ECLI:NL:RBMNE:2023:5257
Rechtbank Midden-Nederland
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Wrakingsverzoek tegen de rechter en de rechtbank Midden-Nederland niet-ontvankelijk verklaard
Op 3 oktober 2023 heeft de wrakingskamer van de Rechtbank Midden-Nederland een beslissing genomen op het wrakingsverzoek van verzoeker in de zaak met parketnummer 16-088657-23. Verzoeker had eerder, op 14 september 2023, een verzoek tot wraking ingediend tegen de behandelend rechter, mr. J.O. Zuurmond, en daarnaast tegen de gehele rechtbank, de rechtspraak en alle (politie)rechters in Nederland, inclusief de overzeese gebieden en Sint Maarten. De wrakingskamer oordeelde dat verzoeker geen feiten of omstandigheden had aangevoerd die de conclusie van vooringenomenheid van de rechter konden rechtvaardigen. Hierdoor werd het wrakingsverzoek niet-ontvankelijk verklaard.
De wrakingskamer benadrukte dat volgens artikel 512 van het Wetboek van Strafvordering een wrakingsverzoek alleen kan worden ingediend tegen een individuele rechter die de hoofdzaak behandelt. Verzoeker had in een eerder verzoek, ingediend op 20 juni 2023, ook al een wrakingsverzoek gedaan tegen mr. M.J. Grapperhaus, die destijds de behandelend rechter was. Dit verzoek was eveneens niet-ontvankelijk verklaard. De wrakingskamer besloot dat verzoeker niet opnieuw een wrakingsverzoek kon indienen in de lopende procedure, om misbruik van het wrakingsmiddel te voorkomen.
De beslissing werd openbaar uitgesproken en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze uitspraak. De griffier van de wrakingskamer is opgedragen om deze beslissing te communiceren aan de betrokken partijen, waaronder verzoeker en de rechter waartegen het wrakingsverzoek was gericht.