Op 11 mei 2023 heeft de Rechtbank Midden-Nederland, zittingsplaats Utrecht, uitspraak gedaan in de zaak tussen eiser, vertegenwoordigd door mr. H.A. Rispens, en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hilversum, vertegenwoordigd door B. Vringer. De zaak betreft een handhavingsverzoek van eiser tegen het college, dat op 13 juli 2022 had besloten geen handhavend op te treden tegen het vergroten van een zijraam in de woning van belanghebbende. De rechtbank heeft het beroep van eiser ongegrond verklaard.
De rechtbank oordeelde dat voor het vergroten van het zijraam geen omgevingsvergunning vereist is, omdat het gaat om een wijziging van een kozijn in een niet naar openbaar toegankelijk gebied gekeerde zijgevel, gelegen in een achtererfgebied op meer dan 1 meter afstand van openbaar toegankelijk gebied. Er zijn geen redelijke eisen van welstand van toepassing op deze wijziging. Bovendien is er geen sprake van een welstandsexces, aangezien het geplaatste raam regulier is en niet evident afbreuk doet aan de ruimtelijke kwaliteit van het gebied.
Daarnaast verwierp de rechtbank het beroep op het vertrouwensbeginsel. Er was geen sprake van een welbewuste standpuntbepaling door het college over de handhaving, en de ambtenaren hadden geen garanties gegeven over de uitkomst van het onderzoek naar een mogelijke overtreding. De rechtbank concludeerde dat er geen overtreding van een wettelijk voorschrift was en dat het college niet bevoegd was om handhavend op te treden. De uitspraak werd in het openbaar gedaan, en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep.