In deze zaak vordert [handelsnaam] betaling van een onbetaalde factuur van € 11.151,76 van [gedaagde] B.V. De partijen hebben op 21 oktober 2022 een koopovereenkomst gesloten, waarbij [handelsnaam] producten aan [gedaagde] heeft geleverd. [gedaagde] heeft de factuur echter niet betaald en stelt dat de geleverde producten incompleet en niet aan de verwachtingen voldoen. Na herhaalde aanmaningen heeft [handelsnaam] de vordering aanhangig gemaakt bij de rechtbank. De kantonrechter heeft vastgesteld dat [gedaagde] niet voldoende heeft onderbouwd dat de koopovereenkomst rechtsgeldig is ontbonden. De kantonrechter oordeelt dat [gedaagde] in verzuim is en dat de vordering van [handelsnaam] toewijsbaar is. De kantonrechter wijst de vordering van [gedaagde] tot retourneming van de producten af, omdat er geen grond is voor ontbinding van de koopovereenkomst. De proceskosten worden toegewezen aan [handelsnaam].