omgebouwd (gas)pistool van het merk Blow Mini-9, kaliber 9 mm, zijnde vuurwapens, voorhanden heeft gehad;
Feit 3
op 24 februari 2023 te Utrecht, tezamen en in vereniging, munitie van categorie III van de Wet wapens en munitie, te weten een hoeveelheid geschikt voor twee (hand)vuurwapens en een automatisch machinepistoolvoorhanden heeft gehad;
Feit 4
op 24 februari 2023 te Utrecht, tezamen en in vereniging, opzettelijk valse geschriften die bestemd waren om tot bewijs van enig feit te dienen, te weten kentekenplaten met de tekens [kenteken] en [kenteken] heeft afgeleverd en voorhanden heeft gehad, terwijl hij, verdachte, wist dat die geschriften bestemd waren om gebruik van te maken als waren deze echt en onvervalst.
Voor zover in het bewezen verklaarde deel van de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet in de verdediging geschaad.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. Verdachte wordt hiervan vrijgesproken.

6.STRAFBAARHEID VAN DE FEITEN

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezenverklaarde uitsluit, zodat dit strafbaar is.
Het bewezenverklaarde levert volgens de wet de volgende strafbare feiten op:
Feit 1
medeplegen van handelen in strijd met artikel 26, eerste lid van de Wet wapens en munitie en het feit begaan met betrekking tot een wapen van categorie II, onderdeel 2º of onderdeel 7º;
Feit 2
medeplegen van handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie en het feit begaan met betrekking tot een vuurwapen van categorie III;
Feit 3
medeplegen van handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie;
Feit 4
medeplegen van opzettelijk een geschrift, als bedoeld in artikel 225, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht, afleveren en voorhanden hebben, terwijl hij weet dat dit geschrift bestemd is voor gebruik als ware het echt en onvervalst.

7.STRAFBAARHEID VAN VERDACHTE

Er is geen omstandigheid gebleken of aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit. Verdachte is dan ook strafbaar.

8.OPLEGGING VAN STRAF

8.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd verdachte ter zake van het door de officier van justitie bewezen geachte te veroordelen tot een gevangenisstraf van 33 maanden, met aftrek van het voorarrest, waarvan een gedeelte van 6 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren. Daarbij vordert de officier van justitie om aan verdachte de bijzondere voorwaarden op te leggen zoals deze in het reclasseringsadvies van 27 september 2023 zijn geformuleerd.
8.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft – met verwijzing naar het reclasseringsadvies – verzocht om aan verdachte een grotendeels voorwaardelijke gevangenisstraf op te leggen en hem niet opnieuw naar de gevangenis te sturen. Verdachte heeft namelijk inmiddels zijn opleiding weer opgepakt en is met een stage begonnen.
8.3
Het oordeel van de rechtbank
Bij het bepalen van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de ernst van het bewezenverklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van verdachte, zoals ter terechtzitting is gebleken. De rechtbank heeft bij de keuze tot het opleggen van een vrijheidsbenemende straf en bij de vaststelling van de duur daarvan in het bijzonder het volgende laten meewegen.
De ernst en omstandigheden van het bewezenverklaarde
Verdachte wordt veroordeeld voor het samen met iemand anders voorhanden hebben van een drietal (semi)automatische vuurwapens en een hoeveelheid munitie in een auto, en het met die ander afleveren en voorhanden hebben van meerdere valse kentekenplaten. In de auto waarin verdachte en zijn mededader met de wapens en munitie zijn aangetroffen, zijn bovendien meerdere telefoons aangetroffen, waaronder een telefoon met het DNA van verdachte, waarop peilbakenapplicaties waren geïnstalleerd en waarmee (criminele) bakens in de gaten konden worden gehouden. In de kliko, waar verdachte de valse kentekenplaten in had gelegd en een rugzak met twee van de aangetroffen vuurwapens uit had gehaald, werden bovendien een fles bio-ethanol, bivakmutsen, handschoenen en cobra’s (zwaar knalvuurwerk) aangetroffen. De rechtbank overweegt dat, hoewel op basis van de inhoud van het strafdossier weliswaar geen voorbereidingshandelingen voor een concreet misdrijf kunnen worden bewezen, het aanwezig hebben en verzamelen van al deze voorwerpen, in onderlinge samenhang bezien, alarmerend is te noemen. De rechtbank beoordeelt de bewezen verklaarde feiten wat betreft de ernst daarvan tegen deze achtergrond.
De persoon van verdachte
Bij haar beslissing heeft de rechtbank rekening gehouden met het uittreksel justitiële documentatie (‘strafblad’) betreffende verdachte van 20 juli 2023. Uit het strafblad van verdachte volgt dat hij niet eerder voor soortgelijke feiten is veroordeeld.
Verder heeft de rechtbank gekeken naar het reclasseringsadvies van Leger des Heils Jeugdbescherming & Reclassering van 27 september 2023. Uit dit advies volgt dat de reclassering geen delictpatroon ziet. Verdachte heeft zich gedurende de schorsingsperiode netjes aan alle bijzondere voorwaarden gehouden. Verdachte heeft zijn opleiding Specifieke Doelgroepen hervat en loopt twee tot drie dagen per week stage bij [naam] in [vestigingsplaats] . Als beschermende factoren benoemt de reclassering het hebben van dagbesteding, het volgen van een mbo 4 opleiding, het niet hebben van schulden en goed contact met moeder die criminaliteit afwijst. Als risicofactoren benoemt de reclassering het feit dat verdachte geen structureel inkomen heeft en dat sprake lijkt te zijn van een pro-crimineel netwerk. Om te behouden wat goed gaat, te interveniëren op de risicofactoren en een stok achter de deur te hebben, adviseert de reclassering een deels voorwaardelijke straf met bijzondere voorwaarden. Verdachte heeft aangegeven gemotiveerd te zijn voor reclasseringstoezicht.
De strafoplegging
De rechtbank komt tot een andere bewezenverklaring dan de officier van justitie. Daarom wijkt de rechtbank bij de straftoemeting af van de eis van de officier van justitie. Gezien de ernst van de feiten is de rechtbank evenwel van oordeel dat alleen een aanzienlijke gevangenisstraf een passende straf is.
De oriëntatiepunten voor straftoemeting van het LOVS gaan voor het voorhanden hebben van een automatisch vuurwapen in de openbare ruimte, zoals hier aan de orde, uit van een gevangenisstraf van 15 maanden. In dit geval zijn naast een automatisch vuurwapen ook twee semiautomatische vuurwapens (LOVS: een gevangenisstraf van 8 maanden) en een hoeveelheid munitie aangetroffen. Verder heeft verdachte zich schuldig gemaakt aan het voorhanden hebben en afleveren van meerdere valse kentekenplaten. Als strafverzwarende omstandigheid neemt de rechtbank bovendien mee dat voor alle feiten sprake is van medeplegen.
Alles overwegende is de rechtbank van oordeel dat een gevangenisstraf voor de duur van 20 maanden waarvan 6 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar passend en geboden is. Daarbij legt de rechtbank de bijzondere voorwaarden op zoals in het reclasseringsadvies van 27 september 2023 geformuleerd, met uitzondering van het contactverbod met de medeverdachten.
Tenuitvoerlegging van de op te leggen gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat de verdachte in aanmerking komt voor deelname aan een penitentiair programma, als bedoeld in artikel 4 Penitentiaire beginselenwet, dan wel de regeling van voorwaardelijke invrijheidsstelling, als bedoeld in artikel 6:2:10 Sv, aan de orde is.
Voorlopige hechtenisDe officier van justitie heeft ter terechtzitting gevorderd om de schorsing van de voorlopige hechtenis bij uitspraak op te heffen en verdachte dus weer in voorlopige hechtenis te nemen. De raadsman heeft verzocht om – in het geval aan verdachte een langere gevangenisstraf dan het voorarrest wordt opgelegd – de schorsing van verdachte te laten doorlopen en hem niet opnieuw in voorlopige hechtenis te nemen.
Verdachte wordt veroordeeld voor vier van de ten laste gelegde feiten. De ernstige bezwaren en gronden die ten grondslag liggen aan de voorlopige hechtenis zijn nog steeds aanwezig. De rechtbank ziet echter geen feiten en omstandigheden op grond waarvan zij het noodzakelijk vindt de schorsing van die voorlopige hechtenis op te heffen, nu het vonnis niet meteen onherroepelijk is. Ook in afwachting van een eventueel hoger beroep, is het uitgangspunt dat verdachte zijn proces in vrijheid mag afwachten. De rechtbank zal de schorsing van de voorlopige hechtenis daarom niet opheffen.

9.BESLAG

9.1
De standpunten van de verdediging en de officier van justitie
De raadsman heeft met betrekking tot het beslag geen standpunt ingenomen.
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de inbeslaggenomen kledingstukken aan de rechthebbenden kunnen worden geretourneerd. Daarnaast heeft de officier van justitie verzocht om alle strafbare goederen zoals de vuurwapens, munitie en het illegale vuurwerk aan het verkeer te onttrekken.
9.2
Het oordeel van de rechtbank
Onttrekking aan het verkeer
De rechtbank zal de blijkens de beslaglijst in beslag genomen voorwerpen, te weten:
  • munitie S&B (G3126320);
  • wapen CZ (G3126312);
  • munitie (G3126305);
  • pistool Ithaca (G3126303);
  • munitie patroonmagazijn (G3126304);
  • 4 kentekenplaten [kenteken] en [kenteken] (G3126898);
onttrekken aan het verkeer.
Deze voorwerpen zijn van zodanige aard dat het ongecontroleerde bezit daarvan in strijd is met de wet of met het algemeen belang. Met betrekking tot deze voorwerpen zijn de onder 1 tot en met 4 bewezen verklaarde feiten begaan.
De rechtbank zal de hieronder genoemde, blijkens de beslaglijst in beslag genomen voorwerpen eveneens onttrekken aan het verkeer. Deze voorwerpen zijn van zodanige aard zijn dat het ongecontroleerde bezit daarvan in strijd is met de wet of met het algemeen belang. De voorwerpen zijn bij gelegenheid van het onderzoek naar het door verdachte begane feit, dan wel bij het feit waarvan hij wordt verdacht aangetroffen. Deze voorwerpen kunnen dienen tot het begaan van of de voorbereiding van soortgelijke misdrijven, dan wel tot de belemmering van de opsporing daarvan.
Het gaat om de volgende voorwerpen:
  • zwarte muts merk Orina (G3124906);
  • handschoen (G3124925);
  • speelgoed zwart (G3124937);
  • iPhone zwart Apple, simkaart eruit gehaald (G3124954);
  • handschoen zwart, bruin randje (G3126919);
  • GSM incl. beschermhoes, blauw, Apple (G3126963);
  • GSM Nokia (G3126470);
  • GSM Apple (G3126474);
  • beelddrager, bakenkastje, zwart (G3131284);
  • fles bio ethanol (G3126951);
  • verpakking cobra (G3126937);
  • gereedschap (G3126941);
  • 4 handschoenen, maat S, zwart (G3126932);
  • zwarte bivakmuts (G3126934);
  • blauwe vuilniszak (G3126930);
  • zwarte bivakmuts (G3126931);
  • grijze safe worker handschoen (G3126927);
  • bivakmuts zwart (G3126922);
  • Kaytan zwarte handschoen (G3126923);
  • plastic fles spa blauw (G3126921);
  • zwarte handschoen maat L/XL (G3126916);
  • 2 paarse Nitril handschoenen (G3126917);
  • 6 bonnen (G3126912);
  • rol puinzakken Dumil ongebruikt (G3126900);
  • Armani sporttas (G3126901);
  • 2 flessen Hamidiye Erikli bronwater (G3126895);
  • zwarte stof (G3126891);
  • bruine zak Hornbach (G3126892);
  • een paar zwarte handschoenen Kaytan (G3126486);
  • 3 bivakmutsen in verpakking (G3126485);
  • sprayflacon beeldschermspray (G3126478);
  • rugtas blauw met bruine accenten (G3126475);
  • blauwe plastic tas met witte opdruk AH (G3126479);
  • GSM Apple, zwart, simkaart erop geplakt (G3125070);
  • GSM (G3126472);
  • plastic zakje met grijze tape (G3126406).
Teruggave aan de rechthebbenden
De rechtbank zal teruggave gelasten van de blijkens de beslaglijst in beslag genomen voorwerpen, te weten:
  • GSM paars Samsung (G3126473);
  • zwarte iPhone (G3125082);
  • zwarte pet (G3126926);
  • turtleneck zwart Nike (G3126911);
  • zwarte pet met witte opdruk The North Face in bestuurdersportier (G3126498);
  • zwarte pet met witte opdruk The North Face van achterbank (G3126493);
  • zwarte bodywarmer Canada Goose van achterbank (G3126489);
  • zwarte kledinghanger (G3126483);
  • donkergrijze broek met oranje Nike logo (G3126482);
  • zwart vest met oranje Nike logo (G3126481);
aan degenen die redelijkerwijs als rechthebbenden van deze voorwerpen kunnen worden aangemerkt.

10.TOEPASSELIJKE WETTELIJKE VOORSCHRIFTEN

De beslissing berust op de artikelen
  • 14a, 14b, 14c, 36b, 36c, 36d, 47, 57 en 225 van het Wetboek van Strafrecht en
  • 26 en 55 van de Wet wapens en munitie;
zoals deze artikelen luidden ten tijde van het bewezenverklaarde.

11.BESLISSING

De rechtbank:
Vrijspraak
- verklaart het onder feit 5 tenlastegelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij;
Bewezenverklaring
- verklaart het onder feit 1, feit 2, feit 3 en feit 4 tenlastegelegde bewezen zoals hiervoor in rubriek 5 is vermeld;
- verklaart het meer of anders tenlastegelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij;
Strafbaarheid
- verklaart het bewezenverklaarde strafbaar en kwalificeert dit zoals hiervoor in rubriek 6 is vermeld;
- verklaart verdachte strafbaar;
Oplegging straf
- veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 20 (twintig) maanden;
- bepaalt dat de tijd, door verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
- bepaalt dat van de gevangenisstraf een gedeelte van 6 (zes) maanden niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders gelast op grond van het feit dat verdachte de hierna te melden algemene voorwaarde niet heeft nageleefd;
- stelt daarbij een proeftijd van 2 (twee) jaren vast;
- als voorwaarden gelden dat verdachte:
* zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
* ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verleent aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
* medewerking verleent aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14c, zesde lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering, zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht, daaronder begrepen;
- stelt als bijzondere voorwaarden dat verdachte:
* zich binnen drie dagen na het ingaan van de proeftijd meldt bij Jeugdbescherming & Reclassering Leger des Heils Midden-Nederland op het adres Zeehaenkade 30 (3526 LC) in Utrecht. Verdachte blijft zich melden op afspraken met de reclassering, zo vaak en zolang de reclassering dat nodig vindt;
* zich laat begeleiden door Stichting JOU of een soortgelijke zorgverlener, te bepalen door de reclassering. De begeleiding duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. Verdachte houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de begeleiding;
* zich inspant voor het vinden en behouden van betaald werk of in de vorm van een
opleiding, met een vaste structuur;
* inzicht geeft in zijn sociale netwerk, zolang de reclassering dit noodzakelijk acht;
- waarbij de reclassering opdracht wordt gegeven als bedoeld in artikel 14c, zesde lid, van het Wetboek van Strafrecht toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en verdachte ten behoeve daarvan te begeleiden;
Beslag
- verklaart de volgende voorwerpen onttrokken aan het verkeer:
  • munitie S&B (G3126320);
  • wapen CZ (G3126312);
  • munitie (G3126305);
  • pistool Ithaca (G3126303);
  • munitie patroonmagazijn (G3126304);
  • 4 kentekenplaten [kenteken] en [kenteken] (G3126898);
  • zwarte muts merk Orina (G3124906);
  • handschoen (G3124925);
  • speelgoed zwart (G3124937);
  • iPhone zwart Apple, simkaart eruit gehaald (G3124954);
  • handschoen zwart, bruin randje (G3126919);
  • GSM incl. beschermhoes, blauw, Apple (G3126963);
  • GSM Nokia (G3126470);
  • GSM Apple (G3126474);
  • beelddrager, bakenkastje, zwart (G3131284);
  • fles bio ethanol (G3126951);
  • verpakking cobra (G3126937);
  • gereedschap (G3126941);
  • 4 handschoenen, maat S, zwart (G3126932);
  • zwarte bivakmuts (G3126934);
  • blauwe vuilniszak (G3126930);
  • zwarte bivakmuts (G3126931);
  • grijze safe worker handschoen (G3126927);
  • bivakmuts zwart (G3126922);
  • Kaytan zwarte handschoen (G3126923);
  • plastic fles spa blauw (G3126921);
  • zwarte handschoen maat L/XL (G3126916);
  • 2 paarse Nitril handschoenen (G3126917);
  • 6 bonnen (G3126912);
  • rol puinzakken Dumil ongebruikt (G3126900);
  • Armani sporttas (G3126901);
  • 2 flessen Hamidiye Erikli bronwater (G3126895);
  • zwarte stof (G3126891);
  • bruine zak Hornbach (G3126892);
  • een paar zwarte handschoenen Kaytan (G3126486);
  • 3 bivakmutsen in verpakking (G3126485);
  • sprayflacon beeldschermspray (G3126478);
  • rugtas blauw met bruine accenten (G3126475);
  • blauwe plastic tas met witte opdruk AH (G3126479);
  • GSM Apple, zwart, simkaart erop geplakt (G3125070);
  • GSM (G3126472);
  • plastic zakje met grijze tape (G3126406).
- gelast de teruggave aan de rechthebbenden van de volgende voorwerpen:
  • GSM paars Samsung (G3126473);
  • zwarte iPhone (G3125082);
  • zwarte pet (G3126926);
  • turtleneck zwart Nike (G3126911);
  • zwarte pet met witte opdruk The North Face in bestuurdersportier (G3126498);
  • zwarte pet met witte opdruk The North Face van achterbank (G3126493);
  • zwarte bodywarmer Canada Goose van achterbank (G3126489);
  • zwarte kledinghanger (G3126483);
  • donkergrijze broek met oranje Nike logo (G3126482);
  • zwart vest met oranje Nike logo (G3126481).
Dit vonnis is gewezen door mr. C.A.J. van Yperen, voorzitter, mr. drs. A. Maas en mr. A.M.M. Lemmen, rechters, in tegenwoordigheid van mr. A.G. Emsbroek, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 6 november 2023.
De griffier is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage: de tenlastelegging (na wijziging ex art. 313 Wetboek van Strafvordering)
Aan verdachte wordt ten laste gelegd dat:
1
hij op of omstreeks 24 februari 2023 te Utrecht, tezamen en in vereniging, althans alleen, een wapen van categorie II, onder 2 van de Wet wapens en munitie, te weten een pistoolmitrailleur van het merk CZ vz 61 Skorpion en kaliber 7.65mm, zijnde een vuurwapen geschikt om semiautomatisch en/of volautomatisch te vuren, voorhanden heeft gehad;
( art 26 lid 1 Wet wapens en munitie )
2
hij op of omstreeks 24 februari 2023 te Utrecht, tezamen en in vereniging, althans alleen, twee wapens van categorie III, onder 1, te weten
- een semi-automatisch pistool van het merk Ithaca model 1911 A1, kaliber .45 mm en/of
- een semi-automatisch omgebouwd (gas)pistool van het merk Blow Mini-9, kaliber 9 mm, zijnde (een) vuurwapen(s), voorhanden heeft gehad;
( art 26 lid 1 Wet wapens en munitie )
3
hij op of omstreeks 24 februari 2023 te Utrecht, tezamen en in vereniging, althans alleen, munitie van categorie II onder 1 van de Wet wapens en munitie en/of munitie van categorie III van de Wet wapens en munitie, te weten een minimale hoeveelheid geschikt voor twee (hand)vuurwapens en een automatisch machinepistool, in elk geval een grote hoeveelheid, in elk geval enige munitie voorhanden heeft gehad;
( art 26 lid 1 Wet wapens en munitie )
4
hij op of omstreeks 24 februari 2023 te Utrecht, tezamen en in vereniging, althans alleen, opzettelijk valse en/of vervalste geschriften die bestemd waren om tot bewijs van enig feit te dienen, te weten (een) kentekenpla(a)t(en) met de tekens - [kenteken] en/of - [kenteken] heeft afgeleverd en/of voorhanden heeft gehad, terwijl hij, verdachte, wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat die geschriften bestemd waren om gebruik van te maken als waren deze echt en onvervalst;
( art 225 lid 2 Wetboek van Strafrecht )
5
hij op een of meerdere tijdstippen op of omstreeks 24 februari 2023 te Utrecht, in elk geval in het arrondissement Midden-Nederland, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging, althans alleen, (telkens) ter voorbereiding van misdrijven waarop naar de wettelijke omschrijving een gevangenisstraf van acht jaren of meer is gesteld, te weten diefstal(len) met geweld en/of afpersing(en) (artikel 312, eerste lid van het Wetboek van Strafrecht en/of de in artikel 312, tweede lid, onder 2° van het Wetboek van Strafrecht en/of artikel 317, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht) en/of brandstichting (artikel 157 Wetboek van Strafrecht) opzettelijk een of meer voorwerpen en/of stoffen en/of informatiedragers en/of ruimten en/of vervoermiddelen, te weten
- een of meer sets kentekenplaten met de tekens [kenteken] en/of [kenteken] en/of
- ( een tas inhoudende) handschoenen en/of bivakmutsen en/of
- twee cobra's, althans twee stuks illegaal vuurwerk en/of
- ( een) petfles(sen) met bio-ehtanol, althans een brandbare vloeistof en/of
- zeven, althans een hoeveelheid, mobiele telefoons en/of
- twee handvuurwapens en/of
- een automatisch vuurwapen en/of
- ( een) patroonhouder(s) en/of munitie en/of
- een huurauto van het merk Renault met het kenteken [kenteken] ,
(in samenhang) bestemd tot het begaan van die misdrijven/dat misdrijf, heeft verworven, vervaardigd, ingevoerd, doorgevoerd, uitgevoerd en/of voorhanden heeft gehad;
( art 46 lid 1 Wetboek van Strafrecht )

Voetnoten

1.Wanneer hierna wordt verwezen naar paginanummers betreft dit pagina’s van op ambtseed of ambtsbelofte opgemaakte processen-verbaal. Deze processen-verbaal zijn als bijlagen opgenomen bij de in de wettelijke vorm opgemaakte processen-verbaal van 16 februari 2023, 7 maart 2023, 25 april 2023, 11 juli 2023 (forensisch dossier), 25 augustus 2023 en 12 september 2023, genummerd PL0900-2023057481, opgemaakt door politie Eenheid Midden-Nederland, doorgenummerd pagina 1 tot en met 449 en pagina 1 tot en met 226 (forensisch dossier). Tenzij anders vermeld, zijn dit processen-verbaal in de wettelijke vorm opgemaakt door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren.
2.Pagina 011.
3.Pagina 012.
4.Pagina 013.
5.Pagina 014.
6.Pagina 015.
7.Pagina 016.
8.Pagina 020, forensisch dossier.
9.Pagina 021, forensisch dossier.
10.Pagina 022, forensisch dossier.
11.Pagina 369.
12.Pagina 370.
13.Pagina 371.
14.Pagina 372.
15.Pagina 019.
16.Pagina 020.
17.Pagina 259.
18.Pagina 218.
19.Pagina 219 tot en met pagina 221.