Uitspraak
1.De procedure
- de conclusie van antwoord,
- de brief van 22 december 2023 waarin een mondelinge behandeling is bepaald,
Rechtbank Midden-Nederland
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Midden-Nederland op 28 juni 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen Eneco Warmte & Koude Leveringsbedrijf B.V. en een gedaagde partij. Eneco, als warmteleverancier, had een bindend advies van de Geschillencommissie Energie aangevochten, waarin de commissie oordeelde dat de jaarnota van de gedaagde op basis van onjuiste uitgangspunten was vastgesteld. De gedaagde was van mening dat Eneco de kosten voor leidingverliezen onterecht in rekening had gebracht, terwijl Eneco stelde dat haar systematiek voldeed aan de Warmtewet. De kantonrechter oordeelde dat het bindend advies van de geschillencommissie vernietigd moest worden, omdat het naar redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar was. De rechter oordeelde dat de leidingcomponent, die door Eneco werd toegepast, als een correctiefactor moest worden beschouwd en dat de gedaagde € 213,00 aan Eneco moest terugbetalen, vermeerderd met wettelijke rente. De vordering van Eneco om te verklaren dat de gedaagde niets meer van hen te vorderen had, werd afgewezen.