ECLI:NL:RBMNE:2023:4513
Rechtbank Midden-Nederland
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening inzake verlenging ondersteuning voor toiletgang van een minderjarige
Op 1 september 2023 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Midden-Nederland, zittingsplaats Utrecht, uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om voorlopige voorziening. Verzoekster, de moeder van een zesjarige jongen, had op 3 januari 2023 een verzoek ingediend bij het college van burgemeester en wethouders van de gemeente om verlenging van de hulp bij de toiletgang van haar zoon. Dit verzoek werd op 27 juli 2023 afgewezen, waarop verzoekster bezwaar maakte en een voorlopige voorziening vroeg.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek op 23 augustus 2023 behandeld. In zijn beoordeling oordeelde hij dat er sprake was van onverwijlde spoed, aangezien het schooljaar voor de jongen op 21 augustus 2023 was begonnen en hij op dat moment geen hulp kreeg. De voorzieningenrechter concludeerde dat het rapport van de verzekeringsarts, dat ten grondslag lag aan de afwijzing van het verzoek, onvoldoende inzichtelijk was en niet alle relevante medische informatie had betrokken. Hierdoor was het besluit van 27 juli 2023 niet voldoende gemotiveerd.
De voorzieningenrechter heeft het besluit van 27 juli 2023 geschorst en bepaald dat de eerder verstrekte hulp in dezelfde omvang wordt hervat, wat betekent dat de jongen recht heeft op een half uur ondersteuning per week voor zijn toiletgang op school. Daarnaast is het college van burgemeester en wethouders veroordeeld tot vergoeding van het griffierecht van € 50,- en de proceskosten van verzoekster, vastgesteld op € 1.674,-. Deze uitspraak is openbaar uitgesproken op 1 september 2023.