ECLI:NL:RBMNE:2023:2570
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Tussenbeslissing inzake herstel van medische beoordeling in WIA-zaak
In deze tussenbeslissing van de Rechtbank Midden-Nederland, uitgesproken op 17 maart 2023, wordt de voortgang van een WIA-zaak besproken. Eiseres, die sinds 29 december 2017 ziek is, heeft een uitkering op grond van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (Wet WIA) ontvangen. Na een herbeoordeling in 2021 is zij voor 53,51% arbeidsongeschikt geacht. Eiseres heeft beroep ingesteld tegen de beslissing van het Uwv, dat haar arbeidsongeschiktheid opnieuw heeft beoordeeld en haar nu voor 66,15% arbeidsongeschikt acht. De rechtbank heeft eerder geconstateerd dat het medische onderzoek door de verzekeringsarts bezwaar en beroep niet zorgvuldig was en heeft het Uwv de gelegenheid gegeven om dit gebrek te herstellen.
In deze tussenbeslissing oordeelt de rechtbank dat het Uwv het gebrek heeft hersteld met een aanvullend rapport van de verzekeringsarts bezwaar en beroep. De rechtbank concludeert dat de verzekeringsarts de informatie van de jobcoach van eiseres heeft beoordeeld en dat er geen nieuwe medische feiten zijn die de eerdere conclusies van de verzekeringsarts zouden ondermijnen. Eiseres heeft de rechtbank verzocht om haar de gelegenheid te geven om nieuwe medische informatie aan te dragen, wat de rechtbank toekent. Eiseres krijgt twaalf weken de tijd om haar standpunt nader te onderbouwen met nieuwe medische informatie, waarna het Uwv zes weken krijgt om hierop te reageren.
De rechtbank houdt verdere beslissingen aan tot de einduitspraak op het beroep, waarbij ook de proceskosten en het griffierecht nog niet worden behandeld. De rechtbank benadrukt dat het geding na deze tussenbeslissing beperkt blijft tot de beroepsgronden die eerder zijn besproken, om nodeloze vertraging te voorkomen.