Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.[gedaagde sub 1] ,
[gedaagde sub 2],
1.De procedure
- de dagvaarding met 4 producties is op 5 september 2022 bij [gedaagde sub 1] en [gedaagde sub 2] bezorgd,
- [gedaagde sub 1] heeft niet op de dagvaarding gereageerd. Tegen [gedaagde sub 1] is verstek verleend,
- [gedaagde sub 2] heeft schriftelijk op de dagvaarding gereageerd (conclusie van antwoord). Zij heeft 4 producties bijgevoegd,
- daarna heeft [eiseres] schriftelijk gereageerd (conclusie van repliek). Zij heeft 4 producties bijgevoegd,
- als laatste heeft [gedaagde sub 2] schriftelijk gereageerd (conclusie van dupliek),
- vervolgens heeft de kantonrechter bepaald dat op 25 januari 2023 vonnis zal worden gewezen.
2.De feiten
3.De vordering en het verweer
4.De beoordeling
Ten aanzien van [gedaagde sub 1]
- € 514,00 griffierecht;
- € 129,82 explootkosten inclusief informatiekosten;
- € 373,00 salaris gemachtigde (1 punt x het tarief van € 373,00 voor de dagvaarding),