In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Midden-Nederland op 17 augustus 2023 een beschikking gegeven over de ondertoezichtstelling en een machtiging voor gesloten jeugdhulp van een minderjarige, geboren in 2012. De Raad voor de Kinderbescherming heeft verzocht om de ondertoezichtstelling voor een jaar en de gecertificeerde instelling (GI) heeft een machtiging voor gesloten jeugdhulp voor zes maanden aangevraagd. De minderjarige verblijft momenteel in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp, maar de kinderrechter heeft vastgesteld dat deze plek niet passend is. De moeder van de minderjarige is belast met het ouderlijk gezag en heeft aangegeven dat zij haar dochter graag thuis wil, maar dat hiervoor hulp noodzakelijk is. De kinderrechter heeft de zorgen over de ontwikkeling van de minderjarige als ernstig beoordeeld, gezien haar problematische gedrag en de onveilige situaties die zij in het verleden heeft ervaren. De kinderrechter heeft besloten de ondertoezichtstelling voor een jaar te verlenen en de machtiging voor gesloten jeugdhulp voor drie maanden, met de mogelijkheid om deze te verlengen indien nodig. De kinderrechter benadrukt het belang van een goed hulpverleningsplan en dat de minderjarige moet laten zien dat zij zich aan de regels kan houden tijdens haar verloven. De beslissing is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken, met de mogelijkheid voor hoger beroep binnen drie maanden.