Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 10 maart 2023 in de zaak tussen
[eiser] , uit [woonplaats] , eiser
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht (verweerder)
Inleiding
Beoordeling door de rechtbank
.Eiser heeft nergens zin in en isoleert zichzelf. Eiser heeft de drang om zijn omgeving te ontvluchten en naar buiten te gaan. Ook blijkt daaruit dat eiser baat zou hebben bij een verhuizing naar een woning met een tuin. Daar zal hij minder buren hebben, de huidige situatie van het wonen in een appartementencomplex maakt dat hij wordt herinnerd aan nare herinneringen over de uithuisplaatsing van zijn dochter. Daarom dient hij in aanmerking te komen voor de uitzondering op artikel 2.5.2. eerste lid, onder c, van de Huisvestingsverordening en dus een zoekprofiel dat ook ziet op een eengezinswoning met een tuin. [2]
Beschrijvende diagnose’ is het onduidelijk wie aan het woord is. Er staat namelijk: ‘
Cliënt wil graag verhuizen en hij zou er veel baat bij hebben wanneer hij in aanmerking komt voor een gezinswoning met een tuin om tot rust te komen.’ Het is gezien de opbouw van deze zin onduidelijk of eiser dit zelf aangeeft of dat de psycholoog dit aangeeft, en de context van de rest van het behandelplan geeft daarover ook geen duidelijkheid. Verweerder heeft daarom kunnen stellen dat op basis van dit behandelplan niet de conclusie getrokken kan worden dat het medisch noodzakelijk is dat eiser een tuin krijgt. Ook heeft eiser geen andere medische stukken overgelegd, dan de stukken die hij in bezwaar heeft overgelegd en waar verweerder al op heeft gereageerd. Verweerder heeft dus geen aanleiding hoeven zien om het zoekprofiel uit te breiden. In het bestreden besluit heeft verweerder alle belangen van eiser voldoende betrokken. Dat eiser van mening was dat hij met urgentie een eengezinswoning zou krijgen, komt voor risico van eiser.