Op 25 augustus 2023 heeft de Rechtbank Midden-Nederland in Utrecht uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van woninginbraak. De rechtszaak vond plaats op 11 augustus 2023, waarbij de verdachte niet aanwezig was en geen advocaat had, waardoor de zaak bij verstek werd behandeld. De officier van justitie, mr. S. Mirshahi, heeft de vordering ingediend en de benadeelde partij, [benadeelde 1], heeft ook zijn standpunt naar voren gebracht. De tenlastelegging betrof een woninginbraak die plaatsvond tussen 17 juni en 1 juli 2022, waarbij een trouwring en contant geld zijn gestolen.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig was en dat er geen redenen waren voor schorsing van de vervolging. De rechtbank heeft de bewijsmiddelen, waaronder een proces-verbaal van aangifte en forensisch onderzoek, beoordeeld. De rechtbank concludeerde dat het DNA van de verdachte overeenkwam met sporen die op de plaats delict waren aangetroffen, wat leidde tot de conclusie dat de verdachte de woninginbraak had gepleegd. De rechtbank achtte de tenlastelegging wettig en overtuigend bewezen.
De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van vier maanden, rekening houdend met de ernst van de feiten en de omstandigheden waaronder deze zijn gepleegd. Daarnaast heeft de rechtbank de vordering van de benadeelde partij tot schadevergoeding van € 50,00 toegewezen, vermeerderd met wettelijke rente. De rechtbank heeft ook een schadevergoedingsmaatregel opgelegd, waarbij de verdachte verplicht is om het bedrag aan de Staat te betalen, met de mogelijkheid van gijzeling bij niet-betaling.