4.3Het oordeel van de rechtbank
Vrijspraak feit 2
Op grond van het procesdossier, alsmede het verhandelde ter terechtzitting, stelt de rechtbank vast dat één van de (mede)verdachten tijdens het incident een (op een) vuurwapen (gelijkend voorwerp) heeft getoond, en daarmee heeft gedreigd. Echter, de rechtbank kan niet vaststellen wie van de verdachten dit heeft gedaan. De rechtbank acht daarom niet wettig en overtuigend bewezen dat het verdachte is geweest die het onder 2 tenlastegelegde heeft gepleegd, en zal verdachte hiervan dus vrijspreken.
Bewijsmiddelen feit 1
Verbalisanten [verbalisant 1] en [verbalisant 2]hebben in een proces-verbaal van bevindingen onder meer het volgende gerelateerd:
Op 2 april 2022 kregen wij van het Operationeel Centrum de opdracht te gaan naar de [straat] te Almere. Wij zagen toen een man, die later bleek te zijn; [slachtoffer] , naast de Audi liggen. Wij zagen dat een vrouw een stuk stof op de buik van [slachtoffer] drukte. Ik, [verbalisant 1] , vroeg met luide stem wat er gebeurd was. Ik hoorde de eerder genoemde vrouw zeggen “hij is gestoken”.
[slachtoffer]is op 3 april 2022 in het ziekenhuis als aangever gehoord. Hij heeft onder meer het volgende verklaard, zakelijk weergegeven:
A: De jongen die instapte zei dat ik alles moest geven wat ik had. Ik zei dat ik niks had. De jongen stak mij in mijn borst. Ik wilde uitstappen, daar bij mijn deur stond een andere jongen die zei: “Waar ga je heen?”
V: Je verklaarde net dat tegen je werd gezegd geef me alles, wanneer werd dat geroepen?
A: Hij zei dat direct.
V: Wat gebeurde er toen?
A: Hij pakte een mes en stak mij.
V: Hoe kan je dat mes omschrijven?
A: Een machete.
V: Je ziet dat mes, en toen?
A: Toen werd ik meteen gestoken. ik keek op mijn hand en zag bloed. Ik deed meteen mijn deur open om weg te komen. ik zag dat daar iemand stond.
V: Heb je nog andere wapens gezien?
A: Ik denk dat er nog een pistool tegen mijn hoofd is gehouden. Niet zo zeer tegen mijn hoofd maar tegen het raam van de auto waar ik zat.
[slachtoffer]is ook als getuige bij de rechter-commissaris gehoord. Hij heeft onder meer het volgende verklaard, zakelijk weergegeven:
Kunt u een keer beschrijven van wat u nu nog weet van het moment dat de jongen naast u gaat zitten tot het moment dat u werd gestoken? Wat hebt u toen precies gezien?Hij kwam naast mij zitten. Volgens mij trok hij toen de ketting van mijn nek en zei:'Geef alles wat je hebt', en toen werd ik gestoken.
Verbalisant [verbalisant 3]heeft in een proces-verbaal forensisch onderzoek plaats delict onder meer het volgende gerelateerd, zakelijk weergegeven:
Op 2 april 2022 kwam ik, naar aanleiding van een poging tot doodslag/moord, voor forensisch onderzoek aan op de locatie [adres] , [woonplaats] .
Collega [verbalisant 4] verklaarde mij, waarbij hij wees op een zwartkleurige Audi, dat het slachtoffer in dat voertuig zou hebben gezeten en door een hem onbekende persoon zou zijn neergestoken in de borststreek.
Ik zag achter het voertuig, op de straat, een goudkleurig kettinkje liggen. Ik zag dat het haakje van de sluiting in het behorend oogje was. Ik zag dat het kettinkje halverwege gebroken was.
[getuige 1]is als getuige gehoord. Zij heeft onder meer het volgende verklaard, zakelijk weergegeven:
Ik zag dat de 4 jongens gezamenlijk richting ons liepen. Ik dacht op dat moment dit ziet er niet goed uit, ze liepen zo intimiderend. Ik hoorde dat [getuige 2] tegen [slachtoffer] zei: "Rij naar links en dan rij je zo het rondje om en dan stil staan." Ik dacht dat [getuige 2] dit tegen [slachtoffer] zei, mocht er iets gebeuren dat ze makkelijk weg konden rijden. Ik zag dat [slachtoffer] vervolgens naar links reed, het rondje reed op het pleintje bij de [straat] ter hoogte van De Glasbak. Na enkele meters en seconden bracht [slachtoffer] het voertuig weer tot stilstand. We stonden vervolgens stil en toen zag ik dat de 4 jongens richting ons liepen. Wij bevonden ons alle drie nog steeds op dezelfde plek in de auto.
Toen ging het allemaal erg snel. Ik zag dat één van deze jongens de passagiersdeur aan de bestuurderskant wilde openen. Ik weet niet meer welke jongen dit was. Ik weet niet of hij handschoenen droeg. Ik zag dat het hem lukte om het portier te openen. Ik zag dat de jongen wilde instappen, maar dit kon niet omdat [getuige 2] daar gedeeltelijk zat. Ik hoorde dat [getuige 2] en [slachtoffer] tegen diezelfde jongen zeiden:" Ga naar de bijrijdersstoel ". Ik zag dat die jongen vervolgens naar het portier van de bijrijdersstoel liep.
Ik zag dat de andere drie jongens meeliepen met hem in die richting. Na enkele seconden kwamen zij daar aan. Ik zag dat een jongen het bijrijdersportier opende en plaats nam op de bijrijdersstoel in het voertuig. Ik zag dat [slachtoffer] nog steeds op de bestuurderstoel zat. Vervolgens hoorde ik [getuige 2] en [slachtoffer] zeggen:" Doe de deur dicht". Ik zag dat deze deur niet werd gesloten. Eindstand, volgens mij zei [getuige 2] :" Rij weg rij weg". Op dat zelfde moment gebeurde alles al. Ik zag dat iemand ineens een mes in zijn hand had. Dit was diezelfde persoon als welke plaats had genomen op de bijrijdersstoel en in de auto zat. Ik zag dat hij het mes in zijn rechterhand vast hield. Ik hoorde dat zij riepen: “Geef het, geef het, geef het”. Ik hoorde dat [slachtoffer] zei: “Ik heb niks, ik heb niks”. Vervolgens zag ik dat die jongen een steekbeweging maakte met het mes richting [slachtoffer] . Ik zag dat [slachtoffer] werd geraakt in zijn buik, net boven zijn navel. Ik zag vervolgens iemand, één van de vier jongens, met een zwart handvuurwapen in zijn hand. Ik zag dat hij deze richting het voertuig hield en richtte. Ze probeerden gezamenlijk uit allerlei hoeken in de auto, behalve de kofferbak, spullen te pakken.
[getuige 1]is ook als getuige bij de rechter-commissaris gehoord. Zij heeft onder meer het volgende verklaard, zakelijk weergegeven:
Hoe wist u dat [slachtoffer] geraakt was?Hij schreeuwde van de pijn. Toen probeerden die jongens allemaal spullen te pakken.
Kunt u omschrijven wat u zag toen zij de spullen pakten?Ze graaiden naar dingen.
[getuige 2]is als getuige gehoord. Hij heeft onder meer het volgende verklaard, zakelijk weergegeven:
De persoon die in de auto was gestapt had een mes gepakt en mijn vriend gestoken. Ik ben uit de auto gerend. Ik werd onderuit geschopt door een aantal personen.
[getuige 2]is ook als getuige bij de rechter-commissaris gehoord. Hij heeft onder meer het volgende verklaard, zakelijk weergegeven:
Het enige wat er is gezegd, is dat ze alles wilden hebben. Er is op een gegeven moment één persoon ingestapt op de lege plek naast de chauffeur.
Wat zag en hoorde u toen?Het enige wat ik weet dat ik heb gehoord, is dat hij alles wilde hebben wat hij had.
Verbalisant [verbalisant 3]heeft in een proces-verbaal forensisch onderzoek plaats delict onder meer het volgende gerelateerd, zakelijk weergegeven:
Op 2 april 2022 kwam ik, naar aanleiding van een poging tot doodslag/moord, voor forensisch onderzoek aan op de locatie [adres] , [woonplaats] .
Collega [verbalisant 4] verklaarde mij, waarbij hij wees op een zwartkleurige Audi, dat het slachtoffer in dat voertuig zou hebben gezeten en door een hem onbekende persoon zou zijn neergestoken in de borststreek.
Ik zag achter het voertuig, op de straat, een goudkleurig kettinkje liggen. Ik zag dat het haakje van de sluiting in het behorend oogje was. Ik zag dat het kettinkje halverwege gebroken was.
Drs. J.A. Kortmann, forensisch arts KNMG, heeft een letselrapportage opgesteld betreffende aangever. In dit rapport is onder meer het volgende opgeschreven:
Onderzoek
vermoeden inwendig letsel Ja
toelichting Maag, slagader van de maag, lever en slagader tussen ribben waren geraakt en medisch handelen was nodig.
Ernst & Prognose
verstreken tijd sinds gemelde 9 dagen
incident
schatting duur verdere genezing 3 weken
zichtbare letsels
schatting duur verdere genezing 2 weken
overige letsels
verwachting blijvende schade Nee
toelichting Verder herstel zal moeten worden afgewacht voordat er met zekerheid kan worden vastgesteld hoe uiteindelijk herstel zal zijn, maar het ligt in de lijn der verwachting dat er geen blijvend letsel (behoudens het litteken op de buik) zal zijn.
Letsel(s)
lichaamsdeel buik
beschrijving Links op de buik, net onder de ribben, is een scherp begrensde lijnvormige roodbruine huidverkleuring zichtbaar met 8 nietjes. Het is een genezende huiddoorklieving.
soort Snijwond
Verdachteis door de politie gehoord. Hij heeft onder meer het volgende verklaard, zakelijk weergegeven:
V: Wat kan je ons vertellen over 2 april 2022, de dag van het steekincident?
A: Ik was met een vriend meegegaan die wat ging kopen, maar het is toen uit de hand gelopen.
V: Wat is er uit de hand gelopen?
A: Er is blijkbaar gestoken.
Bewijsoverweging
Er is aan verdachte diefstal met geweld tenlastegelegd (in vereniging gepleegd), dat zwaar lichamelijk letsel ten gevolge zou hebben gehad. De rechtbank overweegt vooraf dat niet duidelijk is geworden wat nou werkelijk de aanleiding is geweest van het incident. Op basis van het dossier zou je kunnen denken dat er sprake is geweest van een zogenoemde ripdeal, maar daarover zwijgen aangever, getuigen, en de verdachten, en er zijn verder geen bewijzen gevonden. Wel stelt de rechtbank op grond van de bovengenoemde bewijsmiddelen in ieder geval het volgende vast. Verdachte is samen met de drie medeverdachten op een intimiderende manier naar de auto van aangever gelopen (waarbij zij een capuchon over hun hoofd droegen), en zij zijn om de auto heen gaan staan, waarin aangever, getuige [getuige 2] en getuige [getuige 1] zitten. Zij lopen vervolgens om de auto heen en een medeverdachte stapt in de auto. Hij trekt vervolgens de ketting van de nek van aangever en roept: “Geef alles.” (of woorden van die strekking). Aangever wil wegrijden maar wordt op dat moment door medeverdachte in zijn buik gestoken. Tegelijkertijd wordt er door een van de verdachten die om de auto heen staan een pistool (of gelijkend voorwerp) gericht op de auto. Getuige [getuige 2] stapt uit de auto en wil wegrennen maar wordt door een van de verdachten getackeld. Vervolgens grijpen verdachte en de medeverdachten allen naar goederen in de auto en rennen zij weg. Hoewel niet komt vast te staan wat er is meegenomen, is later is door een verbalisant op straat, achter de auto, een gebroken ketting gevonden, waarvan de rechtbank uitgaat dat die van aangever was en van zijn nek is gerukt, zodat in ieder geval sprake is geweest van diefstal van die ketting.
Op grond hiervan is de rechtbank van oordeel dat sprake is geweest van een voldoende nauwe en bewuste samenwerking tussen verdachte en de medeverdachten die in de kern bestaat uit een gezamenlijke uitvoering van diefstal vergezeld van geweld en bedreiging met geweld, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden of gemakkelijk te maken.
Zwaar lichamelijk letsel
De vraag die tevens moet worden beantwoord is of aangever door het gepleegde geweld zwaar lichamelijk letsel heeft opgelopen. De rechtbank stelt voorop dat onder zwaar lichamelijk letsel op grond van artikel 82 van het Wetboek van Strafrecht wordt begrepen: ziekte die geen uitzicht op volkomen genezing overlaat, voortdurende ongeschiktheid tot uitoefening van ambts- of beroepsbezigheden, afdrijving of dood van de vrucht van een vrouw alsmede storing van de verstandelijke vermogens die langer dan vier weken heeft geduurd. Ook buiten deze gevallen kan lichamelijk letsel als zwaar worden beschouwd indien dat voldoende belangrijk is om naar gewoon spraakgebruik als zodanig te worden aangeduid.
Bij de beantwoording van de vraag of zeker letsel als zwaar lichamelijk letsel moet worden aangemerkt, is van belang of het oordeel van de rechter iets inhoudt over de aard van het letsel, de eventuele noodzaak en aard van medisch ingrijpen en/of het uitzicht op (volledig) herstel.
De rechtbank stelt vast dat aangever door de gedragingen van de verdachten letsel heeft opgelopen, te weten een laceratie van de maag, een slagader van de maag en de lever. Daarnaast was een slagader tussen de ribben geraakt. Het letsel was van dien aard dat medisch ingrijpen noodzakelijk was en dat het slachtoffer meerdere dagen op de intensive care afdeling heeft doorgebracht. Uit de onderbouwing bij de vordering tot schadevergoeding van aangever blijkt dat hij als gevolg van het letsel circa vier liter bloed heeft verloren en dat hij drie maanden niet heeft kunnen werken door het letsel.
De rechtbank is van oordeel dat het aan aangever toegebrachte letsel, gelet op de aard en de gevolgen daarvan zoals uit de bewijsmiddelen naar voren komt, naar gewoon spraakgebruik als zwaar lichamelijk letsel moet worden aangemerkt. Dit betekent dat zwaar lichamelijk letsel kan worden bewezen verklaard.