Uitspraak
uitspraak van de meervoudige kamer van 24 mei 2023 in de zaak tussen
[eiser], uit [woonplaats], eiser
de korpschef van politie, verweerder
Inleiding
Beoordeling door de rechtbank
Toen sloeg de man mij ineens met zijn volle hand hard op mijn voorhoofd. Hij zei: Luister jij dan nooit eens een keer? Het deed zeer toen hij me sloeg.’
Ik kreeg een klap tegen mijn voorhoofd en tegen mijn achterhoofd. De klappen deden pijn. Ik kreeg een tik omdat ik mijn bordje te snel naar beneden deed en omdat mijn jas niet goed dicht was. Het was een harde tik.’
Ik kreeg toen twee klappen op mijn achterhoofd. Hij legde iets uit en toen gaf hij mij een tik en daarna een tweede. Hij zei niet wat ik verkeerd deed.’
Hij sloeg mij toen met zijn platte linkerhand op mijn voorhoofd. Dit deed een beetje zeer.’
Ik heb gezien dat er drie kinderen werden geslagen. [leerling 2], [leerling 3] en [leerling 4]. (…) De reden dat [leerling 3] werd geslagen was dat [leerling 3] en [leerling 1] in een boekje gingen kijken, toen werd de man boos. [leerling 3] ging hard lachen toen hij werd geslagen. De man ging harder praten. [leerling 2] hield het bordje niet goed omhoog en toen sloeg de man hem op zijn achterhoofd.’
Hij gaf klappen aan de kinderen, dat heb ik gezien. [leerling 1] en nog een andere jongen, maar ik weet niet meer wie kreeg een klap op zijn achterhoofd.’
Ik heb gezien dat hij [leerling 7] één keer sloeg, [leerling 3] twee keer sloeg, [leerling 4] twee keer sloeg en [leerling 1] twee keer sloeg. Zij deden ook een en ander verkeerd en toen kregen ze een zwieperd. Hij sloeg en ging verder met de les.’
Aan het begin gaf hij [leerling 1] een klap. Met zijn vlakke hand op het voorhoofd van [leerling 1].(…) Ik weet nog wel dat hij [leerling 2] en [leerling 4] heeft geslagen. Ik weet niet waarom. [leerling 2] is altijd wel een braaf jongetje.’
Ik heb gezien dat hij [leerling 1] sloeg. Dat was in het begin. Ik heb het ook bij [leerling 3] gezien. [leerling 1] deed iets fout en werd met vlakke hand op zijn voorhoofd geslagen. Ik weet niet wat [leerling 1] fout deed. Ik weet niet waarom [leerling 3] werd geslagen.’
[leerling 1] kwam naar mij toe en zei: Hij heeft geslagen, die man/meneer. (…) Hij zei: Hij slaat mij op het achterhoofd. Een andere jongen zei, ik dacht [leerling 3], maar dat weet ik niet zeker: Hij slaat mij op het voorhoofd.’
Nadat [naam eiser] het schoolgebouw had verlaten, zijn er een aantal kinderen van groep 7 naar mij toe gekomen. Deze leerlingen zijn genaamd [leerling 2] en [leerling 1]. Zij vertelden dat zij beiden tijdens de verkeersles van vandaag, van [naam eiser] een klap op hun achterhoofd hadden gekregen. Deze klap zou met de platte hand, hard op het achterhoofd zijn gegeven.’
’s Middags uit school ging [leerling 2] sip op de bank zitten. Hij vertelde dat het niet goed was gegaan op school tijdens de verkeersles. Hij was ervan onder de indruk. [leerling 2] vertelde dat hij was geslagen door een agent. De meester was daar niet bij. Niemand durfde de meester te halen. [leerling 2] vertelde dat de reden van het slaan was dat hij zijn bordje te laag hield en zijn jas niet dicht was.’
‘Ik wil jullie graag delen in het verhaal dat ik vandaag van [leerling 5] en [leerling 1] aangehoord heb over klaar-over-les…
- [leerling 1] is geslagen door de begeleider, t.w. een politie agent
- Dat niet alleen [leerling 1], maar nog 5 andere kids, ook geslagen zijn ([leerling 2], [leerling 8], [leerling 9], [leerling 3] en [leerling 4])
- Dat het niet een corrigerend tikje was maar echt een flinke klap (5x)
- Dat er niemand van school bij aanwezig was
Conclusiein op de consequenties van wat in overweging 13.1. en 13.2. is geoordeeld.
Conclusiein op de consequenties hiervan.