ECLI:NL:RBMNE:2023:3644
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen niet-ontvankelijk verklaring van bezwaar door college van burgemeester en wethouders
In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland op 19 juli 2023, wordt het beroep van eiser tegen het besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht behandeld. Eiser, vertegenwoordigd door mr. S. Wortel, heeft bezwaar gemaakt tegen een last onder dwangsom die aan een vergunninghouder was opgelegd. Eiser stelt dat hij als aannemer en uitvoerder van de omgevingsvergunning wel degelijk belanghebbende is en dat zijn financiële belang rechtstreeks bij het besluit betrokken is.
De rechtbank oordeelt echter dat eiser geen belanghebbende is in de zin van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Volgens de wet kan alleen degene wiens belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken bezwaar maken. De rechtbank stelt vast dat het belang van eiser slechts een afgeleid belang is, dat voortvloeit uit de civielrechtelijke verhouding met de vergunninghouder. Dit betekent dat het college terecht heeft geoordeeld dat eiser niet-ontvankelijk is in zijn bezwaar.
De rechtbank verklaart het beroep kennelijk ongegrond en wijst de verzoeken om proceskostenvergoeding af. De uitspraak is openbaar gedaan en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.