Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 5 oktober 2023 in de zaak tussen
[eiseres], uit [woonplaats], eiseres
Inleiding
Beoordeling door de rechtbank
Rechtbank Midden-Nederland
In deze zaak heeft de rechtbank Midden-Nederland op 5 oktober 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, die voorheen als manager werkte, en het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) over haar recht op een WIA-uitkering. Eiseres was na een reorganisatie arbeidsongeschikt geraakt en ontving een loongerelateerde WGA-uitkering. Het Uwv had haar arbeidsongeschiktheid vastgesteld op 74,29%, maar na bezwaar werd zij volledig, maar niet duurzaam arbeidsongeschikt geacht. Eiseres ging hiertegen in beroep.
De rechtbank heeft het beroep op 31 augustus 2023 behandeld. Eiseres stelde dat haar arbeidsongeschiktheid duurzaam was, terwijl het Uwv dit betwistte. De rechtbank oordeelde dat de verzekeringsarts voldoende had onderbouwd dat er op 17 september 2021 kans op verbetering bestond, ondanks dat het revalidatietraject niet gericht was op het wegnemen van klachten. De rechtbank volgde de verzekeringsarts in zijn oordeel dat de behandeling een positief effect kon hebben op de functionele mogelijkheden van eiseres.
De rechtbank concludeerde dat het Uwv terecht had vastgesteld dat eiseres per 17 september 2021 niet in aanmerking kwam voor een IVA-uitkering, maar voor een WGA-uitkering met een arbeidsongeschiktheidspercentage van 80-100. Eiseres kreeg geen gelijk, er volgde geen nabetaling van de uitkering, en er was geen recht op vergoeding van kosten. De uitspraak werd openbaar uitgesproken en partijen werden geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep.