Uitspraak
RECHTBANK Midden-Nederland
1.De procedure
- de vrijwillige verschijning van FNV
- de mondelinge behandeling van 7 september 2023, waarvan aantekeningen zijn gemaakt
- de pleitnota van FNV met producties 1 t/m 3.
Rechtbank Midden-Nederland
In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 7 september 2023 uitspraak gedaan in een kort geding tussen [eiseres] B.V. en de Federatie Nederlandse Vakbeweging (FNV). De kern van het geschil betreft de rechtmatigheid van een staking die door FNV was uitgeroepen bij [eiseres], een ambachtelijke bakkerij met zeventien winkels in Noord-Holland. FNV had aangekondigd dat haar leden bij [eiseres] zouden staken van 7 september 2023 tot 9 september 2023, als onderdeel van collectieve acties in het kader van cao-onderhandelingen. [eiseres] vorderde in kort geding dat de staking zou worden verboden, stellende dat deze onrechtmatig was omdat het bedrijf slechts een klein percentage van de leden van de werkgeversvereniging NBOV vertegenwoordigt en de staking geen druk zou uitoefenen op de onderhandelingen.
De voorzieningenrechter oordeelde dat de staking rechtmatig was, omdat deze bijdroeg aan de doeltreffende uitoefening van het recht op collectief onderhandelen, zoals vastgelegd in het Europees Sociaal Handvest. De rechter benadrukte dat het aan de werkgever is om aan te tonen dat er gronden zijn voor beperking van dit recht, wat in dit geval niet was aangetoond. Daarnaast werd de vordering van [eiseres] tot rectificatie van een persbericht van FNV afgewezen. De rechter oordeelde dat, hoewel het persbericht onjuiste informatie bevatte, dit niet voldoende was om te concluderen dat de publicatie onrechtmatig was. De rechter concludeerde dat de vrijheid van meningsuiting en de context van de publicatie in dit geval zwaarder wogen dan de bezwaren van [eiseres].
De uitspraak resulteerde in een afwijzing van de vorderingen van [eiseres] en een veroordeling in de proceskosten aan de zijde van FNV.