Uitspraak
1.De procedure
- de conclusie van antwoord met producties;
- de brief van 13 januari 2023 waarin een mondelinge behandeling is bepaald;
Rechtbank Midden-Nederland
In deze zaak, die diende voor de Rechtbank Midden-Nederland, heeft de kantonrechter op 19 april 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen een gastouderbureau, aangeduid als [eiseres], en een gastouder, aangeduid als [gedaagde]. De kern van het geschil betreft de vraag of [gedaagde] een boete van € 2.000,00 verschuldigd is aan [eiseres] omdat zij met een gezin, de familie [achternaam], is overgestapt naar een ander gastouderbureau. De overeenkomst tussen partijen bevatte een clausule die de gastouder verplichtte om opvangwerkzaamheden exclusief via [eiseres] aan te bieden en een boete oplegde bij overtreding van deze verplichting.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat de familie [achternaam] niet via [eiseres] in contact is gekomen met [gedaagde], maar via haar eigen netwerk. Dit werd onderbouwd door WhatsApp-berichten die door [gedaagde] zijn overgelegd. De gemachtigde van [eiseres] had aangeboden om het tegendeel te bewijzen, maar dit bewijsaanbod was niet gespecificeerd, waardoor de kantonrechter dit aanbod passeerde. Gezien deze bevindingen concludeerde de kantonrechter dat er geen sprake was van overtreding van de overeenkomst en dat [gedaagde] derhalve geen boete verschuldigd was.
Daarnaast werd [eiseres] veroordeeld in de proceskosten, die aan de zijde van [gedaagde] zijn begroot op € 398,00. De kantonrechter heeft de vorderingen van [eiseres] afgewezen en de beslissing is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.