Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 11 augustus 2023 in de zaak tussen
[eiser] , uit [woonplaats] , eiser
Inleiding
mr. [A] , en de gemachtigde van de gemeenteraad. Tijdens deze zitting heeft eiser een verzoek tot wraking ingediend. De rechtbank heeft toen het onderzoek geschorst. Met de beslissing van 21 februari 2023 heeft de wrakingskamer het wrakingsverzoek van eiser ongegrond verklaard. De rechtbank heeft de behandeling op zitting op 30 juni 2023 voortgezet in de stand waarin het zich bevond. Aan deze zitting hebben deelgenomen: eiser, de gemachtigde van de Minister, zij werd vergezeld door mr. [A] en [B] , en de gemachtigde van de gemeenteraad.
Beoordeling door de rechtbank
[D] , [E] en [F] verzocht om ook als belanghebbenden deel te mogen nemen aan het geding. De rechtbank heeft deze verzoeken op de zitting afgewezen. Iemand is in de regel belanghebbende in een beroepsprocedure als hij of zij er door gegrondverklaring van het beroep op achteruit kan gaan. Een belanghebbende heeft er dus belang bij dat het besluit waar beroep tegen wordt ingesteld in stand blijft. Op de zitting heeft [C] toegelicht dat hij en de andere drie personen het verzoek van eiser tot schorsing en vernietiging van de twee raadsbesluiten en ook zijn beroep tegen de niet-ontvankelijkverklaring van zijn bezwaar onderschrijven. Zij hebben er juist
geenbelang bij dat de besluiten van de minister, het bestemmingsplan en het raadsbesluit in stand blijven. De rechtbank heeft hen daarom niet als belanghebbenden in deze procedure aangemerkt.
Conclusie en gevolgen
Beslissing
mr.I.C. de Zeeuw-'t Lam, griffier. De uitspraak is uitgesproken in het openbaar op
11 augustus 2023.