Uitspraak
Vonnis van de meervoudige kamer van 7 juni 2023
ONDERZOEK TER TERECHTZITTING
TENLASTELEGGING
VOORVRAGEN
WAARDERING VAN HET BEWIJS
Het standpunt van de verdediging
Het oordeel van de rechtbank
proces-verbaal van bevindingenvan 2 oktober 2022 het volgende gerelateerd, zakelijk weergegeven:
een proces-verbaal van verhoor aangeefster [slachtoffer]van 3 oktober 2022, het volgende gerelateerd, zakelijk weergegeven:
proces-verbaal van bevindingen Forensisch Medisch Onderzoekvan 2 oktober 2022 het volgende gerelateerd, zakelijk weergegeven:
proces-verbaal van verhoor verdachtevan 2 oktober 2022 het volgende verklaard, zakelijk weergegeven:
Bewijsoverweging feit 1
feit 2
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van bevindingen van 4 oktober 2022, genummerd MDRBC22119-51, opgemaakt door de politie Eenheid Midden-Nederland, inhoudende achterhalen eigenaar telefoon, pagina’s 122 en 123;
- de bekennende verklaring van verdachte ter terechtzitting van 24 mei 2023.
BEWEZENVERKLARING
ofmede bestonden uit
STRAFBAARHEID VAN DE FEITEN
STRAFBAARHEID VAN VERDACHTE
OPLEGGING VAN STRAF EN MAATREGEL
De vordering van de officier van justitie
Het standpunt van de verdediging
Het oordeel van de rechtbank
- het op zijn naam gestelde uittreksel Justitiële documentatie van 6 maart 2023;
- een Pro Justitia psychologisch onderzoek van 13 april 2023, opgemaakt door R. Bout, GZ-psycholoog;
- een Pro Justitia psychiatrisch onderzoek van 14 april 2023, opgemaakt door dr. T.W.D.P. van Os, psychiater/psychoanalyticus;
- een reclasseringsrapportage van 10 mei 2023, opgemaakt door J. Huizing, reclasseringswerker bij Reclassering Nederland.
BENADEELDE PARTIJ
Het standpunt van de officier van justitie
Het standpunt van de verdediging
Het oordeel van de rechtbank
TOEPASSELIJKE WETTELIJKE VOORSCHRIFTEN
BESLISSING
gevangenisstrafvan
3 (drie) jaren;
- gelast dat verdachte ter beschikking wordt gesteld en beveelt dat hij van overheidswege wordt verpleegd;
- bepaalt dat de totale duur van de tbs-maatregel niet is gemaximeerd;
- wijst de vordering van [slachtoffer] toe tot een bedrag van € 10.675,-, waarvan € 675,- aan materiële schade en € 10.000,- aan immateriële schadevergoeding;
- veroordeelt verdachte tot betaling aan [slachtoffer] van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 1 oktober 2022 tot de dag van volledige betaling;
- verklaart [slachtoffer] voor wat betreft de toekomstige eigen bijdrage niet-ontvankelijk in de vordering;
- wijst de vordering van [slachtoffer] voor wat betreft het meer gevorderde af;
- veroordeelt verdachte ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt verdachte de verplichting op ten behoeve van [slachtoffer] aan de Staat € 10.675,- te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 1 oktober 2022 tot de dag van volledige betaling, bij niet betaling aan te vullen met 1 dag gijzeling;
- bepaalt dat verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed.