ECLI:NL:RBMNE:2023:5648

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
27 oktober 2023
Publicatiedatum
27 oktober 2023
Zaaknummer
UTR 23/2190
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Socialezekerheidsrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verantwoordelijkheid van eigenrisicodrager bij ziekmelding en uitbetaling van ziekengeld

In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 27 oktober 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, een B.V., en de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv). De zaak betreft de vraag of eiseres, als eigenrisicodrager voor de Ziektewet, verplicht was om ziekengeld te betalen aan een werknemer die zich met terugwerkende kracht ziek had gemeld. De werknemer had op 30 april 2021 ontslag genomen en zich pas medio 2022 ziek gemeld, wat leidde tot een geschil over het recht op ziekengeld. De rechtbank oordeelde dat het de verantwoordelijkheid van eiseres was om zorgvuldig onderzoek te doen naar de ziekmelding, met hulp van de bedrijfsarts. De rechtbank verklaarde het beroep van eiseres ongegrond, omdat het Uwv terecht had vastgesteld dat de werknemer recht had op ziekengeld vanaf de datum van ziekmelding, ondanks het ontslag. De rechtbank benadrukte dat eiseres als eigenrisicodrager de verantwoordelijkheid niet op het Uwv kon afschuiven en dat zij zelf het onderzoek naar de ziekmelding had moeten uitvoeren. De uitspraak werd gedaan in het openbaar en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
Zittingsplaats Utrecht
Bestuursrecht
zaaknummer: UTR 23/2190
proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de enkelvoudige kamer van 27 oktober 2023 in de zaak tussen

[eiseres] B.V., gevestigd in [vestigingsplaats] , eiseres

(gemachtigde: drs. H.E. Wonnink)
en
de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen(het Uwv), verweerder
(gemachtigde: M.A. Kuilderd).
Verder is partij bij de zaak:
[werknemer]uit [woonplaats] (de werknemer).

Zitting

De rechtbank heeft het beroep van eiseres tegen het bestreden besluit van het Uwv van 21 februari 2023 op 27 oktober 2023 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: de gemachtigde van eiseres en [A] , de gemachtigde van het Uwv en de werknemer.
Na afloop van de behandeling van de zaak op de zitting heeft de rechtbank onmiddellijk uitspraak gedaan, waarbij de mogelijkheid om daartegen hoger beroep in te stellen is vermeld. De motivering van die uitspraak vermeldt de rechtbank hierna onder de beslissing.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.

Beoordeling door de rechtbank

1. De zaak gaat over het recht op ziekengeld van de werknemer op grond van de Ziektewet en over de vraag of eiseres dat als eigenrisicodragende oud-werkgever moest betalen.
Wat is er gebeurd en wat wil eiseres?
2. De werknemer heeft op 30 april 2021 ontslag genomen bij eiseres. Pas veel later, medio 2022, heeft zij zich via het Uwv alsnog met terugwerkende kracht ziek gemeld per
1 mei 2022. Eiseres is eigenrisicodrager voor de Ziektewet. Zij heeft een formulier van het Uwv ingevuld, waarin zij eerst had aangekruist “
arbeidsongeschiktheid is niet (meer) vast te stellen” en “
schorsing Ziektewet-uitkering”. Toen het Uwv naar aanleiding hiervan om opheldering vroeg, heeft zij een nieuw formulier ingevuld, waarin zij heeft aangekruist “
Anders, namelijk:…” een heeft ingevuld “
100%-maatregel in verband met benadeling”.
3. Met het primaire besluit van 3 oktober 2022 heeft het Uwv vervolgens bepaald dat het ziekengeld niet aan de werknemer wordt uitbetaald. Aan dat besluit lag ten grondslag dat de werknemer terwijl zij ziek was ontslag heeft genomen en daarmee haar recht op loon heeft prijsgegeven, wat een benadelingshandeling is. Met de beslissing op bezwaar van 21 februari 2023 heeft het Uwv het bezwaar van de werknemer gegrond verklaard en het primaire besluit herroepen. De werknemer heeft daardoor vanaf de ziekmelding met terugwerkende kracht vanaf 1 mei 2021 recht op ziekengeld gehad. Aan de beslissing op bezwaar lag ten grondslag dat de ziekmelding één dag na het ontslag ligt en dat zij dus niet tijdens ziekte ontslag heeft genomen. Inmiddels heeft de werknemer een arbeidsongeschiktheidsuitkering.
4. Eiseres heeft beroep ingesteld tegen de beslissing op bezwaar. Zij wijst erop dat nergens uit blijkt dat het Uwv onderzoek heeft gedaan naar de vraag waarom de werknemer zich pas 15 maanden later met terugwerkende kracht ziek heeft gemeld. Eiseres begrijpt niet op welke medische grondslag het Uwv alsnog heeft kunnen aannemen dat de werknemer inderdaad ziek was op 1 mei 2021.
Wat zijn de regels?
5. Als een werknemer binnen vier weken na het eindigen van het dienstverband ziek wordt en niet kan werken, heeft hij of zij recht op ziekengeld. Dat volgt uit artikel 29, tweede lid, aanhef en onder b, van de Ziektewet, in samenhang met artikel 46.
6. Een eigenrisicodrager draagt het risico van die uitkering en is verantwoordelijk voor de voorbereiding van de werkzaamheden voor een besluit daarover. Dat volgt uit artikel 63a, eerste lid, van de Ziektewet.
7. Als er redelijkerwijs mag worden aangenomen dat er geen behoefte is aan een beschikking, dan wordt het ziekengeld betaald zonder dat dit bij beschikking is vastgesteld. Dat volgt uit artikel 52c van de Ziektewet.
8. De eigenrisicodrager moet een voorstel voor een beslissing aan het Uwv voorleggen op een daarvoor bestemd formulier en moet dat zorgvuldig voorbereiden. Dat volgt uit artikel 63a, negende lid, van de Ziektewet in samenhang met artikel 2 van de Regeling werkzaamheden, administratieve voorschriften en kosten eigenrisicodragen ZW.
Wat vindt de rechtbank ervan?
9. De rechtbank begrijpt best dat eiseres vragen heeft over het moment waarop de werknemer zich heeft ziek gemeld. Maar het is juist de verantwoordelijkheid van eiseres als eigenrisicodrager om daar zelf zorgvuldig onderzoek naar te doen, met hulp van haar bedrijfsarts. Op basis van dat onderzoek kan een beschikking worden gevraagd aan het Uwv. Het enige waarover eiseres een beschikking heeft gevraagd, is over een eventuele benadelingshandeling en daarmee over de
uitbetalingvan het ziekengeld. Die stap komt pas na de vaststelling van het
rechtop ziekengeld, waarover eiseres geen besluit heeft gevraagd aan het Uwv. Als eiseres dat wel had gedaan, had zij ook de ingangsdatum van dat recht aan de orde kunnen stellen. Door het Uwv wordt het recht op ziekengeld en de ingangsdatum daarvan nu als gegeven beschouwd. Eiseres is een groot bedrijf en kiest er zelf voor om eigenrisicodrager te zijn. Zij kan de verantwoordelijkheid die daarbij hoort nu niet op het Uwv afschuiven.
10. In de beslissing op bezwaar heeft het Uwv overwogen dat de werknemer geen benadelingshandeling heeft verricht. Eiseres heeft daartegen geen beroepsgronden aangevoerd. Al het overige valt buiten de omvang van het geding in deze zaak.
11. Het beroep is ongegrond. Het Uwv hoeft geen griffierecht of proceskosten te vergoeden.
Deze uitspraak is uitgesproken in het openbaar op 27 oktober 2023 door mr. K. de Meulder, rechter, in aanwezigheid van mr. D. Burggraaf, griffier.
griffier
rechter
Een afschrift van dit proces-verbaal is verzonden aan partijen op:

Informatie over hoger beroep

Een partij die het niet eens is met deze uitspraak, kan een hogerberoepschrift sturen naar de Centrale Raad van Beroep waarin wordt uitgelegd waarom deze partij het niet eens is met deze uitspraak. Het hogerberoepschrift moet worden ingediend binnen zes weken na de dag waarop dit proces-verbaal is verzonden. Kan de indiener de behandeling van het hoger beroep niet afwachten, omdat de zaak spoed heeft, dan kan de indiener de voorzieningenrechter van de Centrale Raad van Beroep vragen om een voorlopige voorziening (een tijdelijke maatregel) te treffen.