ECLI:NL:RBMNE:2023:4487
Rechtbank Midden-Nederland
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Ontbinding van de arbeidsovereenkomst wegens langdurige arbeidsongeschiktheid
In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 6 september 2023 uitspraak gedaan over het verzoek van een besloten vennootschap (B.V.) tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst met een werknemer wegens langdurige arbeidsongeschiktheid. De werknemer, die sinds 9 maart 2020 ziek was, had een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd en werkte 40 uur per week. De werkgever had eerder een ontslagvergunning aangevraagd bij het UWV, maar deze was afgewezen omdat niet voldoende aannemelijk was gemaakt dat de werknemer niet binnen 26 weken zou herstellen.
De werkgever heeft vervolgens een verzoekschrift ingediend bij de kantonrechter, waarin zij de arbeidsovereenkomst wilde ontbinden op basis van artikel 7:669 lid 3 onder b van het Burgerlijk Wetboek, dat betrekking heeft op langdurige arbeidsongeschiktheid. Tijdens de mondelinge behandeling heeft de werknemer zijn medische situatie toegelicht, maar geen bezwaar gemaakt tegen de beëindiging van de arbeidsovereenkomst.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat aan de voorwaarden voor ontbinding is voldaan. De bedrijfsarts had in een actueel oordeel aangegeven dat het onwaarschijnlijk was dat de werknemer binnen 26 weken zou herstellen. De kantonrechter heeft daarom het verzoek tot ontbinding toegewezen en bepaald dat de arbeidsovereenkomst per 1 november 2023 eindigt. De proceskosten worden gecompenseerd, wat betekent dat elke partij de eigen kosten draagt.