In deze zaak heeft de rechtbank Midden-Nederland op 19 september 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen een bewindvoerder en de Belastingdienst/Toeslagen. De bewindvoerder, die optreedt voor een onder bewindgestelde, heeft beroep ingesteld omdat de Belastingdienst niet tijdig heeft beslist op een aanvraag voor herbeoordeling van de kinderopvangtoeslag, ingediend op 16 februari 2022. De rechtbank heeft vastgesteld dat de beslistermijn is overschreden, aangezien de bewindvoerder de Belastingdienst op 11 april 2023 in gebreke heeft gesteld en het beroep pas op 31 mei 2023 is ingediend. De rechtbank verklaart het beroep gegrond en draagt de Belastingdienst op om alsnog binnen een bepaalde termijn een besluit te nemen. Tevens is er een dwangsom van € 100,- per dag opgelegd voor elke dag dat de beslistermijn wordt overschreden, met een maximum van € 15.000,-. De rechtbank heeft ook bepaald dat de Belastingdienst het door de eiser betaalde griffierecht moet vergoeden en dat de proceskosten van de eiser worden vergoed. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over hun recht om in beroep te gaan bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.