Uitspraak
1.Het verloop van dit kort geding
[B] (beiden werkzaam bij Natuurmonumenten) verschenen, bijgestaan door mr. Niermeijer. [gedaagde] is op de zitting verschenen. De griffier heeft aantekeningen gemaakt van wat op de zitting is besproken.
Rechtbank Midden-Nederland
In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 18 juli 2023 uitspraak gedaan in een kort geding tussen de Vereniging tot Behoud van Natuurmonumenten in Nederland (hierna: Natuurmonumenten) en een gedaagde partij. Natuurmonumenten vorderde de ontruiming van een woning die door de gedaagde werd gehuurd, alsook een locatieverbod en een dwangsom. De gedaagde heeft de vorderingen niet weersproken, maar de kantonrechter heeft rekening gehouden met zijn kwetsbare situatie en een langere ontruimingstermijn van zes weken na betekening van het vonnis vastgesteld.
De zaak is ontstaan uit een langdurige huurovereenkomst die in 1984 is aangegaan. De gedaagde heeft in het verleden meerdere keren overlast veroorzaakt, wat heeft geleid tot strafrechtelijke veroordelingen. Natuurmonumenten heeft de gedaagde herhaaldelijk gesommeerd om te stoppen met de overlast, maar zonder resultaat. De kantonrechter heeft vastgesteld dat er sprake is van structurele en ernstige overlast, die de vorderingen van Natuurmonumenten rechtvaardigen. De kantonrechter heeft geoordeeld dat het belang van Natuurmonumenten om de overlast te stoppen zwaarder weegt dan de belangen van de gedaagde.
De kantonrechter heeft de vorderingen van Natuurmonumenten toegewezen, inclusief het locatieverbod en de dwangsom. De gedaagde is veroordeeld in de proceskosten. Dit vonnis is uitvoerbaar bij voorraad, wat betekent dat de gedaagde onmiddellijk moet voldoen aan de opgelegde maatregelen, ondanks eventuele hoger beroep mogelijkheden.