Uitspraak
1.De procedure
- de conclusie van antwoord met producties 1-5;
- de brief van 28 december 2022 waarin een mondelinge behandeling is bepaald;
Rechtbank Midden-Nederland
In deze zaak vordert eiser, die een appartement heeft gekocht, schadevergoeding van de gedaagde makelaar wegens een vermeende meetfout in de verkoopinformatie. Eiser heeft het appartement op 23 oktober 2018 gekocht voor € 222.500,00, waarbij de gedaagde makelaar een woonoppervlakte van 86 m² had opgegeven. Na verkoop van het appartement op 11 mei 2022 voor € 340.000,00, stelt eiser dat de werkelijke oppervlakte slechts 81,3 m² bedraagt, wat zou leiden tot een schade van € 12.935,00. De gedaagde heeft echter de aansprakelijkheid ontkend en betoogd dat de opgegeven oppervlakte niet zonder meer als onjuist kan worden beschouwd, gezien de complexiteit van het inmeten van het appartement.
De kantonrechter oordeelt dat eiser onvoldoende bewijs heeft geleverd om aan te tonen dat de gedaagde een meetfout heeft gemaakt. De rechter wijst erop dat de gedaagde niet verplicht was om een deskundige te benoemen, omdat de vordering van eiser om andere redenen niet toewijsbaar is. De kantonrechter concludeert dat eiser niet heeft aangetoond dat hij meer heeft betaald dan de marktwaarde van het appartement ten tijde van de koop. Daarom worden de vorderingen van eiser afgewezen en wordt hij veroordeeld in de proceskosten van de gedaagde, vastgesteld op € 792,00, met een veroordeling in de nakosten.