ECLI:NL:RBMNE:2023:2935
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Kennelijk niet-ontvankelijk beroep wegens niet indienen van besluit
Op 13 maart 2023 heeft de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke zaak, geregistreerd onder zaaknummer UTR 22/4851. Eiser heeft op 6 oktober 2022 beroep ingesteld, maar de rechtbank heeft vastgesteld dat het beroepschrift niet voldoet aan de wettelijke eisen. Volgens artikel 6:5 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) dient een eiser een kopie van het besluit waartegen hij in beroep gaat in te dienen. In dit geval heeft eiser verzuimd om dit besluit te overleggen, ondanks een herinneringsbrief van de rechtbank op 9 december 2022 waarin hij werd verzocht om binnen vier weken het ontbrekende document aan te leveren. Eiser heeft hierop niet gereageerd.
De rechtbank heeft geoordeeld dat het beroep niet inhoudelijk kan worden behandeld, omdat de noodzakelijke documenten ontbreken. Hierdoor is het beroep kennelijk niet-ontvankelijk verklaard. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gedaan en is ondertekend door rechter S.C.A. van Kuijeren, met I.J. Tiktak als griffier. Partijen zijn geïnformeerd over hun recht om een verzetschrift in te dienen indien zij het niet eens zijn met deze uitspraak, binnen zes weken na verzending van de uitspraak.