Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
[minderjarige].
1.De procedure
- het advies van 7 maart 2023 van de bijzondere curator;
- de brief van 14 maart 2023 van de man.
- de man met zijn advocaat,
- mevrouw [naam 1] en de heer [naam 2] , namens de GI ,
- de pleegvader,
- de bijzondere curator,
- de heer [naam 3] , namens de Raad voor de Kinderbescherming, locatie Utrecht .
2.Waar de procedure over gaat
[moeder](hierna te noemen: de moeder).
[geslachtsnaam 1]in
3.De beoordeling
[geslachtsnaam 2]. Na de zitting heeft de man dit verzoek gewijzigd. Hij verzoekt nu primair om de geslachtsnaam van [minderjarige] te wijzigen in
[geslachtsnaam 3]en subsidiair om de verzoeken aan te houden tot 2 januari 2024.
[geslachtsnaam 1]houdt.
[geslachtsnaam 1], welke de geslachtsnaam van de moeder was. De man gebruikt de naam
[geslachtsnaam 2], welke de geslachtsnaam van de man is. Volgens de man was het de bedoeling van de ouders dat [minderjarige] zou worden erkend en
[geslachtsnaam 2]ging heten. Dit is echter niet gebeurd en daarom heet [minderjarige] nog steeds
[geslachtsnaam 1]. In het dossier leest de rechtbank onvoldoende bevestiging van deze stelling van de man. De door de man overgelegde Whatsapp-berichten dateren van tijdens de zwangerschap en wat over de geslachtsnaam is besproken, dat dit bij aangifte zou gebeuren, is niet nagekomen.
[geslachtsnaam 1]. Het is verwarrend voor [minderjarige] dat hij tijdens de omgang door de man met een andere naam wordt aangesproken, en dit brengt [minderjarige] in een loyaliteitsconflict. Juist in zijn situatie, waarin hij op jonge leeftijd zijn moeder is verloren en hij opgroeit in een pleeggezin, is de vraag naar zijn identiteit fundamenteel en actueel. Het geschil over zijn geslachtsnaam brengt dat naar de oppervlakte. Zolang er verwarring bestaat over de geslachtsnaam, ervaart [minderjarige] onveiligheid en onzekerheid over wie hij is en waar en bij wie hij hoort. Dat heeft een negatief effect op zijn ontwikkeling, die zich op dit moment al uit in toenemende gedragsproblematiek. Daarom is het in het belang van de sociaal-emotionele ontwikkeling van [minderjarige] dat hij zo spoedig mogelijk duidelijkheid krijgt over zijn geslachtsnaam en dat de procedure niet wordt aangehouden.
[geslachtsnaam 1]. [minderjarige] heeft in zijn jonge leven al veel meegemaakt, waaronder de ingrijpende gebeurtenis van het verlies van zijn primaire verzorger, zijn moeder. Hij heeft daardoor veel instabiliteit ervaren en is er nu bij gebaat dat zijn leven continuïteit en stabiliteit kent. Het behouden van de geslachtsnaam waarmee hij al jaren dagelijks op verschillende plekken wordt aangeduid, hoort daarbij. Om die reden vindt de rechtbank het in het belang van [minderjarige] dat hij deze geslachtsnaam houdt.
[geslachtsnaam 1]de naam van de moeder was. Het is belangrijk voor de identiteit van [minderjarige] dat hij die tastbare band met de moeder behoudt, omdat zij overleden is toen [minderjarige] nog heel jong was. De band tussen [minderjarige] en de man hoeft in die zin niet bevestigd te worden, omdat het voor [minderjarige] sowieso duidelijk is dat de man als vader deel uitmaakt van zijn leven. Zij hebben immers regelmatig contact met elkaar. Gelet hierop is het voor de identiteit van [minderjarige] van groter belang dat hij de naam van de moeder blijft dragen dan dat hij de naam van de man krijgt. Dat de man graag zou zien dat zijn zoon zijn geslachtsnaam draagt, is vanwege de persoonlijke geschiedenis van de man als geadopteerd kind wel te begrijpen, maar niet in het belang van [minderjarige] .
4.De beslissing
[de man], geboren op [geboortedatum 2] 1984 in [geboorteplaats 2] , India, toestemming om te erkennen: